Regelmatige werkwoorden 3T

Werkwoorden 3T

De belangrijkste regelmatige & onregelmatige werkwoorden

Welke soorten regelmatige werkwoorden zijn er?

1. Op -er, -ir, en -ri
2. Op -re, -ir, en -re
3. Op -er en -re
4. Op -er en -ir

werkwoorden op -er

zoals manger, jouer, regarder

Hoe maak je de stam van het werkwoord op -er?

1. Door de -r eraf te halen
2. Door -er eraf te halen

Schrijf de uitgangen van het werkwoord op -er op in de présent.

'Je jouais' : welke tijd is dit?

1. present
2. imparfait
3. passé composé

J'ai parlé: welke tijd is dit?

1. Présent
2. Imparfait
3. Passe composé

Wat is de juiste vertaling van:
wij hebben gekeken (regarder)

1. nous avons regarder
2. nous avons regardu
3. nous avons regardé
4. nous avons regardi

Werkwoorden op -re

zoals perdre, entendre, vendre

Hoe maak je de stam van het werkwoord op -re?

1. Door de -r eraf te halen
2. Door -re eraf te halen

Schrijf de uitgangen van het werkwoord op -re op in de présent.

Ik heb verloren
(perdre, passé composé)

1. J'ai perdu
2. J'ai perdé
3. J'ai perdi

Nous entendions
welke tijd is dit?

1. présent
2. imparfait
3. passé composé

Werkwoorden op -ir

zoals finir, rougir, réussir, réagir

Hoe maak je de stam van werkwoorden op -ir?

1. -r eraf halen
2. -ir eraf halen

Schrijf de uitgangen op van het rijtje van -ir in de présent.

vervoeg in de présent.
Tu .... (finir)

1. fine
2. finis
3. finit
4. finissais

Je réagissais
In welke tijd staat deze?

1. présent
2. imparfait
3. passé composé

'je vais' betekent

1. ik heb
2. ik ben
3. ik ga
4. ik kom

'j'étais' betekent

1. ik had
2. ik was
3. ik ging
4. ik doe

'j'ai fait' betekent

1. ik heb gedaan
2. ik heb gehad
3. ik ben geweest
4. ik ben gegaan

'je suis allé' betekent

1. ik ben gegaan
2. ik heb gehad
3. ik heb gedaan

Hoe ging dit bij mij?

😒🙁😐🙂😃

Volgende week maandag

Toets regelmatige & onregelmatige werkwoorden

Leer het blad FR-NL en NL-FR