,

TH2B 4/10

§1.3 Arbeiders gaan samenwerken
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

§1.3 Arbeiders gaan samenwerken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag? 
- Welkom!
- Memory game
- Verder uitleg  §3 Arbeiders gaan samenwerken 
- Nakijken huiswerk
- Start §4 Meer mensen krijgen inspraak
- Film Daens
- Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§1.3 Arbeiders gaan samenwerken

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
7:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

...kan ik uitleggen hoe de arbeiders en de gegoede burgerij probeerden de situatie van de arbeiders te verbeteren

...kan ik uitleggen wat het socialisme inhoudt

...kan ik met een voorbeeld uitleggen wat een sociale wet is
Aan het einde van de les...

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Liefdadigheid
  • Zieken, ouderen en armen hadden geen inkomsten. 
  • Afhankelijk van familie en liefdadigheid.
  •  Kerk en rijken. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vakbonden
  • Arbeiders werken samen om sterk te staan.

  • Vakbond = vereniging van arbeiders die lonen en arbeidsomstandigheden willen verbeteren
  • Wat willen de vakbonden bereiken? blz. 37

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arbeiders en armen werden door de staat niet geholpen.
Door wie wel?
  • Familie
  • Kerk
  • Liefdadigheid van de rijken
§1.3
Arbeiders gaan samenwerken
A
Samen sterk
Leerdoel:
  • Je kunt uitleggen hoe arbeiders en de gegoede burgerij probeerden de situatie van de arbeiders te verbeteren
Begrippen:
  • liefdadigheid
  • vakbonden
Een vrouw zamelt geld in
voor een goed doel

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eind 19e eeuw richten arbeiders vakbonden op.
Zij strijden voor:
  • hoger loon
  • kortere werktijd
  • afschaffing kinderarbeid

Dit deden zij door:
  • Stakingen organiseren
  • Doel: fabrieksbazen dwingen om lonen te verhogen en werkomstandigheden te verbeteren
§1.3
Arbeiders gaan samenwerken
A
Samen sterk

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§1.3
Arbeiders gaan samenwerken
B
Het socialisme
Leerdoel:
  • Je kunt uitleggen wat het socialisme inhoudt
Begrippen:
  • socialisme
  • politieke partij
  • algemeen kiesrecht
Fabriekseigenaar
Arbeiders
alle winst van de fabriek
bezaten grondstoffen, machines, fabrieken
kregen laag loon
Oneerlijk!!!
Socialisme

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§1.3
Arbeiders gaan samenwerken
B
Het socialisme
Socialisten: de arbeiders zullen ooit in opstand komen en dan het bezit van de rijken afpakken.

Om echt dingen te veranderen was invloed op het bestuur nodig.
1881: oprichting socialistische politieke partij

Belangrijkste doel: algemeen kiesrecht.


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

§1.3
Arbeiders gaan samenwerken
B
Het socialisme
Algemeen kiesrecht
Ook arme arbeiders mogen stemmen
Socialisten zouden in bestuur komen
Wetten om arbeiders te beschermen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Liberalisme
Socialisme
Arbeiders moeten worden beschermd. 
Alle burgers moeten kunnen stemmen. 
Fabriekseigenaren mogen alle winst krijgen van de fabriek. 
Het verschil tussen arm en rijk zal gaan leiden tot een opstand. 
Vrijheid is goed voor de economie. 

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nakijken huiswerk
Kijk vraag 12, 13 en 14 van §3 na. 
Antwoorden in teams. 


timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rond 1870: liberalen voeren eerste sociale wetten in.

