Klas 3 Keuzevoorzetsels

Keuzevoorzetsels
Schema naamvallen

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Keuzevoorzetsels
Schema naamvallen

Slide 1 - Tekstslide

* an = aan, bij, naar
* auf = op
* hinter = achter
* in = in, naar
* neben = naast
* über = over, boven
* unter = onder
* vor = voor
* zwischen = tussen

Slide 2 - Tekstslide

3e naamval
plaats of tijd
vraag:
wo (waar)
óf wann (wanneer)

Slide 3 - Tekstslide

4e naamval
beweging
vraag:
wohin (waar naar toe)

Slide 4 - Tekstslide

Uitzondering
Als zowel plaats / tijd of beweging niet van toepassing is, geldt:
3e naamval:
an, hinter, in, neben, unter, vor, zwischen
4e naamval:
auf, über

Slide 5 - Tekstslide


Das Buch liegt auf dem Tisch.
Ich lege das Buch auf den Tisch.

Der Mann sitzt in dem Bus.
Die Frau steigt in den Bus.

Die Schüler gehen in die Schule.
Die Schüler sind in der Schule.

Slide 6 - Tekstslide

Die Poster hängen an (de) Wand (v).
A
die
B
das
C
der
D
dem

Slide 7 - Quizvraag

Das Buch liegt neben (de) Prospekten (mv).
A
die
B
der
C
das
D
den

Slide 8 - Quizvraag

Wir springen über (het) Wasser (o).
A
das
B
dem
C
der
D
die

Slide 9 - Quizvraag

Die Lampe steht auf (de) Schrank (m).
A
der
B
das
C
den
D
dem

Slide 10 - Quizvraag

Er fällt hinter (de) Stuhl (m).
A
der
B
den
C
das
D
dem

Slide 11 - Quizvraag

Er steigt in (de) Bus (m).
A
der
B
dem
C
den
D
das

Slide 12 - Quizvraag