B1C - les 2 - Grammatica

Welkom terug! 

  • Ga alvast naar LessonUp! De les
     staat voor je klaar. 
  • Chromebook > Classroom

We lopen volgens planner, fijn!


1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom terug! 

  • Ga alvast naar LessonUp! De les
     staat voor je klaar. 
  • Chromebook > Classroom

We lopen volgens planner, fijn!


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



  • lesdoelen
  • bespreken theorieopdracht
  • maken opdrachten
  • checken lesdoelen
Wat gaan we doen?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Aan het einde van deze les zijn jou de details van de theorie van
     grammatica ook weer bekend.
  • Aan het einde van deze les heb je geoefend met het lijdend voorwerp
     en de bijwoordelijke bepaling.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1
1a. Op welke twee manieren kun je het onderwerp vinden?

Slide 4 - Tekstslide

  • Welke twee delen kun je herkennen in een goed opgebouwde alinea?
  • Wat verwacht je als vervolg op de kernzinnen hieronder?
    1. Er zijn twee manieren om je voor te bereiden op de toets.
    2. Van mij mogen al die smileys in berichten verboden worden.
1b. In welke zinnen komt geen onderwerp voor?

Geef een voorbeeldzin.

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1
1c. Werkwoorden behoren tot het gezegde. Waaruit kan het
       werkwoordelijk gezegde nog meer bestaan?

Slide 6 - Tekstslide

  • Welke twee delen kun je herkennen in een goed opgebouwde alinea?
  • Wat verwacht je als vervolg op de kernzinnen hieronder?
    1. Er zijn twee manieren om je voor te bereiden op de toets.
    2. Van mij mogen al die smileys in berichten verboden worden.
1d. Geef een voorbeeldzin met een splitsbaar werkwoord.



Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1
1e.  Welke vraag stel je om het lijdend voorwerp te vinden?
1f.   Kun je een werkwoord noemen dat geen lijdend voorwerp bij zich
       kan hebben?
1g.  Welke vraag stel je om het meewerkend voorwerp te vinden?
1h.  Is een meewerkend voorwerp meestal een mens, dier of een
       ding? Leg je antwoord uit.

Slide 8 - Tekstslide

  • Welke twee delen kun je herkennen in een goed opgebouwde alinea?
  • Wat verwacht je als vervolg op de kernzinnen hieronder?
    1. Er zijn twee manieren om je voor te bereiden op de toets.
    2. Van mij mogen al die smileys in berichten verboden worden.
Aan de slag!
Maken opdracht 2 en 3, blz. 17 en 18

Klaar?
Je mag verder met opdracht 4.




Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even terug naar de lesdoelen
  • Hoe ging opdracht 1? Is de theorie nu weer helemaal helder?
  • Wat was er even weggezakt van de theorie van grammatica waarvan
     je nu zegt: 'Oh ja, ik weet het weer'? 
  • Hoe ging het met het oefenen van het lijdend voorwerp
     en de bijwoordelijke bepaling?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies