Het onderwerp vinden door middel van de getalproef
Zoek eerst de persoonsvorm
Verander deze van enkelvoud in meervoud, of andersom
1. De baby huilt de hele nacht 2. De ober bracht ons eten erg snel 3. De volwassenen praten over de voetbalwedstrijd 4. Mijn moeder doet de afwas 5. Heb jij gisteren tv gekeken?
Slide 3 - Tekstslide
Huiswerk bespreken
Maken Grammatica opdracht 10, 11, 12
Leren blz 24/25
Slide 4 - Tekstslide
Doel van de les
- Je weet waarom spelling zo belangrijk is
- Je kent de spellingsregels
Slide 5 - Tekstslide
Wat staat hier nou eigenlijk?!
Daarom is spelling zo belangrijk!
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Stam en de ik-vorm
De stam is het hele werkwoord, -en. Deze gebruik je bijvoorbeeld bij het Kofschip.
Bij de ik-vorm komt er vaak een letter bij, kijk maar: beloven --> ik beloof betalen --> ik betaal
Slide 10 - Tekstslide
De spellingsregels
Bij 'ik' schrijf je de ik-vorm: ik loop
Bij jij, u/hij/zij/het schrijf je de ik-vorm + t: jij loopt
Als de ik-vorm eindigt op t, dan geen extra t (dus niet: ik praatt)
Als je of jij achter de PV staat, dan ik-vorm: Loop jij?
Bij meervoud (wij, jullie, zij): hele werkwoord: Wij lopen
Slide 11 - Tekstslide
Aan de slag
Wat
Blok 1, spelling opdracht 1.1, 1.2,
2 en 3.1
Hoe
Zelfstandig
Hulp nodig?
Vraag de docent
Tijd
10 minuten
Klaar?
Dan pak je je leesboek
Uitkomst
Wat af is, hoef je thuis niet meer te doen.
timer
10:00
Slide 12 - Tekstslide
create.kahoot.it
Slide 13 - Link
Afsluiten
Het doel was:
Je kunt het OND in een zin vinden dmv de getalproef