Het verteringsstelsel

Voeding en vertering
Het verteringsstelsel
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Voeding en vertering
Het verteringsstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je:
  • Omschrijven wat vertering is 
  • De functies van enzymen in verteringssappen aangeven
  • Beschrijven wat de darmperistaltiek is

Slide 2 - Tekstslide

TGT: Te Gebruiken Tot
Bederfelijke producten moet je meestal koel bewaren, meestal maximaal 5 dagen

Welk product zal een TGT vermelding krijgen?
A
Vlees en melk
B
Blik knakworsten
C
Broccoli
D
Margarine

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de schijf van 5?
A
5 vakken met minder goede producten waar je niets uit mag nemen
B
5 vakken met alleen maar vette dingen waar je 1 keer per week iets uit mag kiezen
C
5 vakken vol goede producten waar je ieder dag iets uit kiest. Uit het ene vak wat meer dan het andere
D
5 vakken met goede en minder goede producten door elkaar Je kiest zelf de goede producten

Slide 4 - Quizvraag

Waardoor kan een eetstoornis ontstaan?
A
Je wordt beïnvloed door wat je ziet in de media
B
Je bent ontevreden over jezelf, je lichaamsgewicht en je uiterlijk.
C
Je wordt beïnvloed door de normen in de mode
D
alle drie juist

Slide 5 - Quizvraag

Wat wordt er bedoeld met de grondstofwisseling?

Slide 6 - Open vraag

Van wie zou de energiebehoefte het grootst zijn als je alleen naar het beroep kijkt ?
A
Een minister
B
Een stratenmaker
C
Een docent
D
Een huisarts

Slide 7 - Quizvraag

Is de energiebehoefte groter in de winter of in de zomer?
A
In de winter
B
In de zomer

Slide 8 - Quizvraag

Welke voedingsstof kan dienen als brandstof?
A
Mineralen
B
Vitaminen
C
Eiwitten
D
Koolhydraten

Slide 9 - Quizvraag

Waarom gaan enzymen bij hogere temperatuur minder goed werken

Slide 10 - Open vraag

Wanneer je vlees ontdooit maar niet gebruikt neemt de kans op micro-organisme toe. Leg uit hoe dit samenhangt met de enzymactiviteit

Slide 11 - Open vraag

Voedingsvezels zijn een voorbeeld van
A
Voedingsmiddelen
B
Voedingsstoffen
C
Stoffen die het lichaam niet kan gebruiken
D
Stoffen die het lichaam niet kan afbreken

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Video

Waarom kunnen bepaalde voedingsstoffen niet direct in het bloed worden opgenomen en andere wel?

Slide 14 - Open vraag

Wat is de functie van de enzymen die aanwezig zijn in de verteringssappen?

Slide 15 - Open vraag

Verteringssappen

Slide 16 - Woordweb

Vertering
Voedingsstoffen uit het voedsel worden opgenomen in het bloed
  • Sommige voedingsstoffen worden direct opgenomen
  • Sommige voedingsstoffen worden eerst verteerd

Vertering:
Omzetten van voedingsstoffen die niet door de darmwand heen in het bloed kunnen worden opgenomen in verteringsproducten die wel in het bloed kunnen worden opgenomen


Slide 17 - Tekstslide

Verteringssappen
Enzymen uit verteringssappen reageren met specifieke voedingsstoffen.

De enzymen zorgen ervoor dat de grote voedingsstoffen worden afgebroken in kleinere voedingsstoffen

Sommige voedingsstoffen worden in meerdere stappen klein genoeg gemaakt

Speekselklier, maagsapklier, alvleesklier, lever, darmsapklier





Slide 18 - Tekstslide

Darmperistaltiek 
Tijdens de vertering wordt de voedingsbrij voortgeduwd d.m.v. de darmperistaltiek





Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Dunne darm
Slokdarm
Endeldarm
Dikke darm
Twaalfvingerige darm
Maag

Slide 21 - Sleepvraag

Wat is de juiste volgorde van de volgende darm organen?
A
Dunne darm, dikke darm, twaalfvingerige darm, endeldarm
B
Twaalfvingerige darm, dikke darm, dunne darm, endeldarm
C
Dunne darm, twaalfvingerige darm, dikke darm, endeldarm
D
Twaalfvingerige darm, dunne darm, dikke darm, endeldarm

Slide 22 - Quizvraag

Wat doen enzymen?
A
Enzymen verbranden voedingsstoffen
B
Enzymen versnellen het afbreken van voedingsstoffen
C
Enzymen bevatten verteringssappen
D
Enzymen nemen voedingstoffen op in het bloed

Slide 23 - Quizvraag

Wat is GEEN verteringssap?
A
Speeksel
B
Gal
C
Alvleessap
D
Darmsap

Slide 24 - Quizvraag

Wat betekent darmperistaltiek
A
de knijpende beweging van spieren in de darm
B
het samentrekken van de kringspier
C
afsluiting van de darm
D
productie van darmsappen

Slide 25 - Quizvraag

Leerdoelen
Je kunt nu:
  • Omschrijven wat vertering is
  • De functies van enzymen in verteringssappen aangeven
  • Beschrijven wat de darmperistaltiek is

Slide 26 - Tekstslide

Aan de slag
Huiswerk nakijken: Laat het huiswerk aan de docent zien en krijg een nakijkboekje. 

Daarna......

Lezen thema 4 basisstof 4
Maken opdracht 29 t/m 32 

Slide 27 - Tekstslide