Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen

Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen met letters

Pak je aantekeningenschrift en een pen

Ipad op de hoek van de tafel

1 / 24

Slide 1: Tekstslide

WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen met letters

Pak je aantekeningenschrift en een pen

Ipad op de hoek van de tafel

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Lesplanning

Opstart (10 min)
Uitleg (10 min)
Zelfstandig werken (5/20 min)
Samen oefenen (20 min)
Zelfstandig werken (15 min)
Afsluiting (5 min)

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen

Je kan sommen met letters korter schrijven door:
- Letters bij elkaar op te tellen en van elkaar af te halen
- Letters te vermenigvuldigen
- Letters door elkaar te delen

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen:

5 x^{​ 2 ​ ​} + 3 x^{​ 2 ​ ​} - 5 =

2 a^{​ 3 ​ ​} b \cdot 8 a^{​ 2 ​ ​} b =

\frac{​ 1 4 p ^{​ 12 ​ ​} ​ ​}{​ 2 p ^{​ 3 ​ ​} ​} =

Slide 5 - Tekstslide

Aantekening 7.1 optellen/aftrekken:

Variabelen mag je alleen optellen/aftrekken als ze precies hetzelfde zijn.

3 x + 8 x = 11 x

5 a^{​ 2 ​ ​} b - 2 a^{​ 2 ​ ​} b = 3 a^{​ 2 ​ ​} b

6 x^{​ 3 ​ ​} - x^{​ 3 ​ ​} + 3 x = 5 x^{​ 3 ​ ​} + 3 x

Slide 6 - Tekstslide

Aantekening 7.1 vermenigvuldigen:

Bij vermenigvuldigingen met variabelen tel je de machten bij elkaar op

x^{​ 2 ​ ​} \cdot x^{​ 5 ​ ​} = x^{​ 7 ​ ​}

3 a^{​ 4 ​ ​} \cdot - 5 a^{​ 6 ​ ​} = - 15 a^{​ 10 ​ ​}

- 2 a \cdot - 4 b^{​ 3 ​ ​} = 8 a b^{​ 3 ​ ​}

Slide 7 - Tekstslide

Aantekening 7.1 delen

Bij delingen met variabelen haal je de machten van elkaar af

\frac{​ x ^{​ 18 ​ ​} ​ ​}{​ x ^{​ 4 ​ ​} ​} = x^{​ 14 ​ ​}

- \frac{​ 1 8 y ^{​ 15 ​ ​} ​ ​}{​ 9 y ^{​ 5 ​ ​} ​} = - 2 y^{​ 10 ​ ​}

\frac{​ 2 0 a ^{​ 12 ​ ​} b ^{​ 7 ​ ​} c ^{​ 8 ​ ​} ​ ​}{​ 5 a ^{​ 5 ​ ​} c ^{​ 2 ​ ​} ​} = 4 a^{​ 7 ​ ​} b^{​ 7 ​ ​} c^{​ 6 ​ ​}

Slide 8 - Tekstslide

5 x + 3 y =

8 x y

15 x y

8 x + y

kan niet korter

Slide 9 - Quizvraag

7 m^{​ 2 ​ ​} \cdot 6 m^{​ 3 ​ ​} =

13 m^{​ 5 ​ ​}

13 m^{​ 6 ​ ​}

42 m^{​ 5 ​ ​}

42 m^{​ 6 ​ ​}

Slide 10 - Quizvraag

6 z^{​ 3 ​ ​} + 2 - z + 8 =

6 z^{​ 2 ​ ​} + 10

10 z^{​ 3 ​ ​} - z

6 z^{​ 3 ​ ​} - z + 10

kan niet korter

Slide 11 - Quizvraag

\frac{​ 2 4 p ^{​ 8 ​ ​} ​ ​}{​ 3 p ^{​ 4 ​ ​} ​} =

8 p^{​ 2 ​ ​}

8 p^{​ 4 ​ ​}

21 p^{​ 2 ​ ​}

21 p^{​ 4 ​ ​}

Slide 12 - Quizvraag

Zelfstandig werken

Werk aan opgaven 7.1 in Bettermarks
Over 5 min uitleg voor wie dat wil
Overleg met je buurman/buurvrouw
Bij vragen of klaar steek je vinger op

