Politiek mavo 4 quiz 1 -3
Wat hoort bij politiek?
A
keuzes
B
vergaderen
C
beslissingen
D
discussie
1 / 27
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Wat hoort bij politiek?
A
keuzes
B
vergaderen
C
beslissingen
D
discussie
Slide 1 - Quizvraag
Een ambtenaar
A
Werkt in de politiek
B
Helpt de politiek om beleid uit te voeren
C
is altijd leraar
D
Voert een ambacht uit
Slide 2 - Quizvraag
Wat betekent
CONSERVATIEF
CONSERVATIEF
A
behoudend
B
vooruitstrevend
C
progressief
D
angstig
Slide 3 - Quizvraag
HOE NOEM JE EEN VOORUITSTREVENDE PARTIJ?
A
CONSERVATIEF
B
PROGRESSIEF
C
MODERN
D
REVOLUTIONAIR
Slide 4 - Quizvraag
Hoe wordt een rechtse partij ook wel genoemd?
A
Conservatief
B
Negatief
C
Progressief
D
Lief
Slide 5 - Quizvraag
Hoe wordt een linkse partij ook wel genoemd?
A
Conservatief
B
Negatief
C
Progressief
D
Lief
Slide 6 - Quizvraag
Wat is socialiseren?
A
Bewust of onbewust aanleren van normen en waarden
B
Je netjes gedragen
C
Bewust aanleren van normen en waarden
D
Onbewust aanleren van normen en waarden
Slide 7 - Quizvraag
gezelligheid en eerlijkheid zijn voorbeelden van ....
A
waarden
B
normen
Slide 8 - Quizvraag
"Idealen die mensen nastreven"
A
normen
B
waarden
C
moraal
D
ethiek
Slide 9 - Quizvraag
Tot welke macht behoord de Tweede Kamer?
A
Wetgevende macht
B
Uitvoerende macht
C
Rechtelijke macht
D
wetsprekende macht
Slide 10 - Quizvraag
Welke macht bestaat niet binnen de trias politica?
A
Rechterlijke macht
B
Uitvoerende macht
C
Wetgevende macht
D
Ministeriele macht
Slide 11 - Quizvraag
Bij welke macht hoort een burgemeester?
A
Wetgevende macht
B
Uitvoerende macht
C
Rechterlijke macht
Slide 12 - Quizvraag
Tot welke macht behoren politieagenten?
A
Wetgevende macht
B
Uitvoerende macht
C
Rechterlijke macht
Slide 13 - Quizvraag
Bij welke macht hoort het Openbaar Ministerie?
A
Wetgevende macht
B
Uitvoerende macht
C
Rechterlijke macht
Slide 14 - Quizvraag
Welke machtsmiddelen
heeft Trump niet ?
heeft Trump niet ?
A
Aantal
B
Kennis/beroep / vaardigheden
C
Geld
D
Geweld
Slide 15 - Quizvraag
Bewoners houden acties om hun buurt autovrij te houden.
Hiermee komen zij op voor hun:
Hiermee komen zij op voor hun:
A
normen
B
waarden
C
belangen
D
machtsmiddelen
Slide 16 - Quizvraag
een rechter kan niet worden ontslagen
A
rechtsstaat
B
dictatuur
Slide 17 - Quizvraag
Ook het koningshuis moet zich aan de wet houden.
A
Dit past bij een rechtsstaat.
B
Dit past niet bij een rechtsstaat.
Slide 18 - Quizvraag
Een land waarin de macht bij het volk ligt, is een..
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Rechtsstaat
D
Monarchie
Slide 19 - Quizvraag
De macht is verdeeld over verschillende groepen mensen
A
rechtsstaat
B
dictatuur
Slide 20 - Quizvraag
Wat is GEEN kenmerk van de rechtsstaat?
A
Scheiding van de macht
B
Grondwet
C
Grondrechten
D
Vrijspraak
Slide 21 - Quizvraag
In een rechtsstaat mag een journalist alles schrijven wat hij wil.
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 22 - Quizvraag
Een journalist moet naar de gevangenis, omdat hij kritiek heeft op de regering
A
rechtsstaat
B
dictatuur
Slide 23 - Quizvraag
Vooraf controleren van de pers
A
Gelijkschakeling
B
Indoctrinatie
C
propaganda
D
censuur
Slide 24 - Quizvraag
Een democratie kent ...
A
een grondwet, geen verkiezingen en persvrijheid
B
persvrijheid, verkiezingen en geen grondrechten
C
verkiezingen, geen vrijheid van meningsuiting en een grondwet
D
een grondwet, verkiezingen, persvrijheid en onafhankelijke rechtspraak
Slide 25 - Quizvraag
Wat is een constitutionele monarchie?
A
Een land zonder koning
B
Een democratie met een parlement
C
Een koninkrijk met een grondwet
D
Een koninkrijk zonder grondwet.
Slide 26 - Quizvraag
In de grondwet staat dat alle auto's een autogordel moeten hebben
A
waar
B
niet waar
