Les 14 Taallab (naamwoordelijk en werkwoordelijk gezegde)

Les 14 
Taallab 

Naamwoordelijk en werkwoordelijk gezegde
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 14 
Taallab 

Naamwoordelijk en werkwoordelijk gezegde

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Het gezegde
Oefening 3 op p. 180

Gaat het om een werkwoordelijk gezegde (WWG) of een naamwoordelijk gezegde (NWG)? Antwoord via de Lessonup en schrijf nadien het antwoord in de cursus op p. 180.


Slide 8 - Tekstslide

1. Een derde van de jongeren tussen 15 en 29 jaar is smartphoneverslaafd
A
Werkwoordelijk gezegde (WWG)
B
Naamwoordelijk gezegde (NWG)

Slide 9 - Quizvraag

2. Meer dan de helft zou geen dag zonder sociale media kunnen.
A
Werkwoordelijk gezegde (WWG)
B
Naamwoordelijk gezegde (NWG)

Slide 10 - Quizvraag

3. Jarne leeft zonder Instagram.
A
Werkwoordelijk gezegde (WWG)
B
Naamwoordelijk gezegde (NWG)

Slide 11 - Quizvraag

4. Hij wil sociale media altijd blijven mijden.
A
Werkwoordelijk gezegde (WWG)
B
Naamwoordelijk gezegde (NWG)

Slide 12 - Quizvraag

5. Is het gedrag van Jarne abnormaal?
A
Werkwoordelijk gezegde (WWG)
B
Naamwoordelijk gezegde (NWG)

Slide 13 - Quizvraag

6. Voelt hij zich uitgesloten?
A
Werkwoordelijk gezegde (WWG)
B
Naamwoordelijk gezegde (NWG)

Slide 14 - Quizvraag

Het gezegde
Oefening 3 op p. 167

  • 1 = NWG
  • 2 = WGG
  • 3 = WWG
  • 4 = WWG
  • 5 = NWG
  • 6 = WWG

Slide 15 - Tekstslide

Het gezegde
Oefening 3 op p. 180

Maak nu de rest van de oefening in de cursus. Verbeter nadien via Pelckmans Portaal.

Slide 16 - Tekstslide

Het gezegde
Oefening 4 op p. 180-181

Markeer het hoofdwerkwoord in de zin. Gaat het om een werkwoordelijk gezegde (WWG) of een naamwoordelijk gezegde (NWG)? Antwoord via de Lessonup en schrijf nadien het antwoord in de cursus op p. 180.


Slide 17 - Tekstslide

Het gezegde

  • Hoofdwerkwoord

--> Zin heeft een voltooid deelwoord? Hoofdwerkwoord = VD
--> Zin heeft een PV + infinitief? Hoofdwerkwoord = infinitief
--> Zin heeft alleen een PV? Hoofdwerkwoord = PV

Slide 18 - Tekstslide

1. Vorige maand is mijn oma 80 jaar geworden.
A
WWG
B
NWG

Slide 19 - Quizvraag

Het gezegde


1. Vorige maand is mijn oma 80 jaar geworden.

NWG

Slide 20 - Tekstslide

2. Mona zat tijdens de les naar buiten te kijken.
A
WWG
B
NWG

Slide 21 - Quizvraag

Het gezegde


2. Mona zat tijdens de les naar buiten te kijken.

WWG

Slide 22 - Tekstslide

3. Later word ik zeker mama.
A
WWG
B
NWG

Slide 23 - Quizvraag

Het gezegde


3. Later word ik zeker mama.

NWG

Slide 24 - Tekstslide

Het gezegde
Oefening 4 op p. 180-181

Maak nu de rest van de oefening in de cursus. Verbeter nadien via Pelckmans Portaal.

Slide 25 - Tekstslide

Het gezegde
Maal de volgende oefeningen direct in de cursus en verbeter nadien via Pelckmans Portaal:

  • Oefening 5 p. 181
  • Oefening 6 p. 182

==> Klaar? Maak online oefeningen op Pelckmans Portaal.

Slide 26 - Tekstslide