Vwo 3 - Woche 7 - Stunde 1

Vwo 3 - Woche 7 - Stunde 1
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vwo 3 - Woche 7 - Stunde 1

Slide 1 - Tekstslide

Planung

  • Wochenaufgaben checken  

  • Wiederholung: 1e, 4e, 3e naamval zinsontleding pers.vnw + oefentoets

  • Prüfung V3duB = openboek toets 
       
Ziele

  • Je kunt het persoonlijk voornaamwoord als onderwerp, lijdend voorwerp en als meewerkend voorwerp gebruiken.

  • Je beheerst de belangrijkste woorden bij het thema 'Gesundheit'.

Slide 2 - Tekstslide

Wochenaufgaben checken
Vor dem Unterricht:
Verbessern: Paragraf A, B, C, D, E, H
Fertig:
  • Wiederholung (WA) 2
  • Kahoot Personalpronomen 1e, 3e, 4e naamval inleveren Teams kanaal Woche 6
Kennen:
  • Slim Stampen: Overhoren Lernliste N-D
  • Slim Stampen: Overhoren Lernliste D-N



Slide 3 - Tekstslide

Worter Kapitel 2
Alle onderdelen van Slim Stampen (A, B, C, D, H & Overhoren D-N & N-D) moeten nu met 80% of > afgerond zijn. Van Slim Stampen lever je een screenshot in voor een V/G op de woorden in Teams kanaal 'Screenshot Slim Stampen'  VOOR 1 MAART

Voorwaarden V/G: 
  • Alle opdrachten van Kapitel 2 Paragraf A , B, C, D en H zijn voldoende afgerond (80% of >)
  • Slim stampen A,B,C,D en H en overhoren N-D en D-N is boven de 80%.
  • Naam is zichtbaar (rechtsboven)
  • Hoofdstuk is zichtbaar
  • Je levert op tijd je screenshot in (VOOR 1 MAART)

Slide 4 - Tekstslide

Goed voorbeeld
Huilen

Slide 5 - Tekstslide

Personalpronomen
wie/wat + gezegde (of pv)? = onderwerp --> 1e naamval

 

wie/wat + gezegde + onderwerp = lijdend voorwerp --> 4e naamval

aan/voor wie/wat + gezegde +onderwerp + lijdend voorwerp = meewerkend voorwerp --> 3e naamval

Slide 6 - Tekstslide

 Mit einem SMS hat ...  (zij) .... (hun) beleidigt.

stap 1: gezegde vinden 
stap 2: onderwerp vinden
stap 3: lijdend voorwerp vinden
stap 4: meewerkend voorwerp vinden
stap 5: juiste vormen 1e, 4e, 3e naamval?

Slide 7 - Tekstslide

(Hij) .... hat (haar) ...  einen fantastischen Ring gekauft! 
stap 1: gezegde vinden 
stap 2: onderwerp vinden
stap 3: lijdend voorwerp vinden
stap 4: meewerkend voorwerp vinden
stap 5: juiste vormen 1e, 4e, 3e naamval?

Slide 8 - Tekstslide

Warum können ... (wij) ....(hem) ... (het) jetzt nicht geben?
stap 1: gezegde vinden 
stap 2: onderwerp vinden
stap 3: lijdend voorwerp vinden
stap 4: meewerkend voorwerp vinden
stap 5: juiste vormen 1e, 4e, 3e naamval?

Slide 9 - Tekstslide

Jetzt üben!

Slide 10 - Tekstslide


(Hij) ..... hat ……..(haar) ein Geschenk gegeben.
A
Ihn... sie
B
Er.... ihr
C
Er...sie

Slide 11 - Quizvraag


..... (ik) liebe .... (het)!
A
ich ... es
B
mir ... es
C
mich .. ihm

Slide 12 - Quizvraag

(Wie).... hat ..... (jullie) gestern so viel Hausaufgaben gegeben?
A
Wen ... ihr
B
Wer .... euch
C
Wer .... ihnen

Slide 13 - Quizvraag


Kennst ...(jij) ...... (hem)?
A
dich ... er
B
du ...ihm
C
du... ihn

Slide 14 - Quizvraag


Hat .... (zij) .... (het) .... (jou) gegeben?
A
ihr ...du ... es
B
sie ... es ...dir
C
sie...dich...ihm

Slide 15 - Quizvraag

Hoe goed beheers je de persoonlijk voornaamwoorden?

0100

Slide 16 - Poll

Machen:
  • Oefentoets K2

Verbessern/abschließen: 
  • Wiederholung 2 Aufgabe 1 t/m 11 & K2 Paragraf E: Grammatik
  • K2: Paragraf A, B, C, D, H
  • Slim Stampen: Paragraf A, B, C, D, H & overhoren D-N/N-D + inleveren screenshot

 
An die Arbeit 

Slide 17 - Tekstslide

Nächste Stunde
Mentoruur: openboektoets Grammatik K2 (15 Minuten) 

Duits:
Slim Stampen inleveren in Teams voor 1 Maart (V/G)
Afmaken/verbeteren Aufgaben in K2

Slide 18 - Tekstslide