Rond 1800: Door democratische revoluties (7.3) en de industriële revolutie veranderd de samenleving:
Nieuwe samenlevingsvorm: industriële samenleving (industrie en diensten belangrijk)
Samenleving niet meer ingedeeld in standen (= op basis van geboorte), maar klassen (= op basis van bezit)
Rijken: klasse van kapitalisten (fabriekseigenaren en beleggers)
Middenklasse: klasse van winkeliers, ambtenaren, leraren, artsen, ...
Armen: klasse van arbeiders (werken in de fabrieken)