• Om situaties en gewoontes in het verleden aan te geven:
Antes salíamos todos los fines de semana.
• Om een situatie in het verleden te beschrijven die van belang is als achtergrond voor een andere (belangrijkere) gebeurtenis:
Estábamos en el aeropuerto, hacía mucho calor y todos estaban nerviosos, pero el avión no llegó.
• Om een verzoek beleefd te formuleren:
Quería reservar una habitación individual.