T7 B3

Basisstof 3
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Basisstof 3

Slide 1 - Tekstslide

Waar gaat deze bassistof over?
  • Fotosynthese en verbranding
  • Glucose omzetten
  • Assimilatie
  • Onderzoek: indicatoren

Eerst: zelfstandig lezen B3 voor 10 min.
timer
1:00

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt beschrijven dat bij fotosynthese energie nodig is en dat bij verbranding energie vrijkomt.
  • Je kunt aangeven welke stoffen een plant kan maken van de grondstof glucose.
  • Je kunt aangeven wat de functies zijn van suikers, eiwitten en vetten.
  • Je kunt koolstofdioxide aantonen met kalkwater, en zetmeel aantonen met joodoplossing.

Slide 3 - Tekstslide

Inleiding 
Planten nemen alleen energiearme stoffen zoals water, mineralen en koolstofdioxide op. Bladgroenkorrels zetten deze energiearme stoffen om in de energierijke stof glucose.

Slide 4 - Tekstslide

Energiearm/rijke stoffen 
Energiearme stoffen
- koolstofdioxide, water, mineralen.
Energierijke stoffen
- Koolhydraten (glucose), eiwitten, vetten

Bomen: 
-houtstof --> houtstof is energierijk (bevat glucose)

Slide 5 - Tekstslide

FOTOSYNTHESE
Fotosynthese

Slide 6 - Tekstslide

Hoe maakt een plant glucose?
Bladgroenkorrels --> fotosynthese
Wanneer :  In het licht vinden fotosynthese en verbranding plaats.
Nodig voor fotosynthese:
  1. Koolstofdioxide
  2. Water
  3. Zonlicht
Producten van fotosynthese:
  1. Glucose
  2. Zuurstof

Slide 7 - Tekstslide

Energie maken

Slide 8 - Tekstslide

Energie maken



Glucose opslag --> voeding 

Slide 9 - Tekstslide

Hoe vind verbranding plaats in een plant ?
In alle cellen van een plant  --> Verbranding 
Wanneer: In het donker vindt alleen verbranding plaats._
Nodig voor Verbranding:
  1. Glucose ( die gemaakt is door fotosynthese) 
  2. Zuurstof
Producten van Verbranding:
  1. Koolstofdioxide
  2. Water 
  3. Energie vrij

Slide 10 - Tekstslide

Organismes
Eten energie 
Koolhydraten, eiwitten, vetten

Verbranden energie 


Slide 11 - Tekstslide

Assimilatie:
Omzetting naar energierijke organische stoffen

Glucose naar:
  • eiwitten
  • vetten 
  • suiker
  • zetmeel
  • cellulose

Functie van assimilatieproducten:
  • Brandstoffen
  • Bouwstoffen: cellen, weefsel, herstel
  • Reservestoffen: bolle, knollen, zaden



Slide 12 - Tekstslide

Glucose kan omgezet worden in andere stoffen
Suikers: lossen makkelijk op in water en zijn dan goed te vervoeren
Zetmeel: Tijdelijk opslaan in bladeren of langer opslaan als reservestof (aantonen met joodoplossing) 
Cellulose: Bouwstof voor celwanden
Dit zijn de koolhydraten
Maar glucose kan ook in vetten en eiwitten (vooral in zaden) worden omgezet

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

De functie van assimilatieproducten
  • Brandstoffen
  • Bouwstoffen 
  • Reservestoffen 

Slide 15 - Tekstslide

Brandstoffen 
Brandstoffen worden verbruikt bij de verbranding. Vooral glucose is een belangrijke brandstof. De glucose die niet als brandstof nodig is, wordt gebruikt voor de assimilatie van andere stoffen.

Slide 16 - Tekstslide

Bouwstoffen 
Bouwstoffen worden gebruikt bij de vorming van cellen en weefsels (voor opbouw en herstel). Eiwitten zijn bijvoorbeeld nodig voor de vorming van DNA en cellulose is nodig voor de vorming van celwanden.

Slide 17 - Tekstslide

Reservestoffen
Reservestoffen, vooral zetmeel, worden opgeslagen voor later.

Slide 18 - Tekstslide

Indicatoren
= stof waarmee je een andere stof kunt aantonen


Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk
Basis: 

B3 blz. 28 
Opdr. 1 t/m 7 

Kader:
B3 blz. 28
Opdr. 1 t/m 8 


timer
15:00

Slide 20 - Tekstslide