Thema 1.3 Organen en cellen

Herhaling
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Thema 1 Organen en cellen
Basisstof 3 
Cellen van planten en dieren

Slide 2 - Tekstslide

Lesverloop
  1. 5 min lezen
  2. Terugkoppelingsvragen
  3. Uitleg
  4. Kennisvragen
  5. Zelfstandig werken 

Slide 3 - Tekstslide

Zet de organisatie niveaus van klein naar groot:

...-->.....-->.....-->.....-->
Orgaan
Cel
Orgaanstelsel
Weefsel
Organisme

Slide 4 - Poll

Bouw organisme (groot naar klein)

Slide 5 - Tekstslide

Welke levenskenmerken ken je?

Slide 6 - Woordweb

Levenskenmerken




        


                                                                                                                             Stofwisseling: Omzetten van stoffen naar andere stoffen.

Slide 7 - Tekstslide

Welke kenmerken hebben de cellen?

Slide 8 - Woordweb

2
1
4
3

Slide 9 - Tekstslide

Thema 1 Organen en cellen
Basisstof 3: Cellen van dieren en planten

Slide 10 - Tekstslide

LEERDOELEN
1 Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen.
2 Je kunt delen benoemen van dierlijke en plantaardige cellen met hun kenmerken en hun functies.


Slide 11 - Tekstslide

2
4
3

Slide 12 - Tekstslide

4
3

Slide 13 - Tekstslide

4

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Plantencel

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Bladgroenkorrels

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Plant vs diercel

Slide 21 - Tekstslide

Groei: Het groter en zwaarder worden van een organisme
Ontwikkeling: verandering in de bouw van een organisme

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Vragen

Slide 29 - Tekstslide

Een plantencel heeft geen celkern
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quizvraag


Wat is de plantencel?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 31 - Quizvraag


Een plantencel heeft:
A
wel een celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels
B
wel een celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
C
GEEN celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
D
GEEN celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels

Slide 32 - Quizvraag

Wat is de vacuole in een plantencel
A
blaasje gevuld met lucht
B
blaasje gevuld met vocht
C
blaasje gevuld met cytoplasma
D
fietsband in een cel

Slide 33 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Thema planten B3
- Opdrachten maken

Klaar?
- Test jezelf
- Blooket spelen
Zelfstandig werken in stilte
Zelfstandig werken en fluisteren
Zelfstandig werken en overleggen

Slide 34 - Tekstslide

Thema 1 Organen en cellen
Basisstof 4: Chromosomen

Slide 35 - Tekstslide

LEERDOELEN
1 Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen.
2 Je kunt delen benoemen van dierlijke en plantaardige cellen met hun kenmerken en hun functies.
3 Je kunt de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven.
4 Je kunt de kenmerken van chromosomen beschrijven.


Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Thema 1 Organen en cellen
Basisstof 5: Mitose (gewone celdeling)

Slide 41 - Tekstslide

LEERDOELEN
1 Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen.
2 Je kunt delen benoemen van dierlijke en plantaardige cellen met hun kenmerken en hun functies.
3 Je kunt de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven.
4 Je kunt de kenmerken van chromosomen beschrijven.
5 Je kunt de stappen van een celdeling noemen.


Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Thema 1 Organen en cellen
Basisstof 6: Meiose (reductiedeling)

Slide 45 - Tekstslide

LEERDOELEN
1 Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen.
2 Je kunt delen benoemen van dierlijke en plantaardige cellen met hun kenmerken en hun functies.
3 Je kunt de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven.
4 Je kunt de kenmerken van chromosomen beschrijven.
5 Je kunt de stappen van een celdeling noemen.
6. Je kunt beschrijven hoe geslachtschromosomen het geslacht van een mens bepalen.

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide

Basisstof 4 Cellen

Slide 49 - Tekstslide

Onderdelen 

Slide 50 - Tekstslide