In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Wie heeft Pluk van de Petteflet geschreven?
A
Fiep Westendorp
B
Annie M.G.Schmidt
Slide 1 - Quizvraag
Welk grote stad in Nederland kun je uit deze letters halen? TRMASAHCIT
Slide 2 - Open vraag
Slide 3 - Tekstslide
In welke stad staat deze brug?
Slide 4 - Open vraag
Wat is de achternaam van ons koningshuis?
Slide 5 - Open vraag
In welke stad werd de eerste wedstrijd van het EK gespeeld?
A
Milaan
B
Rome
C
Barcelona
D
Madrid
Slide 6 - Quizvraag
Wat betekent het spreekwoord 'De handdoek in de ring gooien'.
A
Ergens ver mee gooien.
B
Ergens mee stoppen.
C
Iets schoonmaken.
Slide 7 - Quizvraag
Tegen wie moesten de hockey vrouwen op het EK de finale spelen?
Slide 8 - Open vraag
Slide 9 - Tekstslide
Hoe heet dit stripfiguur uit Suske en Wiske?
Slide 10 - Open vraag
Hoeveel inwoners heeft Nederland ongeveer?
A
15 miljoen
B
16 miljoen
C
17 miljoen
D
18 miljoen
Slide 11 - Quizvraag
Van welk land is dit de vlag?
Slide 12 - Open vraag
Hoeveel ogen heeft een dobbelsteen?
A
21
B
22
C
23
D
24
Slide 13 - Quizvraag
Wie zingt dit nummer?
Slide 14 - Open vraag
In welke provincie ligt Zwolle?
A
Groningen
B
Overijssel
C
Drenthe
D
Limburg
Slide 15 - Quizvraag
Welke cabaretier hoor je hier?
Slide 16 - Open vraag
Hoe heet dit gebouw in Parijs wat een paar jaar geleden afgebrand is?
A
Louvre
B
Eiffeltoren
C
Sacre Coeur
D
Notre dame
Slide 17 - Quizvraag
Uit welke serie komen deze personages?
A
La casa de papel
B
Vis a vis
C
White lines
D
Luther
Slide 18 - Quizvraag
Wie zingt dit liedje?
Slide 19 - Open vraag
Wie heeft dit beroemde schilderij geschilderd?
A
Rembrandt
B
Picasso
C
Van Gogh
Slide 20 - Quizvraag
In welke provincie ligt de rivier de Waal?
A
Friesland
B
Zeeland
C
Gelderland
D
Noord-Holland
Slide 21 - Quizvraag
Bij welk bordspel heb je een gevangenis en kun je kanskaarten krijgen?
Slide 22 - Open vraag
In welke serie spelen deze personages?
Slide 23 - Open vraag
Wanneer kwam de Playstation 4 uit?
A
2012
B
2013
C
2016
D
2018
Slide 24 - Quizvraag
Slide 25 - Open vraag
Hyperventilatie Ik hyperventileer Jij zegt dat zij het ook ziet Ik weet het echt niet meer Hyperventilatie Ik hyperventileer Het voelt alsof ik rondvlieg Morgen doe ik het weer