Psychiatrie Periode 3, week 1 G8VPF

Inleiding in de psychiatrie
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Inleiding in de psychiatrie

Slide 1 - Tekstslide

Opdrachten...nog vragen?
Opdracht periode 2 week 10

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Inhoud les
  • Bespreken toets
  • Plannen en samenwerken

LessonUp:
  • wat weten jullie al over psychiatrie
  • wat is afwijkend gedrag
  • evaluatie



Slide 4 - Tekstslide

 Huiswerk opdracht (voor aanvang les)
💻 Bestudeer in ZorgPad
Collectie: Branches
Thema: Geestelijke gezondheidszorg
Leerpad: 6. Psychosociale ziektebeelden
Ga in je studiegroep met bovenstaande theorie aan de slag;
        1. Onderstreep elk woord, begrip of situatie die voor jou niet helemaal duidelijk is.
        2. Vergelijk jouw onduidelijkheden met je groepsgenoten.
        3. Zoek uit in ZorgPad wat deze woorden, situaties en begrippen inhouden en schrijf dit op. 









   Vragen???

Slide 5 - Tekstslide

Samenwerken ⏰ 

  • Spreek met elkaar af hoe je wilt samenwerken.
  • Wat versta je onder samenwerken?
  • Welke verwachtingen heb jij van je klasgenoten?
  • Wie heeft welke taken en rollen in het groepswerk?
  • Wat zijn jouw kwaliteiten?
  • Hoe zorg je ervoor dat je als groep het werk op tijd klaar hebt?
  • Wat doe je om elkaar te betrekken bij de les?
  • Hoe geef je elkaar feedback en hoe spreek je elkaar aan?
  • Wat doe je als je vindt dat iemand niet goed meewerkt?

Koppel de uitwerking terug naar de docent en bespreek  de gemaakte afspraken. Lever de uitwerking in via Teams 

Slide 6 - Tekstslide

Plannen⏰ 
Maak een Planning voor alle weken ter voorbereiding op de toetsing, werk het volgende uit:
  • Noem de leerdoelen die te zijn behalen
  • Lees per week de taken door en bespreek met elkaar welke doelstelling mbt kennis en kunde hierbij te behalen valt
  • Wie helpt/begeleidt je waarbij en waarom.
  • Maak een duidelijk overzicht van alle taken; wie gaat wat doen.
  • Wanneer begin je met een opdracht en wanneer moet deze afgerond zijn.
  • Geef een tijdsplanning aan.

Je bespreekt bovenstaande met de docent; zij geeft een ‘go or no go’. Bij een ‘go’ mag je starten met de opdrachten. ---> inbellen via Teams!


Slide 7 - Tekstslide

Nu in DUO's afronden plannen & samenwerken 
timer
30:00

Slide 8 - Tekstslide

Terug naar periode 3 week 1...

Slide 9 - Tekstslide

Wat weten jullie over psychiatrie

Slide 10 - Woordweb

Psychiatrie vroeger
Hippocrates ( 460 - 366 voor Christus)  stelde als eerste dat ziekten van lichaam en geest het gevolg waren van natuurlijke oorzaken en zag 3 hoofdklassen: melancholie, manie, bezetenheid.

Slide 11 - Tekstslide

daarna:
heksenvervolging
krankzinnigen gestichten
vanaf 1800 hervormingen
antipsychiatrische beweging
nu : meer ambulant en nieuwe wet Zorg en dwang in 2020 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Wat is afwijkend?

Slide 14 - Open vraag

Psychosociale problemen zijn....
A
Een combinatie van sociale problemen en Psychische klachten
B
Sociale problemen en paniekstoornissen
C
Psychische klachten
D
Zorgvragers met een verminderd ziekte-inzicht

Slide 15 - Quizvraag

Psychosociale problemen:
Psychosociale problemen zijn een combinatie van:
 
  • Sociale problemen hebben te maken met de moeilijkheden die zorgvragers tegenkomen bij het omgaan met andere mensen of instanties.
  • Psychische klachten hebben vaak een relatie met het zelfbeeld van de zorgvrager en hebben te maken met voelen en denken.






