Didactisch coachen dmv scaffolding 4

• Mentorles
• HBO
• Studiejaar 1

Zelfregulatie

Trainingsbijeenkomst 4

Vragen stellen (deel 1)

Docent als coach mbv scaffolding

Trainer: Karin Akkerman

Wat gaan we doen?

• Vraag laatste bijeenkomst 
• Leerdoelen van vandaag​
  
• Filmopnames ​
  
• Denken-delen-uitwisselen​
  
• Categorieën van (coachings)vragen stellen​
  
• Pauze​
  
• Categoriseren​
  
• Analyseren filmopname​
  
• Afsluiting​
• Q&A met expert ​

Na deze bijeenkomst kan je...​

• ​uitleggen welke vier niveaus van vragen stellen er zijn volgens Van de Pol (2017), te weten: Diagnosestrategie, diagnosecheck, hulpstrategieën, begripscheck.​
• uitleggen wat de drie categorieën van vragen stellen inhouden volgens Voerman en Faber (2018), te weten: 1) Gesloten/feiten vragen, 2) Vragen over redeneringen ten aanzien van de inhoud, strategie en modus en 3) Vragen over zelfregulatie en modus.​
  
• categorie 2 (inhoud, strategie en modus) en categorie 3 (zelfregulatie en modus) vragen van elkaar onderscheiden en toepassen tijdens je les
• leerdoelen voor jezelf formuleren m.b.t. het stellen van categorie 2- (inhoud, strategie en modus) en 3 (zelfregulatie en modus) coachingsvragen. 

Filmopnames

Doel: ervaringen delen, positieve benadering en nieuwe leerdoelen benoemen

Wie wil wat laten zien?
Waar wil je graag feedback op?

Maximaal 5 minuten

Denken​

Geef individueel antwoord op de volgende vragen:​

• Welke ervaring heb jij zelf met gecoacht worden?​
  
• Wat vond je fijn/niet fijn?​
  
• Welke vragen zetten jou aan het denken?​
  
• Welke vragen denk je dat je op dit moment zelf stelt aan studenten tijdens de lessen om ze te coachen?

Denken - Delen - Uitwisslen

Delen

• Vertel in tweetallen aan elkaar welke antwoorden je hebt gegeven op bovenstaande vragen. 
• Welke overeenkomsten en verschillen zijn er?​
  

​

Denken - Delen - Uitwisslen

Uitwisselen

• Vertel per tweetal aan de groep wat de belangrijkste uitkomsten waren.​
  

​

Denken - Delen - Uitwisslen

CATEGORIEËN VAN VRAGEN STELLEN

• Docenten stellen nu nog te vaak ​vragen op hetzelfde niveau​
• Het stellen van een ‘diagnose’​
  
  
• Wat ben je aan het doen?​
  
• ​Hoe gaat het?​
• ​Hoe loopt het met je planning?​
• ​Ben je al bijna klaar?

Drie interactiemogelijkheden

Leraren hebben drie interactiemogelijkheden om het

leren van hun leerlingen te stimuleren. Ze kunnen:

1. een vraag stellen 
2. feedback geven of 
3. een aanwijzing geven

Om écht goede vragen te stellen waarin je de student leert om meer regie te nemen over zijn eigen leerproces zijn er verschillende indelingen te hanteren​

​

Wij behandelen:​

- De indeling volgens Voerman en Faber (2018) – Didactisch coachen​

​

CATEGORIEËN VAN VRAGEN STELLEN

Het kan gaan over:

1. de inhoud of de taak
2. de strategie die een student hanteert bij het leren
3. over de modus van een student erbij zit, wat zijn leerstand is 
4. de persoonlijke kwaliteiten van een leerling 

Vier onderwerpen van feedback

Soorten Categorie vragen

Doel: activerend vragen stellen, ‘zweet op juiste rug krijgen’

• Categorie 1: gesloten vragen en feiten vragen
• Categorie 2: gaan over redeneringen t.a.v. inhoud, strategie en modus
• Categorie 3: hebben betrekking op hoe leerlingen hun eigen leren en modus (leerstand) reguleren.

1. Hoe gaat het?

1. Categorie 1 (gesloten) vragen, feiten
2. Categorie 2 vragen tav inhoud, strategie en modus
3. Categorie 3 vragen tav zelfregulatie en leermodus

2. Wat vind je gemakkelijk bij het opstellen van een begeleidingsplan?

1. Categorie 1 (gesloten) vragen, feiten
2. Categorie 2 vragen tav inhoud, strategie en modus
3. Categorie 3 vragen tav zelfregulatie en leermodus

3. Hoe zorg je ervoor dat je tijdens het leren bijhoudt of je de stof nog snapt?

1. Categorie 1 (gesloten) vragen, feiten
2. Categorie 2 vragen tav inhoud, strategie en modus
3. Categorie 3 vragen tav zelfregulatie en leermodus

4. Hoe kun je jezelf herpakken?

1. Categorie 1 (gesloten) vragen, feiten
2. Categorie 2 vragen tav inhoud, strategie en modus
3. Categorie 3 vragen tav zelfregulatie en leermodus

5. Heb je je doel bereikt? Waarom wel/niet?

1. Categorie 1 (gesloten) vragen, feiten
2. Categorie 2 vragen tav inhoud, strategie en modus
3. Categorie 3 vragen tav zelfregulatie en leermodus

6. Hoe komt het dat het jou gelukt is deze opdracht uit te voeren?

1. Categorie 1 (gesloten) vragen, feiten
2. Categorie 2 vragen tav inhoud, strategie en modus
3. Categorie 3 vragen tav zelfregulatie en leermodus

De rest van de vragen staan op het blad

Theorie Feedback gevorderd

1.Compliment op taak + inhoudsniveau 

Is de taak goed of niet goed uitgevoerd?

2. Compliment op niveau van aanpak/leerstrategie

Op welke manier is de taak uitgevoerd?

3. Compliment op het niveau van leerhouding/zelfregulatie
In welke leerhouding heeft de leerling de taak uitgevoerd?

4. Compliment op persoonsniveau

Welke persoonlijke kwaliteiten heeft de leerling ingezet?

Op welk niveau is dit een compliment?

T = taak
A = aanpak/leerstrategie op eigen taak

H = houding/zelfregulatie

P = persoon

‘Het gebruiken van de leeswijzer is een handige manier om in te zetten als je het even niet weet! Goed gedaan.’

Op welk niveau is dit een compliment?

T = taak
A = aanpak/leerstrategie op eigen taak

H = houding/zelfregulatie

P = persoon

‘Toen je het even niet meer wist, heb je Samira om hulp gevraagd. Wat een goed idee!’

Op welk niveau is dit een compliment?

T = taak
A = aanpak/leerstrategie op eigen taak

H = houding/zelfregulatie

P = persoon

‘Wat fijn om te zien dat je samen bent gaan werken met Ilijastijdens opdracht 1a’

Op welk niveau is dit een compliment?

T = taak
A = aanpak/leerstrategie op eigen taak

H = houding/zelfregulatie

P = persoon

‘Fijn om iemand als jij in de klas te hebben. Je bent zo behulpzaam naar anderen toe.’

Op welk niveau is dit een compliment?

T = taak
A = aanpak/leerstrategie op eigen taak

H = houding/zelfregulatie

P = persoon

‘Als ik een vraag aan de hele groep stel, reageer je enthousiast en doet mee! Fijn!’

Op welk niveau is dit een compliment?

T = taak
A = aanpak/leerstrategie op eigen taak

H = houding/zelfregulatie

P = persoon

Op welk niveau is dit een compliment?

T = taak
A = aanpak/leerstrategie op eigen taak

H = houding/zelfregulatie

P = persoon

‘Die wiskundesom lukte je vorige week nog niet en nu heb je hem foutloos gemaakt.’

Op welk niveau is dit een compliment?

T = taak
A = aanpak/leerstrategie op eigen taak

H = houding/zelfregulatie

P = persoon

‘Vorige keer heb je de presentatie uit je hoofd geleerd en nu alleen in steekwoorden opgeschreven, je verhaal komt nu veel natuurlijker over.’

Op welk niveau is dit een compliment?

T = taak
A = aanpak/leerstrategie op eigen taak

H = houding/zelfregulatie

P = persoon

‘Ik zie dat je gefrustreerd raakte bij het vervoegen van het werkwoord en ook dat je even rustig ademhaalde en daarna weer verder ging.’

Op welk niveau is dit een compliment?

T = taak
A = aanpak/leerstrategie op eigen taak

H = houding/zelfregulatie

P = persoon

‘Wat heb jij een doorzettingsvermogen zeg. Ik zag dat je geen zin meer had en je bent toen toch nog even doorgegaan tot het af was.’

Filmpjes analyseren: welke vragen?

We gaan een filmpje kijken over de categorieën van vragen stellen van Van de Pol via Leraar24 

Welke vragen herken je?

Filmopname bekijken van jezelf

• Bekijk nu zelf een eerdere filmopname van jezelf  [± 5 minuten]​
  
• Analyseer je eigen manier van vragen stellen. Welke vragen stel je?
• Bij welke categorieën horen deze vragen? ​

Je mag zelf weten of je let op de vraagindeling volgens Voerman en Faber (2018) of Van de Pol (2017).​

podcasts?