ASS Les 2

ASS






Communicatie & Functioneren
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
maatschappelijke zorgMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

ASS






Communicatie & Functioneren

Slide 1 - Tekstslide

Lesinhoud
wat is autisme

Slide 2 - Tekstslide

Waarom wordt er nu gesproken van ASS, autisme niet gedefinieerd?

Slide 3 - Open vraag

Wat is een gevolg van een zwakke centrale coherentie?
A
Een zwakke centrale watte?
B
Je kunt niet samenwerken
C
Je kunt je niet concentreren
D
Je kunt niet onderscheiden wat belangrijk is en wat niet

Slide 4 - Quizvraag

Executieve functies zijn cognitieve processen.
Wat kun je hiermee?
A
Organiseren en plannen
B
Evalueren en bijsturen
C
Geen van beide
D
Beide

Slide 5 - Quizvraag

Niet kunnen inleven in de gevoelens van anderen is het gevolg van een beperkte:
A
Executieve functie
B
Centrale coherentie
C
Theory of mind

Slide 6 - Quizvraag

Hoe verloopt communicatie?

Bij communicatie wissel je boodschappen uit. 
Je wilt iets delen met de ander, je wilt iets van de ander gedaan krijgen. 

Wat je uitwisselt, is meer dan wat je ziet.  

woorden
                    handgebaren
                                                 lichaamstaal 
                                                                            mimiek
                                                                                             intonatie

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Communicatie en autisme

Iemand met autisme communiceert op een andere manier. 

Hij maakt anders contact, gebruikt woorden en taal op een unieke manier en begrijpt soms niet wat jij bedoelt. 

De oorzaak hiervan ligt in de andere manier van informatieverwerking

Iemand met autisme neemt de wereld waar als losse brokjes informatie, zonder verbanden

Ook kan hij zich niet inleven in de innerlijke wereld van anderen. 

Slide 9 - Tekstslide

Communicatie bij spanning en overprikkeling

Als iemand met autisme gespannen of overprikkeld is, kan hij 
Zijn hoofd zit vol, hij is alleen nog bezig met overleven. 

Duidelijkheid, korte boodschappen en directe instructies bieden rust en houvast. 

Emotioneel geladen boodschappen maken de innerlijke onrust en verwarring groter. 

David komt overprikkeld van school. Zijn moeder zegt: ‘Hang je jas aan de kapstok. Pak je koptelefoon en ga muziek luisteren.’ David weet wat er van hem verwacht wordt, doet dit en komt tot rust. 

Slide 10 - Tekstslide

Begrijpen van een boodschap

Mensen met autisme begrijpen verbale en non-verbale boodschappen soms niet of anders dan bedoeld. 
‘Jij bent een lekker ding!’         Wat smaakt er lekker aan hem? 
Door het missen van de context, neemt hij de boodschap letterlijk op. 
‘Gaan met die banaan!’
Het begrijpen van een boodschap of instructie kost mensen met autisme extra verwerkingstijd. 
  • Puzzelen wat er bedoeld wordt. 
  • Geen onderscheid tussen hoofd- en bijzaken, 

Boodschap opdelen in stapjes
Visuele ondersteuning (lijstjes of pictogrammen)

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Taalgebruik

Sommigen lijken een heel uitgebreide woordenschat te hebben. 
Toch weten ze niet altijd wat er bedoeld wordt met de woorden die ze gebruiken. 
Echolalie: napraten zonder de betekenis van een woord goed te begrijpen (papegaaien)

Verwijzen naar een detail of deelaspect.

juffrouw Staartje, omdat ze haar haren altijd in een staartje draagt.

Slide 13 - Tekstslide

Wat niet gezegd wordt, is er niet

Vaak pikken mensen met autisme geen informatie op die niet gezegd wordt. 
Letterlijke boodschap, zonder de intentie erachter. 
 

Bas was aan het vertellen tegen zijn begeleider. Hij bleef doorgaan, ook al had de begeleider al meermalen non-verbaal aangegeven dat hij wilde afronden. Toen zei de begeleider dat het al laat werd. Bas keek hem aan en vertelde verder. Hij begreep niet dat de begeleider het gesprek wilde afronden. De begeleider had beter letterlijk kunnen zeggen: 

Bas, over vijf minuten stoppen we met het gesprek. Volgende week kom je op vrijdag hiernaartoe. Dan praten we verder.’


Slide 14 - Tekstslide

School

  • Drukke
  • Chaotische 
  • Complexe sociale interacties. 

Veel kinderen met autisme raken er overprikkeld of oververmoeid, met als gevolg dat ze slechter gaan functioneren. 
Extra inspanning van de leerkrachten, en soms ook van de leerlingen, om alles zo overzichtelijk en duidelijk te houden. 

Kennis van behoeften van de leerling is daarvoor nodig, aanpassingen die het functioneren op school makkelijker maken:
  • vaste mentor geven, 
  • naar wie hij kan gaan als hij het moeilijk heeft. 
  • een rustig plekje geven om de pauzes door te brengen, 
  • of een vast tafeltje waaraan hij het hele jaar mag zitten. 


Slide 15 - Tekstslide

Werk
Mensen met autisme willen net zoals iedereen een baan die past bij hun interesses en mogelijkheden. 
Kleine aanpassingen maken het mogelijk om goed te functioneren. 
  • hulp bij het plannen van de werkzaamheden
  • een aangepaste werkplek
  • een bureau dat apart staat
  • werken altijd op dezelfde werkplek
leidinggevende op de hoogte brengen van hun autisme en bekijken ze samen met hem of haar welke aanpassingen nodig zijn en hoe dit valt te realiseren.  

sociale werkplaats, is er dagbesteding of vrijwilligerswerk.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Vrije tijd

Vrije tijd is gericht op ontspanning. 
Wat iemand met autisme helpt om te ontspannen, hangt af van zijn interesses:
  • een prikkelarme ruimte
  • even geen sociale contacten 

Autisme brengt wel aandachtspunten met zich mee. 
snel vaste routines ontwikkelen die rust bieden, kan hun invulling van de vrije tijd erg beperkt worden. 

Ook kan het zijn dat de persoon in onrustige periodes steeds vaker naar zijn hobby grijpt om tot rust te komen. 
Zo vaak dat het een belemmering wordt. 
belangrijk om niet de hobby weg te nemen, maar wel de bron die de onrust veroorzaakt.

Slide 18 - Tekstslide

Sociale interactie

  • Sommigen verlangen naar vriendschap of een relatie. 
  • Anderen hebben geen behoefte aan het onderhouden van langdurige sociale contacten. 

Het begrijpen van sociale situaties of het inschatten van de behoeften van anderen in een sociale situatie ligt vaak moeilijk. 

Gebrek aan wederkerigheid. 
De behoeften van de persoon met autisme staan (onbedoeld) voorop. 

Als het wel lukt om contacten aan te gaan en te onderhouden, kost dit meestal veel energie omdat het contact niet vanzelfsprekend verloopt. 

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk
Opdracht: 13 & 16

Werken aan beroepsproduct

Slide 20 - Tekstslide