Slide 16 - Tekstslide

Hoe ontstaan psychosociale problemen bij een (psychiatrische) zorgvrager

Slide 17 - Open vraag

Ontstaan psychosociale problemen 
De oorzaak van psychosociale problemen :
  • vaak het gevolg van meerdere factoren. 
  • Het kan een gevolg zijn van lichamelijke en cognitieve beperkingen bij zorgvragers.
  • Zorgvragers vereenzamen, krijgen meer psychische problemen en ontwikkelen een verstoorde omgang met andere mensen of instanties. 

Door psychiatrische aandoeningen komen psychosociale problemen nog meer naar voren; er is al sprake van een verstoring van ziekte en gezondheid.

Slide 18 - Tekstslide

Welke veelvoorkomende signalen bij psychiatrische zorgvragers (her)ken je/ kun je benoemen?

Slide 19 - Tekstslide

Veelvoorkomende signalen bij psychiatrische zorgvragers

  • Vertonen van heftig emotioneel gedrag waardoor hun functioneren zo ontregeld is dat van normaal functioneren in het dagelijkse leven geen sprake meer is. Signalen die hierbij kunnen optreden zijn: erg angstig reageren op alledaagse dingen, nieuwe dingen mijden en zich proberen af te sluiten, het mijden van contact met naasten en zorgverleners.
  • Niet logisch gedrag op sociaal functioneren vertonen.  anderen afstoten, agressief reageren naar zichzelf of anderen, of theatraal eigen problemen onder de aandacht brengen. De zelfzorg wordt minder uitgevoerd: zorgvragers verwaarlozen zichzelf. Ze kunnen vereenzamen. In hun beleving snappen buitenstaanders hen niet. Omgekeerd raken naasten het contact kwijt, omdat ze het gedrag niet kunnen plaatsen.
  • Het verlies van de werkelijkheidszin. onvoldoende contact met de werkelijkheid en kunnen in reactie hierop gaan hallucineren of achterdochtig worden. Ze sluiten zich af van de buitenwereld, gaan helemaal op in hun eigen werkelijkheid en verwachten hierbij van buitenstaanders volledige acceptatie en begrip. Verder zullen zorgvragers zichzelf lichamelijk slecht verzorgen, ontwikkelen ze eetstoornissen en komen ze afspraken niet na, zoals het tijdig betalen van rekeningen.

Slide 20 - Tekstslide

Het begeleiden van zorgvragers met psychosociale problemen, hoe geef jij hieraan vorm?

Slide 21 - Woordweb

Bij psychiatrische zorgvragers ......
...is er als gevolg van het ziek-zijn sprake van een verminderd functioneren. Daardoor treden er problemen op, die zowel lichamelijk, psychisch als sociaal zijn. 

De rol van de verpleegkundige 
  • het herkennen en bespreekbaar maken van voorkomende problemen. 
  • Het signaleren en binnen het team bespreken.
  • Begeleiden, corrigeren en luisteren naar zorgvragers 
  • Het opbouwen van een goede zorgrelatie, gebaseerd op vertrouwen om zorgvragers op een positieve manier te kunnen begeleiden.

Slide 22 - Tekstslide

De term draagkracht omvat alles wat je op een gezonde manier kunt hebben: je draagvermogen.
Elke dag komt er veel op ons af. Maar kunnen wij dit goed plaatsen, dan heeft het geen negatieve invloed op ons functioneren.
Deze draaglast is het totaal aan taken en verplichtingen dat iemand op zijn schouders heeft
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Draagkracht & draaglast
  • De draaglast (de belasting) 
  • de draagkracht (de belastbaarheid)

Draagkracht: wordt bepaald door de mogelijkheden om stress te voorkomen en hoe je er als persoon mee om gaat

Er ontstaan problemen wanneer de draaglast groter wordt dan de draagkracht.

