VWO Hoofdstuk 2 Grammaire 2 Bezittelijk voornaamwoord

Bonjour et Bienvenue
Mars 2023
Prenez tes affaires (ton livre, ton stylo et ton cahier)
werkblad?
apprendre leren met wozzol?
socrative?
choisissez 
   (Kies)
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Bonjour et Bienvenue
Mars 2023
Prenez tes affaires (ton livre, ton stylo et ton cahier)
werkblad?
apprendre leren met wozzol?
socrative?
choisissez 
   (Kies)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Équipe 1
Jannat
Jailey
Elin vd
Sima
Espen
Hanna
Équipe 2
Teun                Daniel
Elin db            Dana
Tessa
Yarah
Cassidy
Jip
Wieke
Fibi

Équipe 3
Louise
Vesper
Robin
Stijn
Keano
Tom
Joris
Milan

Les équipes

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Unité 2
2.1 Regarder
2.2 Lire
2.3 Grammaire 1 la verbe "avoir"
________________________________________________________________So1
2.3 Écouter (page 59)
2.4 Grammaire 2 "het bezittelijk voornaamwoord (page 63)
_________________________________________________________________SO 2
2.5 Parler (page 66)
2.6 Écrire (page 70)
_______________________________________________Mondeling in 2 tallen + luistertoets

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze les
2.1 Regarder
2.2 Lire
2.3 Grammaire 1 la verbe "avoir"
2.3 Écouter (page 59)
2.4 Grammaire 2 "het bezittelijk voornaamwoord (page 63)
2.5 Parler (page 66)
2.6 Écrire (page 70)



Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis
Wat weten jullie al?
Film: "My precious"
Film: "Finding Nemo"

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

  2.4                    Grammaire 2 "het bezittelijk 
                            voornaamwoord (page 63)
Le but
kunnen zeggen in het Frans of iets van 'jouw' is of van 'mij', van 'hem, haar, hen, uw of jullie'

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

whiteboardjes en stiften nodig!
Équipe 3
Louise
Vesper
Robin
Stijn
Keano
Tom
Joris
Milan

Équipe 3 au travail op het leerplein
Faites exercice 
seize A t/m E page 63 - 65

Fini? 
werkblad maken bezittelijk voornaamwoord
Équipe 2
Teun                Daniel
Elin db            Dana
Tessa
Yarah
Cassidy
Jip
Wieke
Fibi

Équipe 2 au travail dans la salle de classe

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mon père s’appelle Tom.



Ma mère s’appelle Annette.


Mes parents habitent à Hilversum.




Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het zelfstandig naamwoord bepaalt welke vorm je gebruikt.

le pays                               mijn land = ____________

la classe                            mijn klas = ____________

les amis                            mijn vrienden = ____________

Mon, ma of mes?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het zelfstandig naamwoord bepaalt welke vorm je gebruikt.

le pays                               mijn land = mon pays 

la classe                            mijn klas = ma classe

les amis                            mijn vrienden = mes amis 

Mon, ma of mes?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ton père s’appelle Patrick.



Ta mère s’appelle Adèle.


Tes parents habitent à Bussum.



jouw vader...




jouw moeder




jouw ouders

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Son père s’appelle Paul.



Sa mère s’appelle Eva.



Ses parents habitent à Bussum.
 



zijn/haar vader...



zijn/haar moeder...




zijn/haar ouders...

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ses: zijn of haar?
Kijk naar de rest van de zin.

Voilà Adam avec son père.     Voilà Lisa avec son père. 
 

                                                    


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ses: zijn of haar?
Kijk naar de rest van de zin.

    Voilà Adam avec son père.                Voilà Lisa avec son père. 
 

                                                    



     Daar is Adam met zijn vader          Daar is Lisamet haar vader

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let op!
Begint het woord in het Frans met een klinker of een stomme h en is het een vrouwelijk zelfstandig naamwoord? dan gebruik je in het enkelvoud MON, TON, SON

L'adresse (v)                 niet ma                                              maar MON adresse

l'école (v)                        niet ta                                                 maar TON école

l'histoire (v)                   niet sa                                                 maar SON histoire

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

équipe 1           équipe 2 et 3 
Faites 
exercice seize A t/m E page 63 - 65

Fini?
werkblad maken bezittelijk voornaamwoord

Faites
Exercice 
16B 
16C 1 
16 D
werkblad maken 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Le but:  kunnen zeggen in het Frans of iets van 'jouw' is of van 'mij', van 'hem, haar, hen, uw of jullie'

Tijdens deze les heb ik geleerd over het 1. ….. ............ Hiermee kan ik aangeven of iets van 2. ….. Is of van 3. …… anders.
In het Frans heb je drie soorten namelijk : 4. ….. ..........5. ............. en 6.……..........
Als iets van mij/mijn is dan kan ik dat in het Frans vertalen door: 7 …. ........8…........... of 9……..........
Als iets van hem of haar is vertaal ik dat door: 10 …............ 11. …. ..............12. …..............
Als ik een Franse zin met 'son, sa, of ses' moet vertalen naar het Nederlands moet ik kijken naar 13 .............................. om te weten of ik het moet vertalen met zijn of haar. 
Bij het toepassen van de juiste vorm van het bezittelijk voornaamwoord in het Frans is er één uitzondering. Als een zelfstandig naamwoord 14................. is en begint met een 14 ...... of een 15............ dan moet ik kiezen voor de 16................. vorm van het bezittelijk voornaamwoord. voorbeeld: L'adresse (het adres) wordt dan 17.............. (mijn) adresse 




Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe is het gegaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

ik kan zeggen in het Frans of iets van 'jouw' is of van 'mij', van 'hem, haar, hen, uw of jullie'
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik heb nog extra behoefte aan....
extra uitleg over het bezittelijk voornaamwoord
extra opdrachten maken over het bezittelijk voornaamwoord
het is duidelijk en ik begrijp het
iets anders namelijk...

Slide 24 - Poll

Deze slide heeft geen instructies