Verbrandingsreacties quiz

Verbrandingsreacties
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zit 18 slide, met interactieve quiz en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Verbrandingsreacties

Slide 1 - Tekstslide

Met welk reagens kun je water aantonen
A
joodwater
B
kalkwater
C
wit kopersulfaat

Slide 2 - Quizvraag

Met welk reagens kun je aantonen of een gas koolstofdioxide is?
A
wit kopersulfaat
B
helder kalkwater
C
joodwater
D
zetmeel

Slide 3 - Quizvraag

Vul de uitspraak aan:
Een reagens moet ... en ... zijn.
A
Kleurloos en gevoelig
B
Goedkoop en kleurloos
C
Specifiek en goedkoop
D
Specifiek en gevoelig

Slide 4 - Quizvraag

Custard wordt gebruikt om vla van te maken. Custard is een wit poeder. Zodra custard met water in aanraking komt, wordt zij geel.
Er is nog een reagens op water. Hoe heet dat reagens?
A
helder kalkwater
B
blauw kopersulfaat
C
jodiumoplossing
D
wit kopersulfaat

Slide 5 - Quizvraag


A
ontledingsreactie
B
verbrandingsreactie

Slide 6 - Quizvraag

Stoffen
Voorwaarden verbranding

Voor het starten van een verbrandingsreactie moet aan de drie voorwaarden voldaan.

 

Slide 7 - Tekstslide

Stel: je bent aan het koken en ineens slaat de vlam in je pan met groente. Wat doe je om het vuur te doven?
A
De temperatuur verlagen (water erop)
B
De brandstof weghalen (de pan leeggooien)
C
De zuurstoftoevoer stoppen (deksel erop)
D
Niets (de brand dooft vanzelf)

Slide 8 - Quizvraag

Stel: Er is een brand gaande bij een gaskraan. Wat doe je om het vuur te doven?
A
De temperatuur verlagen (water erop)
B
De brandstof weghalen (de gaskraan dicht)
C
De zuurstoftoevoer stoppen (branddeken erover)
D
Niets (de brand dooft vanzelf)

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de juiste naam ?

P2O3
A
difosfortrioxide
B
fosfortrioxide
C
fosforoxide
D
fosfortrioxide

Slide 10 - Quizvraag


Welk getal komt op de plek van x te staan?
4Al(s)+3O2(g)xAl2O3(s)
A
6
B
4
C
2
D
1

Slide 11 - Quizvraag

benzine + zuurstof --> water + koolstofdioxide
A
ontledingsreactie
B
verbrandingsreactie

Slide 12 - Quizvraag

Welke oxiden ontstaan er bij de verbranding van dimethylsulfoxide?
C2H6SO
A
De oxiden van C en H
B
De oxiden van C, H en S
C
De oxiden van C, H, S en O
D
De oxiden van C, H en O

Slide 13 - Quizvraag

Wat is waar over volledige verbranding?
A
Een gele vlam betekent volledige verbranding
B
Bij volledige verbranding kan koolstofmonoxide vrijkomen
C
Een vlam met volledige verbranding maakt geen roet
D
Volledige verbranding bestaat helemaal niet

Slide 14 - Quizvraag


A
Verbranding
B
Ontleding
C
Elektrolyse
D
Onvolledige verbranding

Slide 15 - Quizvraag

Wat is waar over onvolledige verbranding?
A
Een gele vlam betekent onvolledige verbranding
B
Bij onvolledige verbranding kan koolstofmonoxide vrijkomen
C
Een vlam met onvolledige verbranding maakt veel roet
D
Onvolledige verbranding bestaat helemaal niet

Slide 16 - Quizvraag

Is proces 2 een volledige of een onvolledige verbranding?
A
Volledige verbranding
B
Onvolledige verbranding

Slide 17 - Quizvraag

Nu kan je:
  • uitleggen wat een verbrandingsreactie is;
  • het verschil uitleggen tussen volledige en onvolledige verbranding en ken de gevaren van onvolledige verbranding;
  • verschillende reagentia opnoemen;
  • de 3 voorwaarden voor een verbranding en brengt deze in verband met blusmethoden.

Slide 18 - Tekstslide