herhaling chapter 2

Vragende zinnen

In vragende zinnen komen 
AM / ARE / IS vooraan te staan.

Kijk goed naar de voorbeeldzinnen.
I am sick.
--> Am I sick?

He is happy.
--> Is he happy?

We are late for school.
--> Are we late for school?
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Vragende zinnen

In vragende zinnen komen 
AM / ARE / IS vooraan te staan.

Kijk goed naar de voorbeeldzinnen.
I am sick.
--> Am I sick?

He is happy.
--> Is he happy?

We are late for school.
--> Are we late for school?

Slide 1 - Tekstslide

Je kent de SHIT-rule al, maar...
vragen en ontkenningen maken in het Engels 
gaat net iets anders .....

Slide 2 - Tekstslide

Questions with 'to do'

Bij andere werkwoorden gebruik je een vorm van "to do" om er een vraagzin van te maken.

Dan gebruik je do of does om een zin vragend te maken.


like chocolate.                                                 Do I like chocolate?

She likes chocolate.                                        Does she like chocolate?  

Bij de onderwerpen he/she/it gebruik je does !

Na do en does krijg je het hele werkwoord!

Slide 3 - Tekstslide

Present simple questions and negations 

timer
1:00

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Vraagzinnen met may can will
Ook deze hulpwerkwoorden mag je vooraan de zin zetten om een vraagzin ervan te maken en je mag deze ook ontkenning maken
Voorbeelden
Ellis may leave. May Ellis leave? (may not)
They can play the guitar. Can they play the guitar? (can't)
I will go swimming. Will I go swimming? (won't)

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

That tree looks 100 years old.

Slide 8 - Open vraag

Harry can sing.

Slide 9 - Open vraag

The Queen of England plays golf every evening.

Slide 10 - Open vraag

My dog likes meat.

Slide 11 - Open vraag

The girls always wear the same dresses.

Slide 12 - Open vraag

I may go home early.

Slide 13 - Open vraag

You are my best friend.

Slide 14 - Open vraag

She is very nice.

Slide 15 - Open vraag

I may go home early.

Slide 16 - Open vraag

The boy always cleans his plate after eating.

Slide 17 - Open vraag

My dog is almost deaf.

Slide 18 - Open vraag

She wears her best dress on Sundays.

Slide 19 - Open vraag

Ontkennende zinnen

In ontkennende zinnen gebruik je het woordje NOT.
Je doet of bent iets NIET.

Kijk goed naar de voorbeeldzinnen.
I am sick.
--> I am not sick.

He is happy.
--> He is not happy OF 
       he isn't happy

We are late for school.
--> We are not late for school OF we aren't late for school.

Slide 20 - Tekstslide

Ontkenningen met may can will
Deze hulpwerkwoorden mag je ontkennend maken
Voorbeelden
Ellis may leave. Ellis may not leave.
They can play the guitar. They can't (cannot) play the guitar.
I will go swimming. I won't (will not) go swimming

Slide 21 - Tekstslide

Negations with 'to do'

Bij de andere werkwoorden gebruik je don't of doesn't  om een zin ontkennend te maken.


like chocolate.                                                 I don't like chocolate?

She likes chocolate.                                        She doesn't like chocolate?  


Bij de onderwerpen he/she/it gebruik je doesn't!

Na don't en doesn't  krijg je het hele werkwoord!


Slide 22 - Tekstslide

They are my classmates

Slide 23 - Open vraag

The sun shines very brightly.

Slide 24 - Open vraag

Susan and Lily can come over

Slide 25 - Open vraag

I never go to parties.

Slide 26 - Open vraag

Minions like bananas very much.

Slide 27 - Open vraag

The girls wear the same dresses.

Slide 28 - Open vraag

My baby brother vomits after dinner.

Slide 29 - Open vraag

They give out flyers every morning.

Slide 30 - Open vraag

Recap: Wat is de woordvolgorde in Engels?

Slide 31 - Open vraag

Notes
Woordvolgorde
wie -        doet     -    wat       -    waar      -   wanneer

Slide 32 - Tekstslide

wie
doet
wat
waar
wanneer
You
don't have to come
home
right now

Slide 33 - Sleepvraag

wie
doet
wat
waar
wanneer
My parents
bring
to football training

every Sunday

me

Slide 34 - Sleepvraag

wie
doet
wat
waar
wanneer
Jacky and Pete
aren't going
to the cinema
tonight

Slide 35 - Sleepvraag