Dinsdag 7 februari 2023

Goedemorgen! 
Fijn dat je er bent.

- Lever je mobiel bij binnenkomst in in de rode bak. 
- Pak je Chromebook uit de kast en log vast in op LessonUp.

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Goedemorgen! 
Fijn dat je er bent.

- Lever je mobiel bij binnenkomst in in de rode bak. 
- Pak je Chromebook uit de kast en log vast in op LessonUp.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

1+2e lesuur:
CKV

Slide 5 - Tekstslide

Pauze
timer
15:00

Slide 6 - Tekstslide

3e lesuur:

Slide 7 - Tekstslide

7.2-pijlenketting
ik leer hoe ik met een pijlenketting reken

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Aan de slag!
timer
30:00
Ryad:  

Slide 11 - Tekstslide

4e lesuur:

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag!
timer
30:00
Nask H2 inhalen
Lucas Tg, Kaj, Djoh, Jeremy 

Slide 13 - Tekstslide

Pauze
timer
20:00

Slide 14 - Tekstslide

Lezen
timer
10:00

Slide 15 - Tekstslide

5e lesuur:

Slide 16 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt de kosten van een lening berekenen.

Je kunt een percentage berekenen.

Slide 17 - Tekstslide

Het terugbetalen van het geld dat je geleend hebt, noem je 

                 is de vergoeding die je aan een bank betaalt als je leent.
Terugblik
rente 
aflossen 

Slide 18 - Sleepvraag

Slide 19 - Tekstslide

De                      is een                      bedrag dat je elke
 maand betaalt voor                       en                      van een lening.
vast
rente
maandtermijn
aflossing

Slide 20 - Sleepvraag

Slide 21 - Tekstslide

Je leent € 200. In totaal betaal je € 215 terug voor deze lening. Welk bedrag heb je als aflossing van de lening betaald?
A
215 euro
B
200 euro
C
150 euro
D
100 euro

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Link

Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 25 - Tekstslide

6e lesuur:

Slide 26 - Tekstslide

leerdoelen
4.4.11 Je weet hoe je ongelukken in huis kunt voorkomen en hoe je veilig kunt werken.
4.4.12 Je kunt beschrijven hoe je veilig kunt omgaan met apparatuur, elektriciteit, gas en schoonmaakmiddelen.
4.4.13 Je weet wat je moet doen bij enkele veelvoorkomende ongelukken.

In het huishouden moet je rekening houden met je eigen veiligheid en die van je huisgenoten. De meeste ongevallen gebeuren in en rond het huis. Daarbij zijn vooral kinderen en ouderen betrokken.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Noem een onveilige omgeving.

Slide 30 - Woordweb

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 36 - Tekstslide

Afsluiting

Slide 37 - Tekstslide