21/10 BSR 1bka Thema A §8

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 2

THEMA A  

mens en dier

• Open je boek op blz. 121.
• Ga verder in je leesboek.

§7 Stemgebruik + 

eindopdracht

• Je weet het verschil tussen intonatie, tempo en volume.
  
• Je kunt intonatie, tempo en volume goed gebruiken in je stemgebruik.

Lesdoelen

In deze les:

• Verder werken aan Thema A.
  
• Startopdracht bespreken.
• Hoe gebruik je je stem in een activerende tekst?
• Vooruitblikken op de eindopdracht van thema A.
• Een keuze maken voor de eindopdracht!

Welke tekstdoelen ken je nog?
We hebben de vorige keer vier behandeld.

Je schrijft voor een bepaald "publiek". Wat wordt met publiek bedoeld?

Wat voor functies kan een afbeelding bij een tekst hebben?

Wat weet je van
'Día de los Muertos'?

Als je praat is niet alleen wát je zegt belangrijk, maar ook hóé je iets zegt. Je kunt op verschillende dingen letten als je praat. 

*Dit is belangrijk voor de eindopdracht! Schrijf mee.

Stemgebruik

Je kunt met hoge of lage tonen praten. Als je let op je intonatie, wissel je hoge en lage tonen met elkaar af. Dan klinkt je stem niet saai.

Intonatie

Als je te snel praat, kan iemand jou niet goed verstaan. Als je te langzaam praat, kan je verhaal saai worden. Je luisteraar blijft geboeid als je op het juiste tempo praat.

Tempo

Het is belangrijk om niet te hard en niet te zacht te praten. Een zachte stem kan niet iedereen goed verstaan, een harde stem is niet fijn om lang naar te luisteren.

Volume

Rode boek: Opdracht 2 klassikaal maken en  bespreken.

Opdracht 3 en 4 maken.

Blauwe boek: Opdracht 3 en 4 maken.

Opdracht 2 klassikaal maken.

Aan het werk. Na tien minuten wisselen we de rollen om.

Snel klaar?

- Puzzels vanaf blz. 244.

- Verder in je leesboek.

De eindopdracht
van thema A

- In tweetallen.

- Je maakt een reclamespot OF een flyer.

- Je doorloopt vier stappen (zie paragraaf 8 in je boek.

- Je levert je eindproduct in, wellicht gaat de dierenarts jouw product inzetten!

Wat?	Thema A, paragraaf 8 (blz. 127). Opdracht 1 en 2 -> gebruik het werkblad!
Hoe?	Zelfstandig. De eerste vijf minuten in stilte, daarna overleggen.
Hulp	Steek je vinger op als je een vraag hebt (4 B's).
Tijd	10 minuten. Daarna gaan we afronden.
Klaar?	Check je voortgang bij mij. Werk daarna alvast verder aan de volgende opdracht.

Starten met de eindopdracht

• Je weet het verschil tussen intonatie, tempo en volume.
  
• Je kunt intonatie, tempo en volume goed gebruiken in je stemgebruik.

Lesdoelen

Wie heeft nog een vraag over wat we vandaag hebben behandeld?