Slide 24 - Tekstslide

Casus..
Liesbeth, de verpleegkundige, staat aan het bed van meneer Visser. Hij ligt er al de hele dag in. De kamer ruikt muf en de gordijnen zijn nog dicht. ‘Meneer Visser, komt u uit bed?’ vraagt Liesbeth vriendelijk, maar ze ergert zich aan zijn gedrag. Onder de dekens klinkt een vaag gesteun. Voorzichtig trekt ze het laken iets omlaag. Meneer Visser ligt met gesloten ogen. ‘U moet er nu echt uit komen en gaan douchen’, zegt Liesbeth met enige stemverheffing. Tergend langzaam komt meneer Visser overeind. Alsof de last van de hele wereld op zijn schouders rust, hijst hij zich op de rand van het bed. ‘Kunt u een rolstoel voor me ophalen, zuster, ik kan echt niet lopend naar de badkamer’, zegt meneer Visser, terwijl hij Liesbeth met een gekwelde en tegelijkertijd smekende blik aankijkt. Een rolstoel? Een schop onder je kont kun je krijgen, denkt Liesbeth verontwaardigd. Ze voelt zich gefrustreerd over het gedrag van meneer Visser, maar ze weet dat het geen zin heeft om met hem de strijd aan te gaan over wat hij wel en niet zelf zou kunnen. ‘Goed,’ zegt ze, ‘ik zal de rolstoel voor u halen. U moet dan wel op eigen kracht in en uit de rolstoel proberen te stappen. Zou dat lukken, denkt u?’ ‘Ik zal mijn best doen’, kreunt meneer Visser.

Slide 25 - Tekstslide

Meneer Visser is....... zorgvrager
A
Angstige zorgvrager
B
Destructieve zorgvrager
C
Regressieve zorgvrager
D
Zwijgzame zorgvrager

Slide 26 - Quizvraag

Verschillende gedragsproblemen
  • De zwijgzame zorgvrager, onopvallend en stil aanwezig. 
  • De breedsprakige zorgvrager, herken je aan zijn voortdurend praten .
  • De verwarde zorgvrager, Ze zeggen onbegrijpelijke dingen en reageren niet logisch op de dingen die om hen heen gebeuren.
  • De angstige zorgvrager, kunnen zo angstig zijn dat ze zich letterlijk aan je vastklampen
  • De regressieve zorgvrager, kenmerkt zich door passiviteit die moeilijk te doorbreken is.
  • De hyperactieve zorgvrager, kan geen moment stilzitten en kan zijn aandacht alleen kort en vluchtig bij een onderwerp of activiteit houden.
  • De destructieve zorgvrager, zien alles als negatief, voortdurend kritiek uiten, hun gezondheid ondermijnen, hun lichaam verwaarlozen of in het contact jouw goede zorgen onderuithalen, 

Zorgpad geestelijke gezondheidszorg, Psychosociale ziektebeelden

Slide 27 - Tekstslide

Opvallend bij een breedsprakige zorgvrager is dat het hem niet schijnt uit te maken of je luistert. Zelf luistert de breedsprakige zorgvrager slecht naar anderen. Hij is soms opdringerig en meestal zeer nadrukkelijk aanwezig. Dit gedrag zie je vaak bij manische zorgvragers.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Vooruitblik week 16
Maandag 19 april
  • Werken aan opdrachten week 3
  • Verdelen onderwerpen presentatie (4 subgroepen)

Dinsdag 20 april
  • Eerste lesuur voorbereiden presentatie
  • Tweede lesuur presenteren

Donderdag 22 april
  • integratieve toets


  Huiswerk --> ZorgPad lezen, zie week 2 & 3

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Link

Wat heb je deze week geleerd?

Slide 31 - Open vraag

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide