In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Thema 2: ecologie
BS4: populaties
Slide 1 - Tekstslide
Planning:
- Uitleg basisstof 4
- Aan de slag!
- Herhalingsvragen
Slide 2 - Tekstslide
Populaties
Populatie: een groep organismen van dezelfde soort die samen in een bepaald gebied wonen.
Slide 3 - Tekstslide
Invloeden op een organisme
Biotoop = alle abiotische factoren samen
Slide 4 - Tekstslide
Individu
Slide 5 - Tekstslide
Populatie
Slide 6 - Tekstslide
Levensgemeenschap
Slide 7 - Tekstslide
Ecosysteem (= biotoop + levensgemeenschap)
Slide 8 - Tekstslide
Biologisch evenwicht
Slide 9 - Tekstslide
Optimumkromme
Slide 10 - Tekstslide
Een leerling maakt een schema om een aantal processen in de koolstofkringloop weer te geven (zie de afbeelding).In de koolstofkringloop spelen reducenten een belangrijke rol.
Welke letter geeft de omzetting aan die door reducenten wordt uitgevoerd?
A
Q
B
R
C
S
D
T
Slide 11 - Quizvraag
In de koolstofkringloop wordt door veel organismen stoffen verbrand. Welke organismen in de koolstofkringloop doen aan verbranding? Meerdere antwoorden mogelijk.
A
alleen planten
B
alleen dieren
C
Alleen schimmels en planten
D
alle organismen
Slide 12 - Quizvraag
Kringloop van koolstof. Welke organismen zorgen in de koolstofkringloop voor de vorming van glucose?
A
De producenten
B
De consumenten
C
De reducenten
Slide 13 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld van een populatie?
A
Alle olifanten op aarde
B
Alle vissen Oudenbosch
C
Alle koolmezen in het streekbos
D
De merels en mussen in de tuin van mevrouw Sponselee
Slide 14 - Quizvraag
Wat is een populatie?
A
Een boom
B
Verschillende dieren in een gebied
C
Een groep individuen vd zelfde soort in 1 gebied
D
Alles wat in een bepaald gebied is
Slide 15 - Quizvraag
Wat neemt de plant op van de stikstofkringloop?
A
Ammoniak
B
Water
C
Glucose
D
Nitraat
Slide 16 - Quizvraag
Aan de slag!
Maak: Opdracht 25, 27, 28, 30, 31 (klaar? maak ook 32)
Waar? WB blz. 95, HB blz. 83
Hoe? Eerste 10 minuten in stilte, hierna fluisterend in 2-tal.
Klaar? Nakijken opdrachten basisstof 4 (en 1 t/m 3) Ook klaar? Test jezelf basisstof 2.4 maken.