220113 KZD CVRM start

13-01-22
KZD specifieke doelgroepen 
Start CVRM 
1 / 58
volgende
Slide 1: Tekstslide
BSPMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 58 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

13-01-22
KZD specifieke doelgroepen 
Start CVRM 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke hart- en vaatziekten ken je?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is decompensatio cordis?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke symptomen kan iemand hebben met hartfalen?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke gnm worden gebruikt bij hartfalen?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke leefstijladviezen zijn belangrijk bij hartfalen?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet er bij 1 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Angiotensine II
D
Angiotensinogeen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet er bij 2 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Bradikinine
D
Renine

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet er bij 3 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Angiotensine II
D
Angiotensinogeen

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet er bij 4 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Angiotensine II
D
Bradykinine

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet er bij 5 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Angiotensine II
D
Bradykinine

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet er bij 6 staan?
A
ACE
B
Angiotensine I
C
Angiotensine II
D
Bradykinine

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een andere naam voor angina pectoris?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus
Je kan dit recept niet zomaar afleveren. 
Welk signaal krijg je en hoe handel je dit af? 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is hier aan de hand?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

IA Nitraten + Fosfodiesteraseremmers (533-1)
  • na sildenafil, vardenafil: ten minste 24 uurPlotselinge en langdurige bloeddrukdaling is gemeld bij gelijktijdig gebruik van een fosfodiësteraseremmer en een nitraat. Myocardinfarct is in zeldzame gevallen gemeld bij de combinatie van sildenafil met een nitraat.
  • Erectiestoornis (Viagra, Cialis, Levitra, Spedra) 
  1. vermijd gelijktijdig gebruik, houd een interval aan tussen het nitraat en de fosfodiësteraseremmer
  • na nitraat: ten minste 24 uur
  • na sildenafil, vardenafil: ten minste 24 uur
  1. vertel de patiënt: als binnen dit interval na gebruik van de fosfodiësteraseremmer pijn op de borst optreedt die niet binnen vijf minuten afneemt, géén nitraat innemen maar direct contact opnemen met de arts


  • na sildenafil, vardenafil: ten minste 24 uur

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus 
Meneer Ebbers belt een paar maanden later op. Hij heeft al 2x een spraytje onder de tong het plaatst, maar hij voelt zich nog niet lekker. Wat adviseer je? 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is je advies aan dhr Ebbers?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Casus 
Spray de vloeistof eenmaal onder de tong. De pijn of de benauwdheid verdwijnt binnen enkele minuten. Verdwijnen de klachten niet? Dan mag u na 5 minuten nog 1 keer sprayen onder de tong, en eventueel na 5 minuten nog eens. Als u na 3 keer sprayen nog steeds pijn heeft of benauwd bent, moet u snel een arts waarschuwen. Er kan dan sprake zijn van een hartinfarct 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer is er sprake van hypertensie?

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar staat CVRM?

Slide 47 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem 4 risicofactoren voor het ontstaan van hart- en vaatziekten die de patient niet kan veranderen.

Slide 49 - Woordweb

Leeftijd, erfelijkheid, geslacht, vetverdeling (bloeddruk, cholesterol, suikergehalte)
3.Noem 4 risicofactoren die de patiënt wel kan beïnvloeden.

Slide 50 - Woordweb

overgewicht, alcohol, beweging, roken, voeding, (bloeddruk, cholesterol, suikergehalte)

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem 3 groepen patiënten die een verhoogd risico hebben op hart- en vaatziekten.

Slide 52 - Open vraag

 diabetes, verhoogd cholesterol, verhoogde bloeddruk, eerder hvz

Slide 53 - Tekstslide

A; 8% sterfte  32-42% sterfte + ziekte
B 5% sterfte;  17-22% sterfte + ziekte

Slide 54 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke medicatie kan voor hypertensie worden voorgeschreven?

Slide 56 - Woordweb

RAAS-remmers. thiaziden, betablokker, calciumantagonsten, aldosteronantagonist (= K-sparend diureticum=spironolacton)
Welke medicatie ken je om het cholesterol te verlagen?

Slide 57 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 
Maken opdracht CVRM 2.1

Slide 58 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies