Verleden tijd & voltooid deelwoord
1 / 15
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Typ een voorbeeld van
een sterk werkwoord
een sterk werkwoord
Slide 4 - Woordweb
Bedenk zelf voorbeelden, zoals:
denk - dacht
lieg - loog
zwem - zwom
denk - dacht
lieg - loog
zwem - zwom
Typ een voorbeeld van
een zwak werkwoord
een zwak werkwoord
Slide 5 - Woordweb
Bedenk zelf voorbeelden, zoals:
denk - dacht
lieg - loog
zwem - zwom
denk - dacht
lieg - loog
zwem - zwom
Zet in de verleden tijd.
Wat gebeurt er met de klank?
WACHTEN
Wat gebeurt er met de klank?
WACHTEN
A
de klank verandert
B
de klank blijft gelijk
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Zet in de verleden tijd.
Wat gebeurt er met de klank?
SLAPEN
Wat gebeurt er met de klank?
SLAPEN
A
de klank verandert
B
de klank blijft gelijk
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Sterk of zwak?
DENKEN
DENKEN
A
sterk werkwoord
B
zwak werkwoord
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Sterk of zwak?
WENSEN
WENSEN
A
sterk werkwoord
B
zwak werkwoord
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
TT: Wij bouwen een huis.
VT: ...
VT: ...
Slide 10 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
TT: Ik schep eten op mijn bord.
VT: ...
VT: ...
Slide 11 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
TT: Loes verft mijn haren.
VT: ...
VT: ...
Slide 12 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
De jongens (reizen VT) naar Italië.
A
Reisden
B
Reisten
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
De meisjes (lachen VT) om de grap.
A
Lachden
B
Lachten
Slide 14 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Ik (nies VT) hard.
A
Nieste
B
Niesde
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
