In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
H5 Rekenen, meten en schatten (2)
Slide 1 - Tekstslide
2500000 gram = ...... ton
A
25000 ton
B
250 kg
C
25 kg
D
2,5 kg
Slide 2 - Quizvraag
75 km/uur is
A
20.8 m/sec
B
270 m/sec
C
19.8 m/sec
D
250 m/sec
Slide 3 - Quizvraag
Een auto rijdt 52 km per uur, hoeveel meter per seconde is dat?
Slide 4 - Open vraag
Max Verstappen rijdt een rondje van 5 km in 1 minuut 30. Hoeveel km/uur is dat?
Slide 5 - Open vraag
Procenten en promille rond ik af op..
A
1 decimaal
B
2 decimalen
C
gehele getallen
D
3 decimalen
Slide 6 - Quizvraag
Hoeveel in procenten?
A
75%
B
25%
C
40%
D
4%
Slide 7 - Quizvraag
Van de 50 kinderen zijn 5 kinderen te laat gekomen. Hoeveel procent is dat?
Procenten!
A
50 %
B
5 %
C
1 %
D
10 %
Slide 8 - Quizvraag
Diego is 4 dagen ziek geweest in deze schoolweek. Hoeveel procenten is Diego ziek geweest?
A
20%
B
40%
C
57%
D
80%
Slide 9 - Quizvraag
De dieselprijs per liter is in een week tijd gestegen van € 1,32 naar € 1,40. Hoeveel is de dieselprijs gestegen in procenten?
A
5,3%
B
7,8%
C
6,1%
D
8,4%
Slide 10 - Quizvraag
In 2014 verbruikte de familie Wagenaar 2200 gas. In 2015 verbruiken ze 6,5% minder gas. Hoeveel gas wordt er in 2015 minder verstookt?
m3
m3
Slide 11 - Open vraag
Een playstation spelletje kost nu €42,95. Vorige week kostte het spelletje €50. Hoeveel procent is er bij of afgegaan? (De antwoorden zijn in procenten)
A
50(42,95−50)⋅100=−14,1
B
42,95(42,95−50)⋅100=−16,414...
C
50(50−42,95)⋅100=14,1
D
42,95(50−42,95)⋅100=16,414...
Slide 12 - Quizvraag
Wat is BTW?
A
belasting toenemende waarde
B
belasting toegevoegde waarde
C
belasting toegevoegde winkel
D
belasting tegen waarde
Slide 13 - Quizvraag
Een nieuwe geluidsbox kost € 1000,- exclusief BTW. Hoeveel kost de box inclusief BTW? (Btw= 21%)
A
1210
B
1220
C
1021
D
1012
Slide 14 - Quizvraag
Er zijn nu 170.674 werknemers. Dit is gedaald met 1.500. Hoeveel promille is deze daling?
Slide 15 - Open vraag
Bereken 2,4 promille van 100490 rond zo nodig af op 1 decimaal
Slide 16 - Open vraag
In Nederland rijden er in totaal 2600 Ferrari's rond. Dat is 0,32 promille van het aantal auto's in Nederland. Hoeveel auto's rijden er in Nederland rond?
A
1.264.000
B
12.640.000
C
812.500
D
8.125.000
Slide 17 - Quizvraag
Welke breuken horen bij de verhouding 1 : 11? (Er zijn 2 antwoorden mogelijk)
A
111
B
121
C
1211
D
101
Slide 18 - Quizvraag
Als je maar 500 ml melk hebt. Hoeveel bloem moet je dan gebruiken om de oliebollen te bakken? (Rond af op een heel getal en vergeet de eenheid niet!)
Slide 19 - Open vraag
In NL wonen ongeveer ... mensen
A
17 miljoen
B
21 miljoen
C
25 miljoen
D
100 miljoen
Slide 20 - Quizvraag
Grote getallen Schrijf met alleen cijfers: 1,8 miljard
A
1 800 000
B
180 000 000 000
C
1 800 000 000
D
18 000 000 000
Slide 21 - Quizvraag
Welke knop op je rekenmachine gebruik je voor machten?
A
√
B
÷
C
^
D
(-)
Slide 22 - Quizvraag
Machten...
24=
A
2 x 4 = 8
B
2 + 2 + 2 + 2 = 8
C
2 x 2 x 2 x 2 = 4
D
2 x 2 x 2 x 2 = 16
Slide 23 - Quizvraag
Wat is de wetenschappelijke notatie van 45640000000
A
4,56.109
B
4,56.108
C
4,56.1010
D
4,56.1011
Slide 24 - Quizvraag
Welk getal is onderstaande wetenschappelijke notatie
7 x 10-3
A
73
B
0,007
C
0,07
D
7000
Slide 25 - Quizvraag
23 459 341 x 222 = Geef het antwoord in wetenschappelijke notatie en rond af op één decimaal
A
0,5⋅1010
B
5,2⋅109
C
5,29
D
0,510
Slide 26 - Quizvraag
√8649=
Slide 27 - Open vraag
Gegeven is de formule zijde in cm= Bereken de zijde in cm bij een oppervlakte van 750 m2.(rond af op 2 decimalen)
√3⋅oppervlakte
Slide 28 - Open vraag
De juiste rekenvolgorde is:
A
Haakjes
+ en -
x en :
B
+ en -
x en :
Haakjes
C
Haakjes
x en :
+ en -
D
+ en -
Haakjes
x en :
Slide 29 - Quizvraag
Wat is het antwoord?
250+(15−9)2⋅√121=
Slide 30 - Open vraag
Wat is het antwoord? Let op de rekenregels.
3+72(32+11)+5
A
9
B
7,9
C
21,66
D
4,5
Slide 31 - Quizvraag
Bereken op de rekenmachine (afronden op 2 decimaal)
3,55=...
A
17,5
B
525,21
C
525,2
D
525,22
Slide 32 - Quizvraag
In 2008 zijn er 321000 mensen werkloos. Dat is 4,2% van de gehele beroepsbevolking. Bereken hoe groot de gehele beroepsbevolking is. Rond af op duizendtallen.