Les 2. Machthebbers

Onder het Romeinse juk.
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Onder het Romeinse juk.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oude testament
Nieuwe testament
Geschreven in het Grieks.
Verhalen over het Joodse volk.
Hier staan de brieven van de apostelen in.
Het leven van Jezus.
Verhalen over de schepping.
De tweede komst van Jezus wordt hier beschreven.

Slide 2 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Je weet wie de machthebbers waren over Israël ten tijde van het leven van Jezus.
Je kunt uitleggen waarom de streek Galilea belangrijk is.
Je begrijpt waarom Jeruzalem en met name de tempel zo belangrijk was.
Je kunt de volgende termen uitleggen: Farizeeën, Zeloten en Essenen.
Je bent instaat om het begrip "God van het verbond"uit te leggen.
Jij weet wat het begrip apocalyptiek inhoudt en hoe je dit moet duiden.
 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koning David
Wat zijn psalmen?
Hoeveel zijn er?
timer
1:00
Onder koning David wordt het joodse volk een eenheid, met Jeruzalem als hoofdstad. David voert oorlog tegen de Filistijnen. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koning Salomo
Koning Salomo
Tempel stond symbool voor eenheid en vrede.
Salomo stond wereldwijd bekend om zijn wijsheid.
Hij is de zoon van koning David.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Salomo had heel veel vrouwen.
Zo was hij ook getrouwd met de dochter van de farao.
Deze vrouwen brachten hun eigen religie mee en voerden de rituelen die daar bij hoorden uit. Salomo deed daar ook wel eens aan mee.
timer
2:00
Vragen

Wat betekent zijn naam?
Hoe lang regeerde Salomo?
Van welke bijbelboeken zou hij de schrijver zijn?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAT
HAND?
IS 
HIER 
AAN DE 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat is hier aan de hand?

Slide 8 - Open vraag

In deze slide hoeven de leerlingen alleen deze vraag te beantwoorden. Hun interpretaties/vragen/reacties komen aan bod in de volgende slides/bij de volgende vragen.

Klik op de afbeelding om deze beeldvullend te tonen.


Wat is de naam van de eerste koning van Israël?
A
David
B
Salomo
C
Hizkia
D
Saul

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor de scheuring...

1 rijk met daarin de 12 stammen van Israël

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na de scheuring 932 v. Chr.

2 rijken:
- Israël met 10 stammen
- Juda met 2 stammen

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uit hoeveel stammen bestond Juda na de scheuring?
A
2
B
12
C
10
D
1

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uit hoeveel stammen bestond Israël na de scheuring?
A
Er is geen scheuring geweest
B
2
C
0
D
10

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In de loop van de tijd bezet door
  • Assyrië 
  • Babylonië
  • Griekenland
  • Romeinse Rijk
Wanneer werd Israël onderdeel van het Romeinse Rijk?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jezus groeide op in Nazareth.
Deze streek werd gezien als verzetshaard tegen de romeinse bezetting.
wie was stadhouder over Galilea ten tijde van Jezus?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Door welk volk zijn de Joden niet bezet geweest?
A
Assyriërs
B
Grieken
C
Babyloniërs
D
Spanjaarden

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijd van Jezus
Bezet door de Romeinen.
Keizer Tiberius.

Pontius Pilatus was toezichthouder over 
Judea en Samaria.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de naam van de Romeinse keizer die ten tijde van Jezus regeerde
A
Tiberias
B
Pilatus
C
Trump
D
Antipas

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

O
T
S
A
U
D
E
R
timer
0:30
D
In de taartpuzzel staat een woord waarvan één letter ontbreekt. Je moet, binnen de tijd, de juiste letter slepen om het woord compleet te maken. Vervolgens schrijf je dit op in de volgende slide (open vraag).
Het woord kan links- of rechtsom te lezen zijn.
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z
A
B

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Galilea
  • Verzetshaard tegen de Romeinen.
  • Nazareth: woonplaats van Jezus.
  • Inwoners stonden er om bekend zich niet aan de joodse wetten te houden.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vrijheidsstrijder
  • Judas de Galileeër  (6. vr Chr.)
  • leidde een opstand tegen de Romeinen, maar zonder succes.

  • De stad werd verwoest en de mensen werden als slaven verkocht.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar kwam de verzetsstrijder Judas vandaan?
A
Twente
B
Judea
C
Samaria
D
Galilea

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Galilea was bekend vanwege
A
het naleven van de Joodse wetten
B
het verzet tegen de Romeinen
C
hun voorliefde voor vreemdelingen
D
de bouw van grote paleizen

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De paardensprong
Het paard in het schaakspel beweegt 2 velden horizontaal met 1 veld verticaal of een beweging van 2 velden verticaal met 1 veld horizontaal. 

Er ontstaat bij een paardensprong altijd een L-vorm.
A
T
N
E
Z
H
R
A

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jeruzalem
Belangrijkste stad van Judea.
Vroeger was het de  hoofdstad.
Talen:die werden gesproken:
  • Aramees
  • Hebreeuws
  • Grieks
  • Latijn

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tempel
Belangrijkste heiligdom.
werd bezocht tijdens belangrijke joodse feesten.

  • Tempelbelasting
  • Joodse bestuur
  • Rechtspraak

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom was Jeruzalem met name zo beroemd?
A
Het was het hoofdkwartier van de Romeinen
B
De kruisiging van Jezus vond daar plaats
C
Het was de hoofdstad
D
De tempel

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

  1. Met welke persoon was God ooit het verbond begonnen?
  2. Aan wie had God de leefregels gegeven voor het joodse volk?
  3. Hoe noem je die regels?
  4. Op welke dag valt de rustdag van de Joden en in welke regel staat dit?
timer
5:00
God van het verbond
God had zich in de loop van de geschiedenis bekend gemaakt als de God van Israël.
Men had Hem leren kennen als
begeleider
rechter
bevrijder

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heten de aartsvaders?
A
Mozes, Ismael en Mohammed
B
Abraham, Mozes en Mohammed
C
Abraham, Izaak en Jacob
D
Abraham, Izaak en Ismael

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Apocalyptiek
Een verlangen naar een een ingrijpen van God. 

Zodat de situatie van  het joodse volk voorgoed zou veranderen.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen
Door eeuwen van bezetting vroeg men zich af
1. Waar is God? Hij had toch beloofd om hen te beschermen?
2. Is het onze schuld dat God zich heeft teruggetrokken?

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een ander woord voor "ommekeer"
waar het Joodse volk zo naar verlangde is
A
eschatologie
B
Soterologie
C
apocalyptiek
D
theologie

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verschillen
In het jodendom van die tijd leefden er verschillende opvattingen over hoe deze ommekeer gerealiseerd kon worden.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Farizeeën 
Belangrijke uitleggers van de Tora.
Groot gezag onder het volk.

Ommekeer: 
Strikt de geboden van God naleven om zo deze ommekeer bij God afdwingen.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zeloten
Groep is ontstaan uit de farizeeën.

Ommekeer: 
Door geweldadige acties wilden zij de Romeinen verdrijven.
God is de enige heerser over het volk en weigerden belasting te betalen aan de Romeinen.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Essenen
Behoorden oorspronkelijk tot de farizeeën.
Zij hadden zich terug getrokken in de woestijn bij de Dode Zee.

Ommekeer:
God zelf zal de ommekeer op Zijn tijd tot stand brengen.

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wilden de farizeeën deze verandering tot stand brengen?
A
Door gewelddadige acties te voeren.
B
Door zich te houden aan de wetten.
C
Door te demonstreren.
D
Zij wilden geen verandering.

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wilden de Zeloten deze verandering tot stand brengen?
A
Door zich aan de geboden van God te houden.
B
Door te bidden.
C
Door een deal te sluiten met de bezetter.
D
Door geweld.

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar leefden de essenen?
A
In de woestijn
B
In Galilea
C
In Juda
D
In Jeruzalem

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zeloten
Essenen
Farizeeën
God zal zelf de omkeer brengen
Woestijn
Geen belasting betalen aan de romeinen
Geweldadig
Strikt naleven van de geboden
Veel gezag

Slide 40 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zijn de leerdoelen behaald?
Ik weet wie de machthebbers waren over Israël ten tijde van het leven van Jezus.
Ik kan uitleggen waarom de streek Galilea belangrijk is.
Ik begrijp waarom Jeruzalem en met name de tempel zo belangrijk was.
Ik weet de volgende termen uitleggen: Farizeeën, Zeloten en Essenen.
Ik ben instaat om het begrip "God van het verbond"uit te leggen.
Ik weet wat het begrip apocalyptiek inhoudt en hoe je dit moet duiden.
 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies