5H 10.4 Resorptie

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Begintaak
Wat is het verschil tussen Verbranding en Vertering?
Wat is Emulgeren?

Zoek op:
Wat houdt het begrip Resorptie precies in?
Waar vindt resorptie in het lichaam plaats?

Slide 2 - Tekstslide

Programma
  • Leerdoelen
  • Video spijsverteringskanaal varken --> 8 minuten
  • Uitleg basisstof 4 --> resorptie
  • Opdrachten maken
  • Afsluiting 

Slide 3 - Tekstslide

Voeding en vertering
10.1 Voedingsstoffen 
10.2 Het verteringsstelsel
10.3 Chemische vertering
10.4 Resorptie
10.5 Gezonde voeding 



BiNaS tabel 82

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen 10.4
  • Je kunt beschrijven waar en op welke wijze voedingsstoffen in de darmwand opgenomen worden en welke factoren daarop van invloed zijn.




Slide 5 - Tekstslide

Video Spijsverteringskanaal varken

Slide 6 - Tekstslide

De dunne darm
Opnamen voedingsstoffen in
het bloed. 

Slide 7 - Tekstslide

Dunne darm
Resorptie van voedingsstoffen
  • monosachariden (koolhydraten)
  • vetzuren en glycerol
  • aminozuren

Groot oppervlak = meer resorptie
  • darmplooien
  • darmvlokken
  • microvilli

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Resorptie
Mond: alcohol
Maag: alcohol en water
Dunne darm: 
monosachariden, aminozuren, vitamines, mineralen, water, vetzuren (via lymfevaten), medicijnen
Dikke darm: vooral veel water

Slide 11 - Tekstslide

Transport door de darmvlokken
Passief transport
  • Celmembraan (fosfolipiden) --> vet (+ in vet oplosbare moleculen) transport door diffusie
  • Membraaneiwitten (aquaporines) --> water (+ kleine opgeloste moleculen) transport door diffusie 


Actief transport, via transporteiwitten --> gaat tegen het concentratieverval in (kost ATP)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Darmvlokken (villi)
Bevatten bloedvaten en lymfevaten

Opgenomen stoffen in het bloed gaan via de poortader naar de lever.

Darmepitheelcellen zetten glycerol en vetzuren weer aan ‘’elkaar’’ en dit gaat naar de lymfe.


Slide 14 - Tekstslide

Na opname?
Opgenomen stoffen in het bloed gaan via de poortader naar de lever.

Lever controleert op:
- bloedsuiker niveau,
- giftige stoffen (zoals medicijnen)
Lever neemt bouwstoffen op en bewerkt deze.

Slide 15 - Tekstslide

Resorptie dikke darm
  • Resorberen van overtollig water, mineralen
  • Darmflora: maken enzymen →   'verteren' plantenresten cellulose
  • Productie vitamine K (bacteriën)
  • Endeldarm (rectum) opslag onverteerbare voedselresten (feces)
  • Ook nog resorptie in endeldarm og resorptie plaats

Slide 16 - Tekstslide

Resorptie dikke darm
Hoe zal het enzym heten die darmbacteriën maken om cellulose te verteren?

Slide 17 - Tekstslide

Resorptie dikke darm
Hoe zal het enzym heten die darmbacteriën maken om cellulose te verteren?

Cellulase 

--> enzymen eindigen op -ase

Slide 18 - Tekstslide

Resorptie endeldarm (rectum)
  • De zetpil --> toedienen via de anus
  • In het rectum vind nog resorptie plaats, wat van pas komt bij deze vorm van medicatie: bloed in haarvaten rectum niet meteen naar poortader (en dus naar de lever)...



  • Waarom handig?


Slide 19 - Tekstslide

Bij actief transport nemen darmepitheelcellen stoffen op tegen het concentratieverval in.
Wat betekent dat? (2p)

Slide 20 - Open vraag

Welk proces vindt er om deze reden veel plaats in darmepitheelcellen?
A
assimilatie
B
dissimilatie

Slide 21 - Quizvraag


Huiswerk

Lezen 10.4
Maken opdracht 51 t/m 60
+ begrippenlijst maken







Herhalen en/of extra oefenen

Oefenen Biologiepagina.nl


Slide 22 - Tekstslide