1km Lezen H5 les 2

Welkom!

Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint:

  • leesboek
  • lesboek Nieuw Nederlands
  • collegeblok/schrift
  • pen
timer
2:00
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom!

Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint:

  • leesboek
  • lesboek Nieuw Nederlands
  • collegeblok/schrift
  • pen
timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
  • Opening/welkom
  • Lezen
  • Uitleg theorie + aantekening
  • Opdrachten nakijken/maken 
  • Huiswerk
  • Evaluatie les 

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen

Ik weet wat het doel van een tekst is.


Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Doel van een tekst
De schrijver van een tekst wil bij de lezer iets bereiken. Hij wil bijvoorbeeld iets aan de lezer uitleggen of hij wil dat de lezer iets doet. De tekst die hij schrijft, heeft dus een doel.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het doel van een strip?

Slide 6 - Open vraag

Wat is het doel van een recept (van bijv. een appeltaart)?

Slide 7 - Open vraag

Wat is het doel van een nieuwsbericht?

Slide 8 - Open vraag

Wat is het doel van een bespreking van een film?

Slide 9 - Open vraag

Wat is het doel van een reclame?

Slide 10 - Open vraag

Doel van een tekst
De schrijver wil je informatie geven

krantenbericht, verslag van een sportwedstrijd
De schrijver wil je iets leren of uitleggen
studietekst, recept, gebruiksaanwijzing
De schrijver wil je iets laten doen
uitnodiging, reclametekst, advertentie

Slide 11 - Tekstslide

Doel van een tekst
De schrijver wil zijn mening geven
bespreking van een film of app
De schrijver wil je amuseren
verhaal, strip

Slide 12 - Tekstslide

Doel van een tekst
Zoek nu zelf op internet 2 teksten met de doelen:
- informeren
- amuseren

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: omdat het baasje overleden is, omdat een kind allergisch is, omdat ze de verzorging niet meer kunnen betalen.

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: omdat het baasje overleden is, omdat een kind allergisch is, omdat ze de verzorging niet meer kunnen betalen.
2 eigen antwoord, bijvoorbeeld: Je weet niet wat het dier heeft meegemaakt. Is het dier ergens bang voor, bijvoorbeeld?


Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: omdat het baasje overleden is, omdat een kind allergisch is, omdat ze de verzorging niet meer kunnen betalen.
2 eigen antwoord, bijvoorbeeld: Je weet niet wat het dier heeft meegemaakt. Is het dier ergens bang voor, bijvoorbeeld?
3 honden uit het dierenasiel


Slide 17 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
1 eigen antwoord, bijvoorbeeld: omdat het baasje overleden is, omdat een kind allergisch is, omdat ze de verzorging niet meer kunnen betalen.
2 eigen antwoord, bijvoorbeeld: Je weet niet wat het dier heeft meegemaakt. Is het dier ergens bang voor, bijvoorbeeld?
3 honden uit het dierenasiel
4 B een reclametekst


Slide 18 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
5 honden

Slide 19 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
5 honden
6 alinea 3

 

Slide 20 - Tekstslide

Voor elk wat wils
Karakter
Advies
Ingeënt
Opvang
Hondencursus
opleiding voor de hond
een stof ingespoten die ervoor zorgt dat een mens of dier een bepaalde ziekte niet meer krijgt 
raad
eigenschappen die je merkt aan hoe iemand zich gedraagt
voor iedereen iets wat hij leuk vindt.
verzorging ergens anders

Slide 21 - Sleepvraag

Opdracht 2 blz. 118
8 gehoorzaam


 

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
8 gehoorzaam
9 hoe iemand eruitziet



 

Slide 23 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
8 gehoorzaam
9 hoe iemand eruitziet
10 waar
11 karakter



 

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
8 gehoorzaam
9 hoe iemand eruitziet
10 waar
11 karakter
12 Een gezonde hond kost in het eerste jaar meer geld, omdat je spullen zoals een voerbak en een hondenmand moet kopen. Dat hoeft in het tweede jaar niet meer.



 

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
13 A voor mensen die een hond willen.


Slide 26 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 118
13 A voor mensen die een hond willen.
14 B De schrijver wil de lezer iets laten doen.
 


Slide 27 - Tekstslide

Opdracht 3 blz. 119
1. Wie wil Ivo vooral informeren?
A
Gert801
B
Ilona
C
HondinHuis

Slide 28 - Quizvraag

Opdracht 3 blz. 119
2. Wie wil Ivo vooral iets laten doen?
A
Gert801
B
Ilona
C
HondinHuis

Slide 29 - Quizvraag

Opdracht 3 blz. 119
3. Wie wil Ivo vooral zijn mening geven?
A
Gert801
B
Ilona
C
HondinHuis

Slide 30 - Quizvraag

Opdracht 3 blz. 119
4. Wie geeft antwoord op de vraag van Ivo?
A
Gert801
B
Ilona
C
HondinHuis

Slide 31 - Quizvraag

Huiswerk

Lezen:

Theorie blz. 116


Maken:

Opdracht 4 en 5 blz. 120-121





timer
1:00

Slide 32 - Tekstslide

Wat heb je geleerd
deze les?

Slide 33 - Woordweb

Slide 34 - Tekstslide