Nederlands cohort 2019-2020 HTV 2e jaar les 2

vorige week
voegwoorden (samenhang in tekst)
studiemeter: huiswerk
stijl: voegwoorden 5 oefeningen naar keuze
stijl: voorzetsels 5 oefeningen naar keuze
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

vorige week
voegwoorden (samenhang in tekst)
studiemeter: huiswerk
stijl: voegwoorden 5 oefeningen naar keuze
stijl: voorzetsels 5 oefeningen naar keuze

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
informerende tekst
werkwoordspelling (ott. vtt. + voltooid deelwoord)

Slide 2 - Tekstslide

opgeven examen 
studiemeter groene bolletjes
oefentoets
eindtoets

Slide 3 - Tekstslide

1e examenperiode
26 oktober - 1 november
Alyssia van Beek, Hessel Franken, Jante Harmsen, Ingmar Kroesen, Milan Lam, Cheyenne Maat, Dylan Onink, Amber Speyer, Jan van der Vegt, Fabiënne Wilbrink, Rebecca Adam, Jozefien den Haan, Bilal Aghadar

=> opdracht maken, informerende tekst (opdr. 1 p. 59)

Slide 4 - Tekstslide

Noem vijf schrijfdoelen.

Slide 5 - Open vraag

Schrijfdoelen
amuseren
overtuigen
activeren
instrueren
informeren

Slide 6 - Tekstslide

Welke tekstsoort hoort bij?
instrueren, informeren, overtuigen, activeren, overtuigen

Slide 7 - Open vraag

informerende tekst
- geeft informatie
- feiten: controleerbaar

Alle teksten die je schrijft: inleiding, kern, slot.
Denk aan een titel, witregels

Slide 8 - Tekstslide

I
Spelling oefenen
studiemeter: 
tegenwoordige tijd
verleden tijd
voltooid deelwoord





Slide 9 - Tekstslide

Vin.. jij werkwoordspelling moeilijk om te leren?
A
Vindt
B
Vind

Slide 10 - Quizvraag

werkwoordspelling
A
Het hout is opgebrandt.
B
Het hout is opgebrand.

Slide 11 - Quizvraag

Het gebeur... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt

Slide 12 - Quizvraag

Het is regelmatig ..... dat een student flauwviel achter zijn laptop.
A
gebeurt
B
gebeurd
C
gebeurdt

Slide 13 - Quizvraag

Afgelopen weken (besteden) we veel tijd aan werkwoordspelling.
A
besteden
B
besteede
C
besteedden
D
besteeden

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Vorige week (regenen) het de hele dag.
A
het regendde
B
het regendt
C
het regende
D
regent

Slide 16 - Quizvraag

Gisteren (wachten) ik op de trein.
A
wachtte
B
heb gewacht
C
wachte
D
wacht

Slide 17 - Quizvraag

Gisteren (komen) Marit te laat.
A
komde
B
kwam
C
komt
D
kwamen

Slide 18 - Quizvraag

De trainer ...... naar de sporthal .........(gaan)
A
gaat
B
ging
C
is gegaan
D
gingen

Slide 19 - Quizvraag

Welk woord is een werkwoord?
A
tafels
B
wij
C
houten
D
houden

Slide 20 - Quizvraag

huiswerk volgende week
inleveren: informerende tekst opdr.1 p. 59 schrijf een informerende tekst over smartbrillen
werkwoordspelling oefenen 
(studiemeter, zonder groene bolletjes)

Slide 21 - Tekstslide