tijdsbepalingen

tijdsbepalingen
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BuMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

tijdsbepalingen

Slide 1 - Tekstslide

de voorzetsels 
im = seizoen, maand 
 am = dag van de week, datum, dagdelen
um = tijdstippen
 von bis = tijdsduur 

Slide 2 - Tekstslide

Im
Im gebruik je met een seizoen of maand. (In)

im sommer habe ich Geburtstag.
im winter haben wir Weihnachten.

Slide 3 - Tekstslide

Am
Am gebruik je voor een dag in de week, dagdelen en een datum (Op, 's)

Am Sonntag habe ich sport
Am 25 Juli habe ich Geburtstag

Slide 4 - Tekstslide

Um
Um gebruik je voor een tijdstip. (Om)

    Ich habe um zehn Uhr einen Test
Wir essen um zwölf Uhr.

Slide 5 - Tekstslide

Von...bis
Von...bis gebruik voor een tijdstip (Van...tot)

Ich habe Schule von acht bis drei
    Ich schlafe von elf bis acht



    Ich schlafe von elf bis acht    Ich schlafe von elf bis acht




Slide 6 - Tekstslide

seizoenen
bij elk seizoen gebruik je in het duits im
als het een los seizoen is dan Der

Slide 7 - Tekstslide

Dagdelen
Voor elk dagdeel gebruik je am behalve bij nachts, daar gebruik je im voor.

Slide 8 - Tekstslide

im gebruik je voor
A
tijdstip seizoen
B
maand dagdelen
C
seizoen maand
D
maand tijdstip

Slide 9 - Quizvraag

welke tijdsbepaling komt er voor winter
A
im
B
um
C
am
D
von bis

Slide 10 - Quizvraag

im
am
um
von bis
tijdsduur
maand
seizoen
dagdelen
dag van week
datum
tijdstip

Slide 11 - Sleepvraag

bedankt voor het luisteren naar deze prachtige uitleg 
joe joe

Slide 12 - Tekstslide