Ma 29 maart - 1VE - Plant en dier

Log alvast even in op de lesson up!
1 / 40
volgende
Slide 1: Woordweb
Mens & NatuurMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Log alvast even in op de lesson up!

Slide 1 - Woordweb

Goedemorgen!
Mevr. de Goede
29-03-2021

Slide 2 - Tekstslide

Hebben jullie de pasta gegeten?
Zo ja, Hoe was die?

Slide 3 - Woordweb

Onderdelen van plant en dier
Plant en dier - Mens en natuur!
Mevr. de Goede 

Slide 4 - Tekstslide

Lesplanning
  • Terugblik Week 12 
  • Leerdoelen deze les
  • PT 2 Organen Dier 
        - Theorie 
        - Opdracht
  • PT 3 Organen plant 
  • Afsluiten  
Huiswerk:
PT 2
PT 3 

Slide 5 - Tekstslide

Herhaling week 12: Organisme 

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de juiste volgorde?
Van klein naar groot!
A
Cel - Weefsel - Orgaan - Orgaanstelsel
B
Orgaanstelsel- Orgaan- Weefsel - Cel
C
Orgaan - Orgaanstelsel - Weefsel - Cel
D
Cel - Orgaanstelsel - Weefsel - Orgaan

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heet het onderdeel onder het rode vakje?

Slide 8 - Tekstslide

Organisme!
= Een levend wezen. 

Slide 9 - Tekstslide

4 soorten organisme 

  • Plant 
  • Dier 
  • Schimmel 
  • Bacterie  

Slide 10 - Tekstslide

Plantencel vs. Dierlijke cel


Wat zie je? 
Overeenkomsten:

Verschillen:

Slide 11 - Tekstslide

In een bepaald onderdeel van de plant maakt een plant zijn voeding.


Hoe heet dit proces?

In welk onderdeel van de plant?

Slide 12 - Tekstslide

In een bepaald onderdeel van de plant maakt een plant zijn voeding.
Hoe heet dit proces en waar gebeurt dit?

Slide 13 - Open vraag

Fotosynthese
In de bladgroenkorrels vindt er fotosynthese plaats!

Hier maakt een plant zijn eigen voedsel!

Slide 14 - Tekstslide

Water
Koolstofdioxide
Zuurstof
Glucose

Slide 15 - Sleepvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Leerdoelen - Week 13
Na deze les kan je...
  • Je kunt de betekenis van een orgaan van een plant en dier beschrijven en hiervan voorbeelden noemen.
  • Je kunt de functies van organen in een plant benoemen.
  • Je kunt voorbeelden noemen van verschillende orgaanstelsels in een dier.
  • De stappen van het verteringsstelsel kun je beschrijven.
  • Je kent de verschillen tussen kruidachtige en houtachtige planten.
  • Je weet wat huidmondjes zijn en wat hun taak is.
  • Je kunt het verschil tussen de opwaartse sapstroom en de neerwaartse sapstroom benoemen en vertellen waar en hoe dit plaatsvindt.

Slide 18 - Tekstslide

PT 2 : Organen in een dier
  • Verschillende weefsels die samenwerken en zijn vergroeid, vormen een orgaan. Speciale functie!

  • Niet alleen bij mensen en dieren! Ook bij planten!!

Slide 19 - Tekstslide

Orgaanstelsels
  • Een groep organen die samenwerken om een bepaalde taak uit te voeren noem je een orgaanstelsel.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht PT 2: Tekenen het verteringsstelsel 
Doel: Je leert de onderdelen van het verteringsstelsel.

Wat: Je tekent op een blaadje de omtrek
 van het lichaam

Hierin teken je de organen in van de 
volgende slide


Slide 22 - Tekstslide

Opdracht PT 2: Tekenen het verteringsstelsel 
Wat: Je tekent op een blaadje de omtrek van het lichaam
Hierin teken je de volgende organen op de juiste plek.

Klaar? Zet een foto onder resultaten 
van PT 2. 
Dan alvast functie bij organen zoeken.

Zelfstandig mee aan de slag
voor komende 5 min!




timer
5:00

Slide 23 - Tekstslide

Bespreken resultaten 

Slide 24 - Tekstslide

PT 2: Verteringsstelsel
Jullie hebben nu dus het eerste onderdeel van PT 2 al gemaakt!
(tekening i.p.v. stoepkrijt)

Zorg dat je de rest van PT 2 
nog maakt voor de volgende les!
Nog maken voor PT 2:
Invullen tabel
Opdrachten 

Slide 25 - Tekstslide

PT 3: Organen in een plant
Niet alleen mensen organen maar planten ook!


Bekijk het filmpje en beantwoord de volgende vragen:
  • Welk onderdeel van een plant eet je bij spinazie?
  • Noem min. 3 onderdelen (organen) van een plant.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Vragen filmpje:
Bekijk het filmpje en beantwoord de volgende vragen:

  1. Welk onderdeel van een plant eet je bij spinazie?
  2. Noem benoem min. 3 onderdelen (organen) van een plant.

Slide 28 - Tekstslide

Organen van een plant!
  • Stevigheid
  • Mineralen + Water opnemen
  • Reserve voedsel
  • Houdt de plant overeind
  • Transport
  • Voortplanting 
  • Nerven transporteren 
  • Bladgroenkorrels
  • Huidmondjes

Slide 29 - Tekstslide

Stevige wand door vacuole 
Stevige door middel van houtstoffen in celwand

Slide 30 - Tekstslide

2 soorten vaten 
  • Bastvaten
Beneden!! (Glucose)

  • Houtvaten 
OmHoog!!! (H20 + Mineralen)

Slide 31 - Tekstslide

Doornemen PT 3: Organen plant

Slide 32 - Tekstslide

Doornemen PT 3: Organen plant

Slide 33 - Tekstslide

Wat moet er op de puntjes?
Een orgaan is...
A
een groep Samenwerkende cellen
B
Een soort weefsel met een speciale functie
C
Verschillende weefsels die samenwerken en zijn vergroeid,

Slide 34 - Quizvraag

Een voorbeeld van een orgaan bij een mens of dier is .....

Slide 35 - Open vraag

Planten hebben ook organen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 36 - Quizvraag

Wat voor soort plant
zie je hiernaast?
A
Houtachtige
B
Kruidachtige

Slide 37 - Quizvraag

Bastvaten vervoeren stoffen naar beneden.
Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 38 - Quizvraag

Stel een plant mist zijn wortels. Wat gebeurt er dan?

Slide 39 - Open vraag

Tot volgende week!
Huiswerk:
PT 2
PT 3

Slide 40 - Tekstslide