Les 4 - Wonen en Huishouden - Voorraad & financiën

• Wonen
• MBO
• Studiejaar 1

Wonen

Les 4: Voorraad & financiën 

Programma

1. Introductie module
2. Eindopdracht
3. Theorie
4. Opdrachten
5. Opdracht voor op je stage bespreken
6. Afsluiting

Deel 1: 90 min (2 x45 min)

5 min. Welkom en AWR

5 min. Energizer

4 min. lesdoelen

3 min. Programma

20 min  Uitleg en Opbouw vak

10 min  Theoretische gedeelte

20 min  Leeractiviteit 2

10 min Lesdoelen check

3 minuten afsluiting les

80 min. totaal

Hoe voel jij je nu?

😒🙁😐🙂😃

Terugblik

Elke les staan we stil bij wat we de vorige les hebben besproken. 

Waar begint een ondersteuningsvraag mee?

1. Stimuleer mij
2. Begeleid mij
3. Ondersteun mij
4. Motiveer mij

Wat betekent de 'T' in SMART?

1. Tactisch
2. Tijdgebonden

Wat betekent de 'R' in SMART?

1. Realistisch
2. Relevant

Wat betekent de 'A' in SMART?

1. Acceptabel
2. Actief

Wat betekent de 'M' in SMART?

1. Motiverend
2. Meetbaar

Wat betekent de 'S' in SMART?

1. Snel
2. Specifiek

Lesdoelen

Aan het einde van de les:

- Kan je benoemen wat het belang is van kostenbewust en duurzaam werken;

- Ben je op de hoogte van voorraadbeheer;

- Kan je de mobiliteitsklassen en hulpmiddelen benoemen.

Binnen de maatschappelijke zorg ben je als begeleider verantwoordelijk voor het verzorgen van materialen en middelen. 

Het gebruik van materialen en middelen kan er voor zorgen dat cliënten zich binnen het dagelijks leven beter kunnen bewegen en verplaatsen. 

Bij de aanschaf van materialen en middelen is het belangrijk dat je genoeg inkoopt zodat er een goede voorraad is. 

Bij deze inkoop is het belangrijk om te kijken naar de kosten en rekening te houden met het milieu.

Kostenbewust en duurzaam werken

Kostenbewust en duurzaam werken zijn twee begrippen die van belang zijn binnen de maatschappelijke zorg. Als professional ben je verantwoordelijk om hier zo goed mogelijk mee om te gaan.

Kostenbewust werken

Het is belangrijk dat je als professional rekening houdt met de kosten die je maakt in je werk. 

Dit noemen we kostenbewust werken. Je hebt hiermee te maken als je bijvoorbeeld geld uitgeeft namens een cliënt of de instelling waarvoor je werkt. 

Het is belangrijk dat je rekening houdt met het uitgavenpatroon van de cliënt als je boodschappen voor hem doet en/of kleding koopt. 

Overleg altijd samen met de cliënt, je collega’s en/of je leidinggevende hoeveel budget er is en bewaar de bonnetjes van aangeschafte producten. 

Op deze manier kun je verantwoorden wat je waar hebt gekocht en voor welke prijs.

Duurzaam werken

Binnen het werkveld moeten medewerkers en cliënten eten en reizen. 

Daarnaast hebben ze verwarming nodig en wordt er binnen huizen en instellingen gebruikgemaakt van verlichting. 

Al deze middelen kunnen zorgen voor vervuiling van de aarde en de uitstoot van broeikasgassen. 

Duurzaam werken houdt in dat medewerkers en instellingen rekening houden met hoe zij minder schade aan bodem, water en lucht kunnen veroorzaken.

Wat is voorraad?

VOORRAADBEHEER

Kleine voorraad: koffie of een stapel papier

Grote voorraad: opslag in een magazijn 

De producten zoals koffie, papier etc. noemen we Goederen

Waarom is het niet goed om teveel van een bepaald product op voorraad te hebben?

1. Producten kunnen bederven
2. Dan hebben mensen teveel keus
3. Omdat werknemers dan harder moeten werken
4. Kost ruimte en ruimte kost geld

Wat moet je kunnen als begeleider MZ?

1. Voorraad controleren: bijvoorbeeld checken of er nog genoeg voorraad in de kast liggen.

2. Houdbaarheid van de goederen controleren

Je kunt het product nog gebruiken na deze datum als het nog goed proeft/ruikt

Je kunt het product tot en met deze datum gebruiken

T.G.T.

TE GEBRUIKEN TOT

T.H.T.

TEN MINSTE HOUDBAAR TOT

Aan de slag met voorraadbeheer

Ga naar Boom, 

Boek: Professional Maatschappelijke zorg

Hfst: 15.2. Voorraadbeheer

Maak de opdracht die in it's learning staat en lever in.

Aan de slag

• Boek: Professional Maatschappelijke zorg
• Hfd 15: Verzorgen van materialen en middelen
• Kopje 4: weten en begrijpen 
• Opdr: 5

Klaar ?

Alle opdrachten aan de docent laten zien? 

Dan kan je 10 min pauze nemen.

Mobiliteit

Mobiliteit zegt iets over de bewegelijkheid van iemand. Dus hoe kan iemand lopen, zitten of bewegen.

De beperkingen van je cliënt hebben 

invloed op de lichamelijke belasting 

van jou als begeleider.

Juiste werkhouding

Houding tijdens het verplaatsen van middelen, dit heet ergonomie. 

Mobiliteitsklassen

Mobiliteitsklasse A,B en C

A = vrijwel zelfstandig in mobiliteit

B= Vrij zelfstandig maar hulp bij transfers en ADL; geven van aanwijzingen of richting bij opstaan. Kleine hulpmiddelen als papegaai of draaischijf

C= Kunnen niet zelfstandig opstaan, meestal rolstoel gebonden, enige rompbalans, steunen op 1 been

Mobiliteitsklasse D en E

D= vrij passief in mobiliteit, onvoldoende rompbalans, geen steun op 1 of beide benen. 

E= vrijwel volledig passief, bijna volledig bedlegerig, neiging tot stijfheid en contracturen

Welke hulpmiddelen
gebruiken bij wonen en huishouden?

Aan de slag

• Boek: Professional Maatschappelijke zorg
• Hfd 15: Verzorgen van materialen en middelen
• Kopje 5: Analyseren en toepassen
• Opdr: 6 en 7 

Lesdoelen

Aan het einde van de les:

- Je Kan benoemen wat het belang is van kostenbewust en duurzaam werken;

- Je  hebt kennis over hoe voorraadbeheer werkt;

- Je kan de mobiliteitsklassen en hulpmiddelen benoemen.

Afsluiting

Inleveren eindopdracht: vrijdag 18 april 2025