Hoofdstuk 16 - richtlijnen voor je gedrag: waarden en normen

• Communicatie
• MBO
• Studiejaar 1

Communicatie Hoofdstuk 16

Richtlijnen voor je gedrag: waarden en normen

Lesopbouw periode 3

LESWEEK 1: THEMA 5 - 10 BEROEPSCODE 10.1 T/M 10.5​

LESWEEK 2: THEMA 5 – 11 ASPECTEN VAN DE BEROEPSHOUDING 11.1 T/M 11.9​

LESWEEK 3: THEMA 7 - 14 IEDER MENS IS UNIEK 14.1 t/m 14.6​

LESWEEK 4: THEMA 7 – 15 ZELFREFLECTIE 15.1 T/M 15.6​

LESWEEK 5: THEMA 7 – 16 RICHTLIJNEN VOOR JE GEDRAG 16.1 T/M 16.3​

LESWEEK 6: THEMA 6 – 12 OPKOMEN VOOR JEZELF 12.1 T/M 12.5​

LESWEEK 7: THEMA 6 - 13 INTIMITEIT EN ONGEWENSTE INTIMITEIT 13.1 T/M 13.6​

LESWEEK 8: PROEFTOETS​

Lesplanning

1. Terugblik vorige les (H15)

2. Instructie H16

3. Zelfstandig werken

Onderwerpen deze les

• waarden en normen bepalen je gedrag;
• herkomst van jouw waarden en normen;
• zelfbepaling op basis van waarden en normen;
• conflict door verschillende waarden en normen;
• veranderende waarden en normen.

Wat versta je onder waarden

Waarden

Zijn de gemeenschappelijke opvattingen van mensen over wat zij belangrijk vinden in het leven en in de omgang met elkaar

Wat versta je onder normen

Normen

Normen zijn gemeenschappelijke verwachtingen en afspraken over gepast gedrag in een bepaalde situatie, gedragsregels.

Normen en waarden

• Richtlijnen waar mensen zich aan houden
• Je krijgt ze van je ouders/opvoeders, leerkrachten, andere culturen, sport, enz.
• Geven richting aan je zelfbepaling, beïnvloeden je gedrag
• Ontwikkelen zich gedurende je leven

Voorbeelden Normen

Voorbeelden van normen zijn:

• Je netjes kleden als je uit eten gaat;
• Ouderen met 'u' aanspreken;
• De deur openhouden voor degene die vlak achter je aan loopt;
• Genoeg eten en drinken klaarzetten als je je verjaardag viert. 

Zelfbepaling

Door zelfbepaling geef je zelf richting aan je eigen ontwikkelingen, daaronder vallen ook de waarden en normen die jouw gedrag beïnvloeden.

Bijvoorbeeld:   

waarden =gezondheid , norm=niet roken

Kun jij voorbeeld geven?

Verschil tussen waarden en normen tussen collega’s

Kun je een voorbeeld geven?

Casus

Wilco werkt in de verslavingszorg. In een teamoverleg krijgt hij van collega Suzan te horen dat ze vindt dat hij te lang pauzeert. Zij vindt dat anderen (ook zijzelf) harder moeten werken, omdat Wilco blijft zitten.

Wilco legt uit dat hij er anders over denkt. "Als je zo kort pauzeert als jij doet, heb je er helemaal niets aan. Ik vind het belangrijk om ook aan mijzelf te denken en even afstand te nemen. Daarna kan ik er dan weer helemaal tegenaan. En dat doe ik ook.".

Waarden en normen botsen op de werkvloer, hoe reageer jij als je Wilco zou zijn?

Voorbeelden hoe jij normen overbrengt op cliënten

Het goede voorbeeld geven:

• Ouders/ verzorgers
• Leerkrachten
• Coaches
  

Voorbeelden:

• Je let erop dat alle cliënten meehelpen bij het opruimen. Zo nodig spreek je een cliënt die niet meehelpt daarop aan. Je doet dit omdat dit rechtvaardig is. Je wilt dat cliënten rekening houden met elkaar. 
  
  
• Je let erop dat de cliënten niet schreeuwen en rennen door de gang omdat andere cliënten liggen te slapen. Je doet dit omdat je het belangrijk vind dat ze rekening met elkaar houden.

Veranderde waarden en normen

Levensvragen:

• Welke dromen heb je?
• Welk leven wil je leiden qua werk, studie en hobby's wonen en relaties?
  
  
• Komen je antwoorden overeen met het leven die je nu leidt? Zo niet dan kan het zijn dat je jouw normen en waarden moet gaan aanpassen. 

wat is een innerlijk conflict?

Definitie innerlijk conflict

Tweestrijd over wat je belangrijk vindt en wat je moet doen. Je bent in gevecht met jezelf en voelt je onzeker over wat je moet doen.

Voorbeelden 

1. Je wilt graag behulpzaam zijn, maar het zeurtoontje waarmee je collega over haar probleem praat, roept zoveel ergernis bij op op, dat je smoesjes verzint als ze vraagt of ze even met je kan praten (en dat terwijl je eerlijkheid ook heel belangrijk vindt.)
   
   
2. Je vindt het belangrijk gezond te zijn, maar het lukt je niet om van het roken af te komen.

Cliënten in een innerlijk conflict

• Keuze moeten maken tussen twee soort gelijke situaties
• Worstelen met deze keuzes en roept vaak; 'het is zo dubbel' of 'ik heb er gemengde gevoelens over.'

Voorbeeld:

Bij een cliënt met een verstandelijke beperking: Wil ik verhuizen naar een nieuwe woonvorm of wil ik dat niet?

Meer voorbeelden in je boek op blz 232

Hoe ga je als MZ-er om met cliënt met een innerlijk conflict?

Aan de slag!

Lees zelf de andere voorbeelden op blz. 227 en 232

Maak de opdrachten van thema 7 - 7.16in Thiemen, niveau 3 en 4 en niveau 4.