2kbc vrijdag 10-9, blok 1, grammatica

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag: 
- 10 min. lezen: pak je boek en lees in stilte!
- Terugblik
- Bespreken huiswerk
- Werkwoordvormen
- Samen oefenen
- Zelfstandig werken
- Afsluiten



Slide 2 - Tekstslide

Terugblik
Terugblik:

Hoe vind je het onderwerp in een zin?
Wat is het werkwoordelijk gezegde in een zin?

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
Maken: Blok 1, grammatica opdracht 6, 7, 8, 10
Leren: theorie op blz 24 en 25




Slide 4 - Tekstslide

Doel van de les
Je kunt de getalproef toepassen om het onderwerp in een zin te vinden

Slide 5 - Tekstslide

Het onderwerp vinden door middel van de getalproef






  • Zoek eerst de persoonsvorm
  • Verander deze van enkelvoud in meervoud, of andersom 

Slide 6 - Tekstslide

Dussss...
1. De baby huilt de hele nacht
2. De ober bracht ons eten erg snel
3. De volwassenen praten over de voetbalwedstrijd
4. Mijn moeder doet de afwas 
5. Heb jij gisteren tv gekeken?

Slide 7 - Tekstslide

Aan de slag
Wat
Grammatica opdracht 11 en 12

Hoe
Zelfstandig

Hulp nodig?
Vraag de docent


Tijd
10 minuten
Klaar?
Dan pak je je leesboek en ga je in stilte lezen
Uitkomst
Wat af is, hoef je thuis niet meer te doen.
timer
10:00

Slide 8 - Tekstslide

Wat staat hier nou eigenlijk?!
Daarom is spelling zo belangrijk!

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Stam en de ik-vorm
  • De stam is het hele werkwoord, -en. Deze gebruik je bijvoorbeeld bij het Kofschip.
  • Bij de ik-vorm komt er vaak een letter bij, kijk maar: beloven --> ik beloof    betalen --> ik betaal

Slide 13 - Tekstslide

De spellingsregels
  • Bij 'ik' schrijf je de ik-vorm: ik loop
  • Bij jij, u/hij/zij/het schrijf je de ik-vorm + t: jij loopt
  • Als de ik-vorm eindigt op t, dan geen extra t (dus niet: ik praatt)
  • Als je of jij achter de PV staat, dan ik-vorm: Loop jij?
  • Bij meervoud (wij, jullie, zij): hele werkwoord: Wij lopen

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Aan de slag
Wat
Blok 1, spelling opdracht 1.1, 1.2,
            2 en 3.1

Hoe
Zelfstandig

Hulp nodig?
Vraag de docent


Tijd
10 minuten
Klaar?
Dan pak je je leesboek en ga je in stilte lezen
Uitkomst
Wat af is, hoef je thuis niet meer te doen.
timer
10:00

Slide 16 - Tekstslide

Afsluiten

Het doel was:

Je kunt het OND in een zin vinden dmv de getalproef
Je kent de spellingsregels 

Behaald??

Huiswerk opdrachten :
Blok 1, spelling opdracht 1.1, 1.2,
            2 en 3.1
Leren: theorie op blz 24 en 27


Wat vond je van de les?

De volgende keer:
Verder met spelling

Slide 17 - Tekstslide