3.2 Europa wordt christelijk (Deel 2)

Monniken en ridders



500 - 1000

3.2 Europa wordt christelijk (Deel 2)
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Monniken en ridders



500 - 1000

3.2 Europa wordt christelijk (Deel 2)

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
In deze paragraaf leer je: 
- Hoe het Christendom in Europa werd verspreid.

- Hoe de Germaanse cultuur bleef bestaan.

- Waardoor geestelijken belangrijk waren in de samenleving.

Slide 2 - Tekstslide

Tijdvak 3: Monniken en Ridders

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je eigenlijk
van de Kerstmis?

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Tekstslide

Verspreiding christendom
  • Na de val van het West-Romeinse rijk kreeg het christendom het moeilijk. De meeste Germanen geloofden in meerdere goden.

  • Om het christendom te verspreiden trokken monniken rond om mensen te bekeren tot het christendom. Deze monniken werden ook wel missionarissen genoemd.

Slide 6 - Tekstslide

Missionarissen
Missionarissen --> mensen op een missie (van god) om heidenen te bekeren.




Slide 7 - Tekstslide

Verspreiding
Eerst werden NL en Duitsland bekeerd

Veel mensen leven nu volgens Christelijke regels:
Slechte daden werden zonden genoemd (moord, diefstal)

Slide 8 - Tekstslide

Vermenging van culturen
Germaans + christelijk 

Slide 9 - Tekstslide

Vermenging van Culturen
Germaanse tradities blijven bestaan
Dinsdag, Woensdag, Donderdag, Vrijdag
Pasen (Lentefeest) en Kerstmis (Midwinterfeest).

Slide 10 - Tekstslide

Vermenging van culturen
Elementen van de Germaanse cultuur en christelijke cultuur worden vermengd.

Slide 11 - Tekstslide

Geestelijken...
  • leven in het klooster 
  • Mannen heten monniken
  • Vrouwen heten nonnen
  • Geestelijken vulden de dag met bidden, werken en lezen

Slide 12 - Tekstslide

  • Geestelijken waren vaak de enigen die konden lezen en schrijven
  • Zij schreven de Bijbel over 
  • Dit duurde heel lang: dit noem je 'monnikenwerk'.

Slide 13 - Tekstslide

Kerk
De mensen kwamen bij elkaar in de kerk.
De pastoor gaf elke zondag een preek waarin hij uitlegde hoe mensen moesten leven
Dit is de pastoor die aan de gelovigen een preek aan het vertellen is.

Veel geestelijken scheerden hun hoofd gedeeltelijk kaal. Dit liet zien dat ze zich onderwerpen aan god.

Slide 14 - Tekstslide

Leven in een klooster

Zou jij kunnen leven in een klooster?
2.30: opstaan
2.30 - 3.00: studie en meditatie
3.00 - 5.00: kerkdienst /bidden
5:00 - 6:00: studie en meditatie
6:00 - 7:30: kerkdienst /bidden
7:30 - 8:00: werken
8:00 - 9:30: kerkdienst /bidden
9.30 - 12.00: werken
12.00 - 13.30: kerkdienst /bidden
13.30 - 14.00: avondeten
14:00 - 16:15: werken
16:15 - 17:30: kerkdienst /bidden
17:30 - 18:00: studie en meditatie
18:00 - 18:30: kerkdienst /bidden
19:00: slapen

  • In een klooster werd veel gebeden, maar ze werkten ook hard, bijvoorbeeld op het land.
  • Daarnaast verzorgden zij de zieken en hielpen mensen bij hun geloof in God.




Slide 15 - Tekstslide

leven in het klooster:
monniken en nonnen leggen een gelofte af van armoede, kuisheid en gehoorzaamheid aan de abt. 
abt: hoofd van het klooster.

Slide 16 - Tekstslide

Hiërarchie Katholieke kerk

Slide 17 - Tekstslide

SO:
Volgende week:
SO over paragraaf 3.1 en 3.2 
Begrippen, leerdoelen en wie, wat, waarom in de tekst belangrijk!


Slide 18 - Tekstslide

Begrippen uit deze les
  • Missionarissen
  • Bekeerd
  • Heidenen
  • Zonden

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk
Maken 3.2 Europa wordt Christelijk
Opdrachten 4, 5 en 7
Blz. 47
 

Slide 20 - Tekstslide