Havo 2 Hoofdstuk 1 Landschappen paragraaf 1.5 en 1.6
1 / 17
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Bovenloop
Middenloop
Benedenloop
Veel diepte-erosie
Zand en klei
Transport
Sedimentatie
Keien, stenen, grind
Grind, zand en klei
Smalle rivier
Brede rivier
Breedste rivier
Slide 2 - Sleepvraag
Woon jij in Hoog- of Laag-Nederland?
Hoog Nederland
Laag Nederland
Slide 3 - Poll
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
IJstong
Smeltwaterdal
Stuwwal
Slide 7 - Sleepvraag
Slide 8 - Tekstslide
Lever hier een foto in van paragraaf 1.4
Slide 9 - Open vraag
Hoe komen deze stenen in ons land?
Slide 10 - Open vraag
Waarom is er in Ermelo een grote schaapskooi?
A
omdat Ermelo leuk is!
B
omdat de mest vroeger werd gebruikt om het land vruchtbaar te maken.
C
omdat schapen zorgen voor inkomsten door toerisme.
D
omdat schapen alleen in Hoog-Nederland kunnen leven.
Slide 11 - Quizvraag
Duinzand
Zeeklei
Veen
Dode plantenresten onder water zonder zuurstof
Door golven en wind
In stilstaand water achter de duinen
Slide 12 - Sleepvraag
Op deze foto zie je laag-Nederland afgebeeld. Hoe kan je dat herkennen?
Slide 13 - Open vraag
Wat heeft het meest meegebouwd aan de vorming van laag-NL?
A
Wind
B
Rivier
C
Zee
D
Mens
Slide 14 - Quizvraag
Wat zie je hier?
Slide 15 - Woordweb
Stelling: dijken zijn ouder dan terpen.
Juist
Onjuist
Slide 16 - Poll
Hoe ontstaan duinen?
