Grammatica blok 4, les 2

Wat is het meewerkend voorwerp in deze zin: Ik heb dat toch al zo vaak aan je gevraagd?
1 / 10
volgende
Slide 1: Open vraag
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat is het meewerkend voorwerp in deze zin: Ik heb dat toch al zo vaak aan je gevraagd?

Slide 1 - Open vraag

Vul je naam in als je thuis het boek "Koning van Katoren" hebt.

Slide 2 - Woordweb

Wat doen we vandaag?
- praten over meewerkend voorwerp
- nieuwe theorie
-oefenen
-afsluiten

Slide 3 - Tekstslide

Doel van de les
- Na deze les weet je wat een bijwoordelijke bepaling is en hoe je deze kunt vinden in een zin.

Slide 4 - Tekstslide

Alle zinsdelen in de zin hebben een eigen functie.
De docent geeft de leerlingen een tien voor het huiswerk.
1. Het onderwerp is degene die actie onderneemt/iets doet. (wie)
2. Het werkwoordelijk gezegde: alle werkwoorden in de zin.
3. Het lijdend voorwerp ondergaat iets (wie/wat + wg + ond).
4. Het meewerkend voorwerp krijgt iets (aan/voor wie + wg + ond + lv).

Slide 5 - Tekstslide

Bijwoordelijke bepaling
Geeft antwoord op de vraag:
waar, wanneer, waardoor, waarmee, waarnaar, wanneer, hoe, hoeveel.

De docent geeft de leerlingen een tien voor het huiswerk.

Slide 6 - Tekstslide

Ontleden
De docent
geeft
de leerlingen
een tien
voor het huiswerk

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeldzin
Gisteren is de hond van de buurman ontsnapt uit de tuin.

Slide 8 - Tekstslide

Maak opdracht 16, 17 en 18

Slide 9 - Tekstslide

Schrijf een zolang mogelijke zin met maar één persoonsvorm erin.

Slide 10 - Open vraag