Persoonlijke brief schrijven herhaling en oefening

Persönlicher Brief
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Persönlicher Brief

Slide 1 - Tekstslide

een persoonlijke brief
A
kent geen aanhef
B
moet in de Sie-vorm
C
kent geen strikte regels, je mag doen wat je wilt
D
is niet voor zakelijk doel

Slide 2 - Quizvraag

Welke Duitse aanhef heb je?

Slide 3 - Woordweb

Liebe Anika= Beste Anika
Lieber Hans= beste Hans
Liebe Kinder= beste kinderen


Hallo Anika
Hallo Hans
Hallo Kinder

Slide 4 - Tekstslide

achter de aanhef
A
komt een komma en meteen kleine letter bij volgende zin
B
komt een uitroepteken en kleine letter bij volgende zin
C
komt een komma en hoofdletter bij volgende zin
D
komt niets en de volgende zin begint met hoofdletter

Slide 5 - Quizvraag

Liebe Anika, 

ich hoffe es geht dir gut.

Slide 6 - Tekstslide

liebe Grüße
hartelijke groeten
Tschüss
met vriendelijke groeten
lieve groeten
herzliche Grüße
doei, dag
mit freundlichen Grüßen

Slide 7 - Sleepvraag

Opdracht brief /e- mail schrijven


Je bent terug van je stage. Tijdens je stage heb je goed contact gehad met je collega’s van het stagebedrijf. Je hebt beloofd dat contact te onderhouden en je schrijft een brief/email
Je schrijft de volgende punten in het Duits.

  1. Juiste aanhef
  2. Je vraagt hoe het gaat
  3. Je vertelt hoe het met jou gaat (goed)
  4. Je vertelt dat je nu weer naar school gaat.
  5. Je vertelt dat je het wel leuk vindt om weer op school te zijn maar dat je de stage mist
  6. Je vraagt hoe het weer nu is
  7. Je hoopt dat je ze volgend jaar weer kan zien (bezoeken).
  8. Je sluit af op gepaste manier 











Slide 8 - Tekstslide

Aanhef:
Beste Peter

Slide 9 - Open vraag

1e (!!!!!!!) zin:
Hoe gaat het met jou?

Slide 10 - Open vraag

2e zin:
Met mij gaat het goed

Slide 11 - Open vraag

Je vertelt dat je nu weer naar school gaat.
Ich 
gehe
jetzt
wieder
zur
Schule

Slide 12 - Sleepvraag

Je vertelt dat je het wel leuk vindt om weer op school te zijn maar dat je de stage mist:
"Ik vind het leuk"
A
Ich liebe es
B
Ich finde es toll
C
Ich finde es schön
D
Ich finde es gut

Slide 13 - Quizvraag

Je vertelt dat je het wel leuk vindt om weer op school te zijn maar dat je de stage mist:
"om weer op school te zijn"
A
om wieder auf der Schule zu sein
B
om wieder auf die Schole te zijn
C
um wieder in der Schule zu sein
D
um wider in die Schule zu sein

Slide 14 - Quizvraag

Je vertelt dat je het wel leuk vindt om weer op school te zijn maar dat je de stage mist:
vertaal "maar"

Slide 15 - Open vraag

Je vertelt dat je het wel leuk vindt om weer op school te zijn maar dat je de stage mist:
"ik mis"
A
ich misse
B
ich vermisse
C
ich mis
D
ich vermische

Slide 16 - Quizvraag

Vertaal:
"de stage"

Slide 17 - Open vraag

Probeer nu de hele zin te formuleren:
"Ik vind het leuk om weer op school te zijn, maar ik mis de stage" (schrijf de hele zin uit!):
Ich finde es ...... um wieder ..... der Schule zu sein, ..... ich ........ das ........... .

Slide 18 - Open vraag

Je vertelt dat je veel hebt geleerd op stage.
ich 
gelernt
Praktikum
viel
habe 
im

Slide 19 - Sleepvraag

Je vraagt hoe het weer nu is:
hoe vertaal je "Hoe"
A
wer
B
wo
C
wie
D
wann

Slide 20 - Quizvraag

Je vraagt hoe het weer nu is:
Wat is "het weer"?
A
das Weer
B
das Weder
C
das Weter
D
das Wetter

Slide 21 - Quizvraag

Je vraagt hoe het weer nu is:
Hoe vertaal je "nu"?
A
jetzt
B
nu
C
nau
D
manchmal

Slide 22 - Quizvraag

Je hoopt dat je ze volgend jaar weer kan zien (bezoeken):
"Ik hoop"
A
Ich haufe
B
Ich hopfe
C
Ich hoffe
D
Ich hope

Slide 23 - Quizvraag

Je hoopt dat je ze volgend jaar weer kan zien (bezoeken):
vertaal "volgend jaar"

Slide 24 - Open vraag

Je sluit af op gepaste manier 

Slide 25 - Woordweb