Voorbereiding Examen B Les 2 W5

Examen B
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Examen B

Slide 1 - Tekstslide

Algemeen
Examen van 4 werkprocessen
B1-K1-W3 Richt ruimten in ter voorbereiding op activiteiten​
( gedrags- en productbeoordeling --> reportage met onderbouwing)
B1-K1-W5 Stimuleert de ontwikkeling door het aanbieden van activiteiten​ ( gedrag- en productbeoordeling --> verantwoordingsverslag)
B1-K1-W7 zorg voor een veilig pedagogisch klimaat​ (gedragsbeoordeling)
B1-K1-W8 Evalueert de werkzaamheden​ ( gedrag- en productbeoordeling --> evaluatieverslag )



Slide 2 - Tekstslide

 B1-K1-W5  Stimuleert de ontwikkeling door het aanbieden van                               activiteiten 

Slide 3 - Tekstslide

Muzisch creatieve activiteiten?
Muzisch creatief werken is werken met de onderdelen;​
beeldende vorming, muziek, drama, spel en beweging en taal & media​.
Het gebruik van deze muzische middelen, motiveert kinderen om aan de gang te gaan en bezig te zijn met hun  persoonlijke ontwikkeling. Het biedt mogelijkheden om gevoel te uiten en daarover te leren. Het biedt manieren om in beweging te komen en vaardigheden aan te leren. Bovenal is het een kans om te laten zien wat iemand kan en zich daar goed over te voelen.

Slide 4 - Tekstslide

Activiteitenplan
We nemen even een kijkje:

Slide 5 - Tekstslide

Welke activiteit moet een verplicht onderdeel van je activiteiten zijn?
A
Drama
B
Beeldende vorming
C
Voorlezen
D
Rekenen

Slide 6 - Quizvraag

Vakkennis over sociaal-emotionele, cognitieve, motorische en taal-ontwikkeling van jouw stagegroep, waar zoek je dat op?

Slide 7 - Open vraag

Wat zijn ook alweer
onderwijsvisies?

Slide 8 - Woordweb

Wat is volgens jou een voorbeeld van
een
muzisch creatieve activiteit?

Slide 9 - Woordweb

Tips voor de uitvoering
  • Het aantal activiteiten omvat minimaal 4 en maximaal 6 activiteiten. --> zorg ervoor dat je activiteiten afgestemd zijn op de verschillende ontwikkelingsaspecten hieronder
  • Bij: licht toe welke signalen van voortgang en/of afwijkingen in de ontwikkeling van de kinderen zij heeft opgemerkt’’ beschrijft de kandidaat dit van minimaal 2 en maximaal 4 kinderen. --> Beschrijf van jouw doelgroep de algemene motorische, cognitieve, sociaal-emotionele en taal- ontwikkeling en licht van  2-4 kinderen de voortgang of afwijking van deze algemene norm toe
  • De kandidaat werkt vanuit een al dan niet zelf ontwikkeld activiteitenplan. (methodisch stappenplan dat we deze les kort bekeken hebben)




Slide 10 - Tekstslide

Hoeveel activiteiten moet je bedenken en uitvoeren voor W5?
A
min. 1 max. 2
B
min. 3 max. 4
C
min. 4 max. 5
D
min. 4 max. 6

Slide 11 - Quizvraag

Voor hoeveel kinderen moet je voor de motorische, cognitieve, sociaal-emotionele en taal-ontwikkeling de voortgang of afwijking van algemene ontwikkeling beschrijven?
A
min. 1
B
min. 1 max. 2
C
min. 2 max. 3
D
min. 2 max. 4

Slide 12 - Quizvraag

Beoordeling W5 Gedrag

Slide 13 - Tekstslide

Beoordeling W5 Product

Slide 14 - Tekstslide

Praatvragen
1. Noem een voorbeeld van een activiteit waarbij je de motoriek stimuleert?​
2. Noem een voorbeeld van een activiteit waarbij je de cognitieve ontwikkeling stimuleert?​
3. Noem een voorbeeld van een activiteit waarbij je de sociaal-emotionele ontwikkeling stimuleert?​
4. Wat is een muzisch creatieve activiteit?​
5. Heb je al eens voorgelezen? Hoe bereid je dat ook alweer voor?

Slide 15 - Tekstslide

Toelichting beoordeling gedrag
  • Met ‘past bij het voorlezen wisselende intonatie en stiltemomenten toe’ wordt bedoeld dat de kandidaat voorlezen tot een verrassende, spannende of ontspannende activiteit voor de kinderen maakt door wisselende intonatie en stiltemomenten te gebruiken tijdens het voorlezen.
  • Met ‘speelt flexibel in op veranderingen in de situatie’ wordt bedoeld dat de kandidaat waar nodig haar activiteit moeiteloos kan aanpassen.
  • Met ‘schakelt snel tussen verschillende kinderen en van het individuele kind naar de groep’ wordt bedoeld dat de kandidaat haar aandacht snel van het ene kind naar het andere kan verplaatsen of van een individueel kind naar de groep. 
    Moeilijke taal van het Consortium; samen doornemen en aantekeningen maken!



Slide 16 - Tekstslide

Toelichting beoordeling verantwoordingsverslag

  • In het criterium wordt gevraagd keuzes te onderbouwen vanuit vakkennis van de diverse ontwikkelingsgebieden. De kandidaat kiest zelf welke kennis uit dit brede vakgebied van toepassing is bij de geboden activiteiten en bijbehorende begeleiding.
  • Ook wordt onderbouwing gevraagd vanuit de visie van de organisatie in relatie tot de eigen visie. Hier maakt de kandidaat duidelijk hoe haar keuzes aansluiten bij de visie van de organisatie en hoe haar eigen visie zich hiertoe verhoudt.
  • Met ‘verantwoordt hoe eigen taalgebruik is ingezet om de taal- en denkontwikkeling van de kinderen te stimuleren’ wordt bedoeld de kandidaat verantwoordt hoe zij met haar taalgebruik de kinderen uitnodigt tot praten en vertellen en hoe zij het denkvermogen stimuleert bijvoorbeeld door vragen te stellen. Hier gaat het meer om waarom op die manier.
    Moeilijke taal van het Consortium; samen doornemen en aantekeningen maken!



Slide 17 - Tekstslide

Hoe zou je een kind kunnen uitnodigen tot het maken van "taalproductie", met andere woorden, hoe nodig je het kind uit om meer te praten?

Slide 18 - Open vraag

Vat voor jezelf samen wat er in opdracht W5 van je verwacht wordt. Iedereen moet een antwoord indienen.

Slide 19 - Open vraag

Is de inhoud van opdracht W5 je nu duidelijk?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll