H5 start periode C + beschouwing algemeen


Welkom 
h5c!
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les


Welkom 
h5c!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Nederlands in periode C
  3. Wat is een beschouwing? 
  4. Afsluiting en vooruitblik

Slide 2 - Tekstslide

10 minuten lezen

Slide 3 - Tekstslide

Nederlands in periode C
T09 Schrijfvaardigheid: beschouwing (telt 20% mee)

M01 Literatuur/mondelinge taalvaardigheid: mondeling over boeken klas 4 en 5 (in de mondelingenweek, telt 20% mee)

Maar ook voorbereiding op het examen: leesvaardigheid --> we gaan een uitgebreide nabespreking doen van de toets uit de toetsweek, maken een foutenanalyse en gaan gericht oefenen

Slide 4 - Tekstslide

Nederlands in periode C
3 lessen in de week:
ma 4e uur
di 5e uur
wo 5e uur

Slide 5 - Tekstslide



Doel
Je leert wat een beschouwing is en wat de belangrijkste kenmerken van een beschouwing zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een beschouwing?
A
Een tekst waarin een bepaald standpunt wordt verdedigd met behulp van argumenten.
B
Een tekst waarin iemand je probeert over te halen om iets te doen.
C
Een tekst waarin iemand reclame maakt voor een bepaald product.
D
Een tekst waarin een onderwerp van verschillende kanten wordt belicht.

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het doel van een beschouwing?
A
informeren
B
overtuigen
C
opiniëren
D
amuseren

Slide 8 - Quizvraag

Wat bevat een beschouwing NIET?
A
feiten
B
meningen
C
argumenten
D
de mening van de schrijver

Slide 9 - Quizvraag

Welke structuur heeft een beschouwing NOOIT?
A
argumentatiestructuur
B
verklaringsstructuur
C
voor- en nadelenstructuur
D
probleem-oplossingenstructuur

Slide 10 - Quizvraag

Welke structuur is het meest voor de hand liggend voor een beschouwing?
A
argumentatiestructuur
B
verklaringsstructuur
C
voor- en nadelenstructuur
D
probleem-oplossingenstructuur

Slide 11 - Quizvraag

Wat hoort NIET thuis in de inleiding van een beschouwing?
A
een centrale vraag
B
een standpunt
C
een stelling
D
een mening

Slide 12 - Quizvraag

Wat ga je NIET in de kern van een beschouwing vinden?
A
meningen
B
feiten
C
voor- en nadelen
D
drogredenen

Slide 13 - Quizvraag

ten eerste..., daarnaast...., daar staat tegenover dat...

Waar zijn dit passende signaalwoorden voor?
A
het slot
B
de kern
C
de inleiding

Slide 14 - Quizvraag

Is het slot van een beschouwing open of gesloten?
A
open
B
gesloten

Slide 15 - Quizvraag

Wat staat NIET in het slot van een beschouwing?
A
een conclusie
B
een afweging
C
een uitsmijter
D
een samenvatting

Slide 16 - Quizvraag


A
wel beschouwend
B
niet beschouwend

Slide 17 - Quizvraag

Lees de beschouwing Na de Brexit ook een Nexit? 
Markeer de vraagstelling en de kernzinnen.
Geef hier in de LessonUp antwoord op de volgende vraag: hoe kun je zien dat dit een beschouwing is?
Jullie krijgen 10 minuten de tijd.

Slide 18 - Open vraag

Ik weet nu wat een beschouwing is en hoe deze eruitziet.
A
ja
B
nee
C
zo ongeveer

Slide 19 - Quizvraag

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: dinsdag 4 februari
  • Huiswerk: leren LessonUp beschouwing
  • Meenemen: LAPTOP en leesboek
  • Programma: beschouwing

Slide 20 - Tekstslide