  • Ongevallenwet
  • Kinderwetje van Van Houten
  • Leerplichtwet
§1.3
Arbeiders gaan samenwerken
C
Sociale wetten
Leerdoel:
  • Je kun met een voorbeeld uitleggen wat een sociale wet is
Begrippen:
  • sociale wetten

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale wetten
  • Vanaf 1870 > Liberalen kwamen met sociale wetten. 
  • Waarom? Het moest eerlijker, maar ook angst voor acties socialisten en ziektes. 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale wetten
Sociale wetten zijn wetten die mensen moeten beschermen tegen de gevolgen van ziekte, armoede of ouderdom.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale Wetten

  • 1874: Kinderwetje van Van Houten
  • 1901: Leerplichtwet
  • 1901: Ongevallenwet: Uitkering als je niet meer kunt werken door een ongeluk

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Afschaffing van kinderarbeid
  • Liberalen hadden de macht
  • Liberalen vinden dat iedereen vrij is om zelf te beslissen
  • Toch werden wetten ingevoerd om de arbeiders te beschermen.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale wetten
  1. 1874: kinderwetje van Van Houten - kinderen onder 12 mogen niet in de fabriek werken
  2. 1889: Arbeidswet - controle op kinderwetje en arbeidsomstandigheden
  3. 1901: Leerplichtwet - kinderen moeten naar school

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag! 

Maak van paragraaf 4 vraag 2 t/m 6, 7 ,8 en 9
timer
7:00

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§4 Meer mensen krijgen inspraak

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat er in het bestuur van Nederland veranderde door de grondwet van 1848. 
  • je kunt beschrijven dat Nederland steeds democratischer werd. 
  • je kunt uitleggen wat feminisme is en wat hun grootste doel was.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Een nieuwe grondwet
  • Vóór 1801 was Nederland een republiek: land zonder koning
  • 1801-1813 waren de Fransen de baas
  • 1813 werd Nederland een koninkrijk
  • 1815 kwam er een nieuwe grondwet: document waarin staat hoe het land bestuurd wordt en wat de grondrechten van de burgers zijn.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat stond erin?
alle burgers hadden dezelfde grondrechten:
  • vrijheid van meningsuiting
  • vrijheid van godsdienst

MAAR
  • de koning had veel macht volgens de grondwet 

Veel liberale burgers vonden dat niet de koning, maar een groep burgers de meeste macht zouden moeten hebben.
 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


1848
Burgers in Europa kwamen in opstand
  • Ze eisten meer inspraak.
  • In Frankrijk werd de koning afgezet
  • In Nederland ontstonden rellen.
  • Koning Willem II gaf opdracht om een nieuwe grondwet te schrijven.
  • Willem II was bang om ook afgezet te worden. 

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grondwet 1848
2 belangrijke veranderingen:
  1. Elke 4 jaar kozen rijke burgers leden van het parlement (volksvertegenwoordiging).
  2. Ministers moesten besluiten van het parlement uitvoeren. Zij hoefden de koning niet meer te gehoorzamen. Ook mochten zij ministers ontslaan.

Nederland werd een 
parlementaire democratie.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Via deze link ga je naar een korte clip (2:33 minuten) over de grondwet van Thorbecke (1848).
MAAR
Niet ALLE burgers mochten stemmen.
  • Alleen mannen die een bepaald percentage aan belasting betaalden.
  • Vrouwen mochten niet stemmen.


Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 
Vrouwen willen gelijkheid
mannen en vrouwen zijn volgens de wet ongelijk
  • man is hoofd van het gezin
  • man nam alle beslissingen (alleen)
  • getrouwde vrouwen mochten geen scheiding aanvragen
  • getrouwde vrouwen mochten geen grote bedragen uitgeven

Maken vragen 7 t/m 10

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vrouwen in verzet
Vrouwen wilden gelijk behandeld worden. Eerst sloten vrouwen van de middenklasse en gegoede burgerij zich aan, later ook de vrouwen en mannen in de arbeidersklasse.
  • FEMINISME: beweging die streeft naar gelijke rechten voor vrouwen.

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Feminisme
Belangrijkste doel:
vrouwenkiesrecht

1917 algemeen mannenkiesrecht
1919 vrouwenkiesrecht
Vrouwen konden ook gaan studeren en 
gaan werken.

De ongelijkheid voor de wet bleef.
Zo ook het idee dat vrouwen thuis moesten 
blijven om te zorgen voor het gezin.
Feminisme

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag! 
Huiswerk: 
Maak van paragraaf 4 vraag 2 t/m 6 en 7, 8, en 9

Kijk je huiswerk na (antwoorden par. 3 in teams). 

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies