5V 9.2 Bloeddruk

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 9.2: Bloeddruk
Deze les:
- 9.1 Embryonale bloedsomloop
- 9.2 Bloeddruk

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 9.2: Bloeddruk
Deze les:
- 9.1 Embryonale bloedsomloop
- 9.2 Bloeddruk

Slide 1 - Tekstslide

Embryonale bloedsomloop
Lees blz. 12 “Embryonale bloedsomloop” en Bestudeer BINAS 84A en 84B

- Foramen Ovale verbindt rechter en linker boezem, waarom?

- Ductus Botalli verbindt longslagader en aorta, waarom?


Slide 2 - Tekstslide

0

Slide 3 - Video

embryonale bloedsomloop
Zuurstof niet via de longen, maar via de navelstreng.
navelstreng ader -> onderste holle ader en leverader

Bloed hoeft de kleine circulatie helemaal niet te doorlopen.
Short cut
1: foramen ovale in het hart
2: ductus botalli  tussen aorta en longslagader

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Na de geboorte
-navelstreng wordt afgebonden en bloedvaten verschompelen
- ademhaling zorgt voor veel lagere druk in de longen (lucht ipv vruchtwater), longen vullen zich met lucht –> er gaat meer bloed naar de longen.
- drukverschil tussen linker en rechter boezem -> De hoge druk in linker harthelft drukt het foramen ovale dicht
- ducus botalli sluit een paar dagen later (hormonen)

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht
Maak 9.1 opdr. 2, 6, 7 en 8

Kijk opdrachten 9.1 na, zie antwoordmodel Classroom

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Hartfasen
1. Bloed komt hart binnen via boezems.

2. Bloed stroomt naar de kamers.

3. Bloed wordt weggepompt door de kamer.

Linkerkant:
bloed van longader, bloed naar aorta

Rechterkant:
bloed van holle aders, bloed naar longslagader

Slide 11 - Tekstslide

Lees 9.2 Bloeddruk (blz. 17 + 18)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

De druk in de manchet is nu hoger dan die in de slagader

Slide 15 - Tekstslide

De druk in de manchet is nu ietsje lager dan de systolische druk waardoor deze zich er doorheen kan persen

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht
Maak 9.2 opdr. 1 t/m 5

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Bloeddruk is de druk op de vaatwanden en ontstaat door samentrekken van hartkamers
1
2
3
4

Slide 25 - Tekstslide

Bekijk de afbeelding op de vorige slide. Noteer de nummers en zet erachter of de bloeddruk hoog of laag is

Slide 26 - Open vraag

Bloeddruk verandert
3
2
1
Neem onderstaand assenstelsel over en teken het verloop in bloeddruk
Bekijk BINAS 84E1, klopt je tekening?

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Neemt de doorsnede-oppervlak van de bloedvaten toe of af naarmate het bloed van het hart afstroomt?

Slide 29 - Open vraag

Neemt de stroomsnelheid van het bloed toe of af naarmate het bloed van het hart afstroomt?

Slide 30 - Open vraag

Neemt de bloeddruk van het bloed toe of af naarmate het bloed van het hart afstroomt?

Slide 31 - Open vraag

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Gevolgen van een hoge bloedruk
- Bovendruk 140 mmHg of hoger is.
- Onderdruk 90 mmHg of hoger is.

Langdurige hoge bloeddruk kan leiden tot  beschadigingen aan de wanden van de bloedvaten. O.a. cholesterol kan ophopen (artherosclerose) en de kans op een hartinfarct of beroerte neemt toe. 


Slide 35 - Tekstslide

Opdracht
Maak 9.2 opdr. 6

Slide 36 - Tekstslide