Begrijpend lezen blok 3 les 1

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschool

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

opbouw van een tekst

Inleiding

Kern 

Slot

Slide 2 - Tekstslide

Ik ga deze tekst lezen want:
A
Ik wil lekker lachen over een domme goochelaar
B
Ik wil meer weten over goochelen en trucs
C
Ik wil een spannend verhaal over goochelen lezen
D
Ik wil precies weten hoe ik een duif uit een hoed tover

Slide 3 - Quizvraag

Wat wordt bedoeld met 'bij de neus nemen?'
A
De goochelaar laat je schrikken
B
De goochelaar tovert je neus eraf
C
De goochelaar laat je lachen
D
De goochelaar fopt je

Slide 4 - Quizvraag

Goochelaars zijn vingervlug. Ze kunnen razendsnel met bijvoorbeeld
munten of kaarten manipuleren.
In het woord manipuleren zit het woord manus.
Manus betekent hand in het Latijn.
Manipuleren is....

Slide 5 - Open vraag

In de inleiding lees je wat het onderwerp van de tekst is: goochelen.
In de kern staat allerlei informatie over goochelen.
In het slot staat de conclusie of de samenvatting van de schrijver.

Wat is zijn conclusie?

Slide 6 - Open vraag

De tekst bestaat uit stukjes die een tussenkop hebben.
In veel van die stukjes zegt één kernzin het belangrijkste.
Wat is de kernzin van het laatste stukje 'Goochelaar zijn?'

Slide 7 - Open vraag

Voor ieder optreden heeft de goochelaar een beetje plankenkoorts. Met planken bedoelen we het podium.
Wat betekent plankenkoorts?
A
Dat is een houtziekte
B
De spanning van iemand die moet optreden voor publiek
C
Een ziekte die goochelaars vaker hebben dan anderen
D
Angst van het publiek voor goochelaars

Slide 8 - Quizvraag

Er zijn maar weinig goochelaars die met hun shows de kost kunnen verdienen.
Het is een moeilijk beroep. In de laatste alinea staat
welke eigenschappen je moet hebben om een goede goochelaar te zijn.
Welke zijn dat?

Slide 9 - Woordweb

Wat vind jij?
A
Het lijkt me geweldig om goochelaar te zijn
B
Ik zou nooit goochelaar willen zijn

Slide 10 - Quizvraag