In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
ma. 14 juni - 2M1 - 5e uur
Ingeleverde boekopdrachten
Bespreken huiswerk: opdr. 4 blz. 119-120
Herhalen uitleg Lezen H5
Bespreken opdr. 1 op blz. 116-117
Zelfstandig werken
Slide 1 - Tekstslide
Ingeleverde boekopdrachten
3x digitaal = niet de bedoeling
2x zonder naam
Berkay, Jhon, Lindo, Nick, Tyra
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoel
Aan het einde van de les weet je nog beter hoe en waarom je kritisch moet kunnen lezen.
Slide 3 - Tekstslide
Bespreken huiswerk
opdracht 4 blz. 119-120
Slide 4 - Tekstslide
Antwoorden opdr. 4 blz. 119-120
Het gaat over verpakkingen van minder gezonde voedingsmiddelen gericht op kinderen.
Omdat die voor ouders op kniehoogte in de schappen staan.
Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Zet de producten voor kinderen niet op ooghoogte van de kinderen.
Reden in de tekst: reclame voor voedingsmiddelen voor kinderen is al geregeld in de Reclamecode voor voedingsmiddelen (al.6). Ook goed: ‘Ouders kunnen zelf het beste de keuze maken’ (al. 7) Eigen reden: Bijvoorbeeld: ze krijgen misschien minder inkomsten.
Dat blijkt uit de woorden: ‘Een goede ontwikkeling’ (al. 5)
‘De Consumentenbond wil dat ook A-merken verpakkingen aanpassen en wil dat de richtlijnen in een wet worden vastgelegd.’(al. 6)
Slide 5 - Tekstslide
Antwoorden opdr. 4 blz. 119-120
7 nee, in alinea 3 niet, want daarin lees je wat de schrijfster is opgevallen, bijvoorbeeld: "Mag ik deze?" Of dat echt zo is, kun je niet controleren.
8 Ze noemt de supermarkten, een medewerker van de Consumentenbond die ze sprak, heeft opgezocht hoe de Reclamecode werkt, heeft een woordvoerder van Verkade gesproken.
9 Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: door informatie op de sites van de supermarkten, producenten, de Consumentenbond en de Reclamecode te zoeken.
10 Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: je hoort weleens dat de kans bestaat dat kinderen slechter eten of een eetprobleem krijgen bij alle aandacht voor gezond eten. Een bron met een medische achtergrond is betrouwbaar.
Slide 6 - Tekstslide
Wat is kritisch lezen?
Slide 7 - Open vraag
Kritisch lezen
betekent: letten op de deskundigheid van de schrijver, het doel van de tekst en de bron.
Slide 8 - Tekstslide
Waarom moet je kritisch kunnen lezen?
Slide 9 - Open vraag
Je moet kritisch kunnen lezen
omdat, de informatie in teksten niet altijd betrouwbaar is.
Slide 10 - Tekstslide
Wanneer is iemand 'deskundig'?
Slide 11 - Open vraag
De deskundigheid v.d. schrijver
Een schrijver is deskundig als hij zich uitgebreid in het onderwerp heeft verdiept of veel ervaring heeft met het onderwerp. Hoe deskundiger de schrijver, hoe betrouwbaarder de tekst.
Slide 12 - Tekstslide
Wat wordt er bedoeld met 'de bron' van een tekst?
Slide 13 - Open vraag
De bron
De bron van een tekst is waar je de informatie vindt: krant, website of boek en op welke datum de tekst gepubliceerd is.
Als de tekst lang geleden verschenen is, kan het zijn dat de informatie in de tekst niet meer klopt.
Slide 14 - Tekstslide
Wat wordt er bedoeld met 'het doel' van een tekst?
Slide 15 - Open vraag
Het doel van de tekst
Wat wil de schrijver van de tekst bereiken? Wil hij alleen feitelijke, dus onpartijdige, informatie geven of wil hij de lezer overtuigen of activeren?
Slide 16 - Tekstslide
Zelfstandig werken
Maak opdr. 5 blz. 120-121 = huiswerk voor morgen di. 15/6