BS4: Planten

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Kringlopen

ORDENING - PLANTEN

      Leerdoelen 

Aan het einde van de les kun je:

• Kenmerken en voorbeelden noemen van vaatplanten
  
• Kenmerken en voorbeelden noemen van wieren (algen)
• Kenmerken en voorbeelden noemen van sporenplanten
• Kenmerken en voorbeelden noemen van zaadplanten

Organismen - Voorbeelden van vier rijken

Organismen - Plantenrijk

Wat denk jij? 

Hoeveel plantensoorten leven er op aarde? 

Wat denk jij? 

Hoeveel plantensoorten leven er op aarde? 

Bijna 400.000!

Biologen maken verschillende onderverdelingen, bijvoorbeeld: 

• Op basis van de bouw

• Op basis van de voortplanting

Het Plantenrijk

Onderverdeling in 8 stammen o.a: 

Wieren (algen)

Vaatplanten

Bouw

De meeste planten die je kent zijn vaatplanten. 

Vaatplanten - voorbeelden

Vaatplanten - kenmerken

Het Plantenrijk

Onderverdeling in 8 stammen o.a: 

Wieren (algen)

Vaatplanten

Van welk 'wier' heb je weleens gehoord? 

Wieren (algen)

Wieren (algen) - voorbeelden

Zeewier

Deze wieren zijn meercellig

Wieren (algen) - voorbeelden

Deze wieren zijn ééncellig

Groenwier

Wieren (algen) - kenmerken

Wieren hebben géén: 

•  Wortels
•  Stengels
•  Bladeren
•  Bloemen

Wat denk jij?

 

Waarom hebben wieren geen wortels en stengels nodig?

Wat denk jij?

 

Waarom hebben wieren geen wortels en stengels nodig?

Ze leven in het water! 

- ZAAD

- SPOREN

VoortPLANTing

Verschillende manieren, o.a. via: 

ZAADPLANTEN - voorbeelden

Deze planten maken zaden, die ontstaan in bloemen.

Zaadplanten zijn altijd vaatplanten, maar vaatplanten zijn niet altijd zaadplanten. 

ZAADPLANTEN

- ZAAD

- SPOREN

VoortPLANTing

Twee verschillende manieren: 

Deze planten hebben nóóit bloemen.

Sporenplanten maken sporen. 

Sporenplanten

De sporenplanten zijn onder te verdelen in: 

• Mossen

• Paardenstaarten

• Varens

Sporenplanten  

Sporenplanten  - mossen

Sporendoosjes

Sporenplanten  - paardenstaarten

Sporen orgaan

Sporenplanten  - Varens

Sporen (sporangia)

puzzel.org

Aan de slag 

• Wat? Maak opdracht 1 t/m 4 + 6 t/m 8 van basisstof 4 
• Hoe? Zelfstandig of met je buur
• Hulp? Boek, buur of steek je vinger op 
• Klaar? Schrijf de begrippen van basisstof 4 in je begrippenschrift.

• Huiswerk = opdracht 1 t/m 4 en 6 t/m 8 + begrippen BS4