Conserveren (langer houdbaar maken)
Invriezen: Temperatuur snel verlagen tot -20 °C of lager.
Pasteuriseren: Kort verhitten tot 72 °C.
Steriliseren: Verhitten tot 130-140 °C.
Vacuümverpakken: Voedsel zonder lucht (vacuüm) verpakken.
Gasverpakken: Voedsel met gas (CO2, O2, stikstof etc) verpakken.
Drogen: Voedsel uitdrogen om al het meeste water er uit te halen.
Bestralen: Doorstralen met radioactieve stralen. (alleen voor eten met een groot risico op gevaarlijke ziekteverwekkers)
Conserveringsmiddelen: zout, suiker, sulfiet etc...