timer

5:00

Slide 13 - Tekstslide

3 a b + 6 a - a b + 7 b =

2 a b + 6 z + 7 b

15 a b

8 a + 9 b

kan niet

Slide 14 - Quizvraag

8 f^{​ 3 ​ ​} g^{​ 8 ​ ​} \cdot 4 g^{​ 6 ​ ​} h^{​ 2 ​ ​} =

12 f^{​ 3 ​ ​} g^{​ 14 ​ ​} h^{​ 2 ​ ​}

12 f^{​ 3 ​ ​} g^{​ 48 ​ ​} h^{​ 2 ​ ​}

32 f^{​ 3 ​ ​} g^{​ 14 ​ ​} h^{​ 2 ​ ​}

kan niet korter

Slide 15 - Quizvraag

\frac{​ - 1 5 m ^{​ 9 ​ ​} ​ ​}{​ 3 m ^{​ 3 ​ ​} ​} =

- 5 m^{​ 3 ​ ​}

- 5 m^{​ 6 ​ ​}

- 125 m^{​ 3 ​ ​}

- 125 m^{​ 6 ​ ​}

Slide 16 - Quizvraag

Welke van de onderstaande antwoorden kan niet worden herleid?

\frac{​ 3 p ^{​ 2 ​ ​} ​ ​}{​ p q ​}

2 x y^{​ 3 ​ ​} + 8 x y^{​ 3 ​ ​}

4 a^{​ 3 ​ ​} b \cdot 5 c^{​ 4 ​ ​}

\frac{​ 3 a ^{​ 8 ​ ​} ​ ​}{​ b ^{​ 4 ​ ​} ​}

Slide 17 - Quizvraag

\frac{​ 3 a ^{​ 6 ​ ​} ​ ​}{​ a ^{​ 2 ​ ​} ​} =

3 a^{​ 3 ​ ​}

3 a^{​ 4 ​ ​}

1.5 a^{​ 4 ​ ​}

kan niet korter

Slide 18 - Quizvraag

3 b^{​ 3 ​ ​} \cdot 2 a b =

6 a^{​ 3 ​ ​} b^{​ 4 ​ ​}

6 a b^{​ 3 ​ ​}

6 a b^{​ 4 ​ ​}

6 a^{​ 4 ​ ​} b^{​ 4 ​ ​}

Slide 19 - Quizvraag

12 m^{​ 3 ​ ​} - 3 m^{​ 3 ​ ​} =

9

4 m^{​ 3 ​ ​}

9 m^{​ 3 ​ ​}

kan niet korter

Slide 20 - Quizvraag

Zelfstandig werken

Werk aan opgaven 7.1 in Bettermarks
Tot 14:05
Vragen/klaar? Steek je vinger op

Slide 21 - Tekstslide

5 x^{​ 2 ​ ​} + 3 x^{​ 2 ​ ​} - 5 =

8 x^{​ 4 ​ ​} - 5

8 x^{​ 2 ​ ​} - 5

3 x^{​ 4 ​ ​}

Kan niet korter

Slide 22 - Quizvraag

2 a^{​ 3 ​ ​} b \cdot 8 a^{​ 2 ​ ​} b =

2 a^{​ 3 ​ ​} b \cdot 8 a^{​ 2 ​ ​} b =

2 a^{​ 3 ​ ​} b \cdot 8 a^{​ 2 ​ ​} b =

2 a^{​ 3 ​ ​} b \cdot 8 a^{​ 2 ​ ​} b =

16 a^{​ 6 ​ ​} b

16 a^{​ 5 ​ ​} b^{​ 2 ​ ​}

10 a^{​ 6 ​ ​} b

10 a^{​ 5 ​ ​} b^{​ 2 ​ ​}

Slide 23 - Quizvraag

2 a^{​ 3 ​ ​} b \cdot 8 a^{​ 2 ​ ​} b =

2 a^{​ 3 ​ ​} b \cdot 8 a^{​ 2 ​ ​} b =

2 a^{​ 3 ​ ​} b \cdot 8 a^{​ 2 ​ ​} b =

\frac{​ 1 4 p ^{​ 12 ​ ​} ​ ​}{​ 2 p ^{​ 3 ​ ​} ​}

12 p^{​ 9 ​ ​}

12 p^{​ 4 ​ ​}

7 p^{​ 9 ​ ​}

7 p^{​ 4 ​ ​}

Slide 24 - Quizvraag

Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Quizvraag

Meer lessen zoals deze

Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen

wortels en machten

variabelen breuken

th1 12.1

Formules Excel

hv1 12.2

th1 12.3

Rekenen met breuken