In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Hfst 1 Organismen uit 4 rijken
1.1 Organismen indelen
1.2 Plantenrijk - microscopie
1.3 Dierenrijk
1.4 Schimmelrijk en bacterierijk
1.5 Voedselkringloop
1.6 Biotechniek
Slide 1 - Tekstslide
Microscopie: Waterpest
Neem de hele les door!
Slide 2 - Tekstslide
Programma
Welkom
Microscopie: waterpest (preparaat maken + tekening)
Alles opruimen
Tijd over? Begin met je huiswerk
Klassikale afsluiting
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen van deze les
Je kunt een preparaat maken
Je kunt de microscoop instellen
Je kunt de tekenregels toepassen
Slide 4 - Tekstslide
Waterpest
Waterpest is een waterplantje dat in sloten voorkomt.
De blaadjes van waterpest bestaan uit slechts twee cellagen.
In de cellen bevinden zich veel bladgroenkorrels, hierdoor zie je de celkern meestal niet.
Slide 5 - Tekstslide
Onderdelen van de plantencel
Celwand. Stevige laag. Bestaat uit cellulose.
Celmembraan. dun vlies binnen de celwand. Reguleert welke stoffen in en uit de cel gaan.
Cytoplasma. Stroperige vloeistof. Celkern, vacuole en bladgroenkorrels liggen hier in.
Celkern. Bevat het DNA van de plant. Reguleert de cel
Bladgroenkorrel. Plaats voor fotosynthese
Vacuole. Blaasje in het midden van de cel, zorgt voor stevigheid
Slide 6 - Tekstslide
Bekijk alle dia's van deze les en bekijk het filmpje
Je maakt het preparaat:
1 druppel water op het objectglas
1 blaadje van de waterpest gebruiken
het blaadje in de druppel leggen (niet dubbel!)
dekglaasje erop (zorg dat er geen luchtbellen ontstaan)
evt. teveel aan vocht weg halen (deppen met een doekje
Slide 7 - Tekstslide
Materiaal en het preparaat
voorwerpglas/objectglas
dekglaasje
object (het voorwerp dat je gaat bekijken)
Soms gebruik je ook nog een druppel water of jodium
Het preparaat bestaat uit:
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Leg het preparaat tussen de preparaatklemmen op de tafel van de microscoop.
Schuif het naar achter.
Je legt het preparaat NIET onder de klemmen!
Je maakt eerst je preparaat. Als het klaar is, leg je het op de tafel van de microscoop.
Slide 10 - Tekstslide
Zorg dat je preparaat recht boven
de opening in de tafel komt te liggen, verplaats de kruistafel
Het licht schijnt door je preparaat.
Slide 11 - Tekstslide
Weet je niet meer
hoe de onderdelen heten?
Kijk dan even hier.
meer/minder licht
Zwarte knop:
grote stelschroef
Blauwe knop:
kleine stelschroef
Slide 12 - Tekstslide
40-100-400 x vergroten
Dit wil je graag zien als je 400 x hebt vergroot.
Je kiest bij 40 x al een duidelijke mooie cel met nogal wat bladgroenkorrels.
Je weet dat je bij 400 x op verschillende lagen kunt scherpstellen.
Kies de laag die duidelijk is, DAN kun je gaan tekenen
Slide 13 - Tekstslide
Scherpstellen 40 - 100 - 400 x
40 x (rood)
Breng de aanwijsnaald bij een mooie duidelijke plantaardige cel
100 x (geel)
De punt van de aanwijsnaald bij de duidelijke plantaardige cel
400 x (blauw)
Je ziet scherp: De plantaardige cel met alle celkenmerken
De celkern zie je meestal niet
Stel scherp, draai aan de grote, zwarte stelschroef
Stel scherp, draai aan de grote, zwarte stelschroef
Stel scherp, draai aan de kleine, blauwe stelschroef
Slide 14 - Tekstslide
Teken de gekozen cel groot (ongeveer 7 cm: vorm in verhouding)
Teken strakke lijnen (niet schetsen)
Teken wat je ziet (gum zo weinig mogelijk)
vul het bijschrift in
gebruik een hb-potlood, druk niet te hard / niet te zacht/ niet te dik
teken met gesloten lijnen
niet inkleuren wat je getekend hebt
Maak een schematische tekening van 1 cel
Teken naast de gekozen cel alleen een deel van de randen
van de aangrenzende cellen
Benoem de onderdelen. Trek horizontale lijnen opzij met een lineaal
Benoem: Celwand, celmembraan, bladgroenkorrel, cytoplasma (en soms vacuole en celkern).
De lijnen lopen parallel - De benoemde onderdelen staan precies onder elkaar
Slide 15 - Tekstslide
Let op:
dit is een voorbeeld!
Tekenregels
Slide 16 - Tekstslide
Benoem
(kijk in je boek of zoek op internet)
celkern (zie je niet vaak)
cytoplasma
celmembraan
celwand
vacuole (als je die ziet)
bladgroenkorrel
Teken van de cellen die naast 'jouw cel liggen'
alleen een klein stukje rand.
Slide 17 - Tekstslide
Opruimen
Microscoop in juiste volgorde opruimen:
Tafel helemaal omlaag
Preparaat weghalen
Lampje uit
Kleinste vergroting boven de tafel draaien
Hoes over de microscoop
Vasthouden aan statief en terugzetten
Preparaten schoonmaken, drogen en inleveren
Slide 18 - Tekstslide
Cel-onderdelen van een plant
De celwand geeft stevigheid aan een plant.
Cytoplasma is een vloeistof waarin zich bladgroenkorrels bevinden.
De celmembraan (dun vliesje) zit om het cytoplasma heen.
In bladgroenkorrels (groene bolletjes) vindt fotosynthese plaats.
De celkern stuurt processen aan die in de cel / plant plaatsvinden
De vacuole bevat vocht, de vacuole 'duwt' andere onderdelen van een cel opzij. Daardoor wordt het geheel een nog steviger geheel. De vacuole bevat ook voedingsstoffen.
Sommige planten bevatten kleurstofkorrels, die geven de plant een kleur (wortel).