De signaalwoorden 'net als' en 'zoals' horen bij een ..... tekstverband.
A
opsommend
B
redengevend
C
vergelijkend
D
samenvattend
1 / 36
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2
In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
De signaalwoorden 'net als' en 'zoals' horen bij een ..... tekstverband.
A
opsommend
B
redengevend
C
vergelijkend
D
samenvattend
Slide 1 - Quizvraag
De signaalwoorden 'omdat' en 'namelijk' horen bij een ..... tekstverband.
A
opsommend
B
redengevend
C
vergelijkend
D
samenvattend
Slide 2 - Quizvraag
Een tijdsvolgorde tekstverband helpt je om ...
A
te zien hoe laat het is.
B
zaken op een tijdlijn te zetten.
Slide 3 - Quizvraag
Een redengevend tekstverband helpt je om ...
A
reden en gevolg te vinden.
B
om zaken met elkaar te vergelijken.
Slide 4 - Quizvraag
Een reclamefolder is een ........ tekst.
A
informatieve
B
betogende
C
activerende
D
amuserende
Slide 5 - Quizvraag
Een interviewverslag is een ........ tekst.
A
informatieve
B
betogende
C
activerende
D
amuserende
Slide 6 - Quizvraag
Een hoofdgedachte van een informatieve tekst bestaat uit:
A
feitelijke informatie.
B
mening (+ argument).
Slide 7 - Quizvraag
Leg klaar
je leesboek (vergeten => pak een boek van de kast)
je leerwerkboek/schrift open bij pagina 100
iPad en telefoon in je tas
Slide 8 - Tekstslide
timer
10:00
Slide 9 - Tekstslide
Planning
Leerdoelen paragraaf 2.3 - huiswerkvragen
Wat leren voor de toets
Invullen boekkeuze fictietaak 2
Aan de slag
Vooruitblik volgende les
Les 4
Slide 10 - Tekstslide
2.3 lezen - vragen? (p.98)
Doel: week 49 toets lezen 1.3 en 2.3, daarna schrijftaak
Soorten informatieve teksten
Herkennen soorten interviewverslagen
Functies inleiding en slot
Samenvattend tekstverband herkennen
Slide 11 - Tekstslide
Wat leren voor de toets
Zie magister.
Vul nu de keuze van je boek in.
Slide 12 - Tekstslide
Werkmoment = weektaak
Maak de opdrachten in je werkboek/schrift.
Kijk zelf na, verbeter met een andere kleur.
1.3: leestaak 18 tot en met 23 of test jezelf 1.3 digitaal
Slide 13 - Tekstslide
Vooruitblik
Hoe ver ben je met de opdrachten?
Welke vragen heb je?
Volgende les: hoe doe je dat interviewen?
Slide 14 - Tekstslide
Leg klaar
je leesboek (vergeten => pak een boek van de kast)
je leerwerkboek/schrift
iPad en telefoon in je tas
Slide 15 - Tekstslide
timer
0:03
Slide 16 - Tekstslide
Planning
1.6 leerdoelen
Aan de slag met interviewen
Afsluiting van de les: beheers je de leerdoelen?
Les 5
Slide 17 - Tekstslide
Aan het einde van deze les weet je
hoe je een interview afneemt;
hoe je moet doorvragen;
hoe je een interview vastlegt;
hoe je zelf een interview gaat houden.
Slide 18 - Tekstslide
Kijkopdracht: schrijf de vragen op
Stelt Matthijs goede vragen? Leg uit waarom wel of niet.
Stelt hij ook vervolgvragen? Geef een voorbeeld.
Heeft hij veel informatie gekregen?
Waar ging het interview over?
Duo's, schrijf antwoorden op, na fragment 2 minuten tijd.
Erna klassikaal bespreken.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Kijkopdracht bespreken
Stelt Matthijs goede vragen? Leg uit waarom wel of niet.
Stelt hij ook vervolgvragen? Geef een voorbeeld.
Heeft hij veel informatie gekregen?
Waar ging het interview over?
Duo's, schrijf antwoorden op, na fragment 2 minuten tijd.
Erna klassikaal bespreken.
Slide 21 - Tekstslide
Voorbereiden interview p. 46
Stap 1: Hoe word je een beroemde zanger?
Stap 2: Wie heeft je geholpen? Wat is de beste tip die je ooit hebt gekregen? Waar is je carrière begonnen?... 5w 1h
Stap 3: vragen opschrijven, ruimte ertussen
Stap 4: Inleiding: Wat fijn dat ik u mag interviewen voor mijn opdracht. Slot: Bedankt voor uw tijd. Ik maak hiervan een verslag voor school. Wilt u het nog teruglezen voordat ik het inlever?
Stap 5: Antwoorden opschrijven, geluidsopname (vraag of dit mag)
Slide 22 - Tekstslide
Tips voor goede antwoorden
Open vragen. Afwisselen met...
Vraagwoorden: 5w en 1 h
Een vraag tegelijk stellen.
Luister actief => aanhaken op antwoorden/opschrijven.
Houding: non-verbale communicatie.
Slide 23 - Tekstslide
Doorvraagtechniek (p. 48)
Vat samen wat is gezegd, stel daar een vraag over.