Meten, wegen en vloeistoffen

1 / 23
volgende
Slide 1: Video
BereidenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Meten en Wegen
Wat heb je nodig om te wegen? 

Slide 2 - Tekstslide

Grambalans

Slide 3 - Tekstslide

milligramballans

Slide 4 - Tekstslide

wanneer welke balans? 
Grambalans bij hoeveelheden > 1,000 gram
Milligrambalans bij hoeveelheden groter dan 0,050 gram 

Slide 5 - Tekstslide

tarreren
om nauwkeurig af te wegen moet je het gewicht van de verpakking, waarin je afweegt, weghalen. Dit noemen we tarreren. 
Als je het gewicht op de balans het staan, druk je op de balk, waarna de balans op 0,000 gram komt te staan. 

Slide 6 - Tekstslide

afmeten van volumina
Om nauwkeurig een volume af te meten heb je gekallibreerd glaswerk nodig. Voorbeelden hiervan zijn: 
maatcilinder
maatpipet
maatkolf

Slide 7 - Tekstslide

Kalibreren
soms maak je een drank op volume. Dan moet je de fles waarin je je drank aflevert, kalibreren. Dat doe je zo: 
  1. pak een maatcilinder
  2. meet het gewenste volume water af
  3. doe dit volume in je fles
  4. plak een etiket en streep aan tot waar het volume in de fles zit. 
  5. je hebt nu je fles gekalibreerd.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Het bereiden van een drank
Een drank kan verschillende stoffen bevatten: 
  1.  Het geneesmiddel
  2. oplosmiddel, meestal water
  3. smaakstoffen
  4. geurstoffen
  5. conserveermiddel(en)
  6. zuurtegraadregelaars

Slide 12 - Tekstslide

voor en nadelen van een drank

voordelen: 

  • makkelijk toe te passen bij slikklachten
  • lokale toedieng (keelklachten, etc)
  • dosering eenvoudig aan te passen

Slide 13 - Tekstslide

Nadelen
  • Houdbaarheid
  • Smaak
  • onnauwkeurige dosering 

Slide 14 - Tekstslide

oplossen
fijn verdelen van een stof in een vloeistof
Oplosbaarheid wordt aangeven vaak als: 
stof A lost op 1 in 10
Dit betekent: 
1 gram lost op in 10 ml water

Slide 15 - Tekstslide

oplosregels
Oplossen in een doorzichtig glazen vat (= erlenmeyer / bekerglas) 
Elke stof apart oplossen, daardoor is het makkelijker te zien als je twee of meer stoffen moet
oplossen of deze met elkaar reageren.

Slide 16 - Tekstslide

oplosbaarheid versnellen door:
roeren
schudden
verwarmen
deeltjes verkleinen

Let er op dat je niet altijd mag verwarmen of koken: stoffen kunnen ontleden. 

Slide 17 - Tekstslide

Oplosmiddelen
Meest gebruikte oplosmiddel :

Water

Slide 18 - Tekstslide

Welke soorten water ken jij?

Slide 19 - Woordweb

Soorten water
  • Aqua communis
  • Aqua purificata
  • Aqua destillata
  • Aqua ad iniectabilia 

Slide 20 - Tekstslide

Andere oplosmiddelen
  • alcohol (let op: verschillende soorten)
  •  stropen: sir.simplex, sir.thymi en sol. sorbitoli 70%
  • oliën: arachidisolie, olijfolie, sla-olie

Slide 21 - Tekstslide

soorten vloeibare toedieningen
  • heldere vloeistof ( = ware oplossing)
  • suspensie
  • emulsie 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide